Inhoudsopgave
College 1 en 2 – Endocrinologie (compendium 16) ................................................................................ 2
College 4 – Ademhaling (luchtwegen en longen) .................................................................................. 13
College 5 – Ademhalingsaandoeningen (compendium 33) .................................................................. 20
College 7 – Cardiovasculair systeem deel 1 (compendium 29) ............................................................. 26
College 8 – Cardiovasculair systeem deel 2 .......................................................................................... 34
College 10 – Cardiologie (compendium 29) .......................................................................................... 39
College 11 – Vaataandoeningen (compendium 29) .............................................................................. 48
College 13 – Hematologie deel 1 (compendium 18) ............................................................................. 51
College 14: hematologie deel 2 (compendium 18) ............................................................................... 59
College 16: circulatie stoornissen (compendium 8) .............................................................................. 64
College 19 – kindergeneeskunde deel 1................................................................................................ 71
College 20 – medische aandoeningen deel 1 ........................................................................................ 74
College 22 en 23 – ontwikkeling peuters en kinderen, medische aandoeningen peuters en kinderen,
vaccinaties ............................................................................................................................................. 76
,Leeruitkomst 2.4 Samenvatting Lianne Kooistra
College 1 en 2 – Endocrinologie (compendium 16)
Eigenschappen hormoonstelsel
− Reguleert stofwisselingsprocessen op langere termijn en over lange afstand
− Geeft hormonen af uit endocriene cellen of weefsels
o Hormonen zijn chemische stoffen
o Hormonen veranderen de stofwisseling van vele cellen
o Hormonen werken op doelcellen
Overzicht van het hormoonstelsel
Type hormonen
− Aminozuurderivaten (hormonen afgeleid van aminozuren, aminozuren zijn onderdelen van
eiwitten)
o Bijv. adrenaline, noradrenaline, schilklierhormonen
− Peptiden en eiwitten
o Ketens van aminozuren
o Bijv. insuline, ADH, glucagon
− Vetderivaten
o Steroïden (bijv. testosteron, oestrogenen)
o Eicosanoïden (bijv. prostaglandinen)
▪ Belangrijke rol bij bloedstolling
Overzicht van het hormoonstelsel
− Doelcellen (cellen buiten zcs)
o Cellen in de periferie die op een specifiek hormoon kunnen reageren
− Hormoonreceptor (aangrijpingspunt)
o Een eiwit in het celmembraan of in het cytoplasma of de celkern waaraan een
bepaald hormoon zich bindt om zijn werking op een doelcel in gang te zetten
− De rol van doelreceptoren bij de hormoonwerking:
,Leeruitkomst 2.4 Samenvatting Lianne Kooistra
Afgifte en transport
− Hormonen komen rechtstreeks in de haarvaatjes.
− Breed verspreid in de bloedstroom
o Meeste hormonen circuleren vrij in een oplossing.
o Steroïden en schildklierhormonen binden zich aan bloedeiwitten (albumine) voor
vervoer.
− Hormonen worden geïnactiveerd door:
o Zich aan receptoren te binden
o Verwijdering door lever en nieren
o Afbraak door extracellulaire enzymen
Belangrijk
− Hormonen coördineren cellen gedurende langere tijd. Ze circuleren in het bloed en binden
zich aan specifieke receptoren op of in doelcellen. Ze wijzigen de doorlaatbaarheid van de
membraan, activeren of inactiveren belangrijke enzymen of wijzigen de genetische activiteit.
Hormoonafgifte
− Humorale (vloeibare) prikkels
o Bijv. concentratie Ca2+ in bloed reguleert rechtstreeks de afgifte van het
parathyroïdaal hormoon en van calcitonine
− Hormonale prikkels
o Bijv. thyroïd stimulerend hormoon veroorzaakt de afgifte van het
schildklierhormoon uit de schildklier.
− Neurale prikkels
o Het zenuwstelsel reguleert de afgifte van adrenaline door het bijniermerg.
Hypothalamus
− Drie werkingsmechanismen
o Hypothalamus geeft als endocrien orgaan hormonen af.
▪ ADH en oxytocine worden in de hypothalamus aangemaakt.
o Hypothalamus geeft regulerende hormonen af die de endocriene cellen van de
hypofyse stimuleren of remmen tot hormoonafgifte.
o De hypothalamus bevat autonome neuronen die de afgifte van adrenaline reguleren
uit het bijniermerg
Overzicht van het hormoonstelsel
− Drie mechanismen voor regulering door de hypothalamus van andere endocriene organen:
(Epinefrine en norepinefrine synoniemen voor adrenaline en noradrenaline)
, Leeruitkomst 2.4 Samenvatting Lianne Kooistra
De hypofyse
− Geeft negen belangrijke hormonen af
o Allemaal peptidehormonen
o Binden zich allemaal aan (extracellulaire) membraanreceptoren
Anatomisch – hypofyse
De hypofyse bevindt zich onder de hypothalamus.
Is verbonden met de hypothalamus via de hypofyse steel (infundubulum)
Bestaat uit de voorkwab <> adenohypofyse
Bestaat uit een achterkwab <> neurohypofyse
Ligt in het sella turcica (holte in de schedel).
De hypofyse – de plaats en anatomie van de hypofyse:
Hormonen van de hypofysevoorkwab : ALLEEN DE RODE ONTHOUDEN VOOR DE TOETS
1. Thyroidstimulerend hormoon (TSH)
o Veroorzaakt afgifte schildklierhormonen uit de schildklier
2. Adenocorticotroop hormoon (ACTH)
o Stimuleert afgifte van steroïde hormonen door de bijnierschors
▪ Glucocorticoïden, mineralocorticoïden en androgenen
3. Follikelstimulerend hormoon (FSH)
o Stimuleert afgifte oestrogenen, ontwikkeling van eicellen (bij de vrouw) en
spermaproductie (bij de man)
4. Luteïniserend hormoon (LH)
o Stimuleert de ovulatie (eisprong) en productie van oestrogenen en progesteron (bij
de vrouw)
o Stimuleert de vorming van androgenen (mannelijke geslachtshormonen) zoals
testosterone bij de man
5. Prolactine (PRL)
o Stimuleert de ontwikkeling van de borstklieren en afgifte van moedermelk.
6. Groeihormoon (hGH)
o Stimuleert celgroei via door de lever afgegeven somatomedinen
o Somatomedinen <> insulin-like growth factor
▪ Lengtegroei, verhoogt de celdeling en celgroei
7. Melanocyt-stimulerend hormoon (MSH)
o Stimuleert de melanocyten in de huid tot afgifte van melanine.
o Volwassenen >> pigmentatie o.i.v. zonlicht.
o Embryonale stadium
▪ MSH wordt dan voornamelijk geproduceerd
▪ Haarkleur, huidskleur en kleur van de ogen
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper liannekooistra. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.