Een overzichtelijke samenvatting voor METT. Het bevat mijn hoorcollege aantekeningen aangevuld met informatie uit de reader en verwijzingen naar de reader.
,Hoorcollege 2: Karakteristieken van de energie-
en transportsector
De energiesector bestaat uit bedrijven die energie winnen, omzetten of produceren voor
derden.
Kenmerken van de energiesector:
- Grote spelers op een wereldwijd toneel.
- Infrastructuren spelen een grote rol.
- Grote ecologische impact.
- Overheden zijn nog steeds heel erg betrokken. Dat heeft te maken met de grote
maatschappelijke belangen die hierbij betrokken zijn.
Primaire energiedragers en secundaire energiedragers
- Primair --> worden direct uit de natuur gewonnen. Bijvoorbeeld kolen en elektriciteit
uit wind.
- Secundair --> ontstaan na energieomzetting. Bijvoorbeeld elektriciteit en waterstof.
Eenheden van energie: Joule, Watt en kWh.
- Windmolen --> 1-3 MW vermogen.
- Zonnepaneel --> 350 Wp = Wattpiek = maximaal vermogen. Jaaropbrengst
zonnepanelen in kilowattuur bedraagt 90% van de capaciteit systeem in wattpiek.
- Batterij elektrische auto --> 50 kWh.
De nationale energiebalans in Nederland. In totaal wordt 2/3 van de aardolie weer
uitgevoerd. Het totale eindgebruik is 2564 PJ. Bunkers (667 PJ): levering brandstof aan
internationale schepen en vliegtuigen in Nederland. Er zijn geen regels rondom scheepvaart
en vliegen. Hernieuwbare energie (260 PJ) is op dit moment 10% van het totale eindgebruik.
Wat is hernieuwbare energie?
- Windenergie.
- Zonne-energie.
- Waterkracht.
- Biomassa.
o Biologisch component in afval.
- Aardwarmte.
- Energie uit warmtepompen.
o Energie uit de bodem.
o Energie uit de lucht.
Waterstof bijvoorbeeld is een energiedrager, maar geen energiebron. Er is dus energie nodig
om waterstof te produceren. Eén manier om waterstof te produceren is de elektrolyse van
water en andere manier is de productie uit aardgas via stroomreforming (Farla, 2020).
Daarnaast is ook elektriciteit een energiedrager, maar geen energiebron. Elektriciteit wordt
op verschillende manieren uit verschillende energiedragers opgewekt (Farla, 2020).
2
,Bij biomassa is er sprake van een korte koolstofkringloop. We zeggen dat de netto CO 2
uitstoot 0 is, omdat er meteen nieuwe bomen worden geplant. Hierom wordt het een
duurzame energiebron genoemd. In de energiesector wordt biomassa voornamelijk ingezet
als bijstook in kolencentrales. Verschillende zware dieselmotoren kunnen functioneren op
het zogeheten puur plantaardige olie. Bij benzine kan bio ethanol worden toegevoegd (Farla,
2020).
Discussies rond biomassa:
- Concurrentie met voedsel.
o Directe concurrentie: iets wat je anders als voedsel of veevoer zou gebruiken.
o Indirecte concurrentie: de grond die je gebruikt, was anders gebruikt voor het
telen van voedsel.
Er zijn verschillende generaties biobrandstoffen:
1. Directe concurrentie met voedsel. Het betreft biobrandstoffen die direct uit
voedselgewassen kunnen worden geproduceerd.
2. Houtafval. Dit betreft biobrandstoffen die uit biologische afvalstromen kunnen
worden geproduceerd.
3. Specifiek geweekt, zoals algen. Het betreft biobrandstoffen die uit speciaal voor dit
doel geproduceerde gewassen gebruikt.
Emissies die ontstaan vanuit de energiesector:
- Broeikasgassen.
- Milieuschadelijke emissies
o Verzurende emissies.
Stikstofoxiden. De reden waarom we 100 km/h rijden op de snelweg in
Nederland.
Zwaveloxide.
o Overige emissies.
Koolmonoxide. Bij onvolledige verbranding.
Fijnstof (PM, particulate matter). Grote negatieve
gezondheidseffecten.
Vluchtige organische stoffen (NMVOS).
De hoeveelheid en type emissie hangt sterk af van:
- Hoeveelheid brandstof.
- Chemische samenstelling van brandstof.
- Karakteristieken van de verbranding.
- Maatregelen om emissies te reduceren (Farla, 2020).
Smog is de term die gebruikt wordt voor zichtbare luchtvervuiling. Er wordt gesproken van
smog als de lucht sterk verontreinigd is door één van de volgende stoffen: ozon (O 3), fijnstof
(PM10), zwaveldioxide (SO2) en stikstofdioxide (NO2). In de winter ontstaat wintersmog als
luchtvervuiling blijft hangen door windstil weer. Zomersmog ontstaat onder door zonlicht
(Farla, 2020).
3
, Ongeveer 75% van het broeikaseffect wordt veroorzaakt door CO 2. Andere gereguleerde
broeikasgassen zijn:
- Methaan (CH4).
- Lachgas of distikstofmono-oxide (N2O).
- Fluorhoudende gassen (Farla, 2020).
De mobiliteitssector:
- 1814: 500 km straatweg in Nederland.
- 2018: > 140.000 km wegennetwerk.
In ca. 1820: personenvervoer = 20 km/jaar gemiddeld.
Vrijwel alle investeringen en innovaties in mobiliteit:
- Hebben geleid tot lagere kosten van verplaatsing.
- Hogere snelheden.
- Meer comfort.
En daarmee tot meer mobiliteit.
De toestand in Nederland:
- Uitstekend fietsnetwerk.
- Goed autowegennet.
- Goede spoorverbinding tussen steden.
- Beperkte metro- en tramsystemen.
- Beperkt openbaar vervoer buiten steden.
Wat beïnvloedt onze mobiliteit? (Van Wee, 2009)
- Behoeften en mogelijkheden.
- Locaties. Waar staan huizen en voorzieningen?
- Transport weerstand. Hoeveel moeite kost het om van A naar B te komen?
Weerstand = tijd + kosten + ‘moeite’ (Van Wee, 2009)
Weerstand hangt af van:
- Beschikbare infrastructuur/vervoersmiddelen.
- Geld- en tijdbudgetten.
- Preferenties en perceptie van ‘moeite’-factoren, zoals veiligheid, comfort en
informatie.
Verschillende perspectieven op mobiliteitsbehoeften en – keuzes:
- Economisch, het draait om het feit dat wij allemaal rationeel zijn en zo nuttig
mogelijk willen zijn.
- Psychologisch, we zijn helemaal niet zo rationeel. Keuzes worden gemaakt vanuit
emoties als het gaat om transport.
- Geografisch, tijd en ruimte voor activiteiten.
- Filosofisch, reizen in relatie tot ontwikkeling mens en maatschappij.
Ieder perspectief legt een andere nadruk met betrekking tot de verklaringen voor mobiliteit
en mogelijkheden voor beleid en innovatie.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ilsewolbrink. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.