Een veelomvattende samenvatting van het gedeelte "Biologie van dieren" voor het vak "Functionele biologie". Alleen het stukje van immuniteit is in het Engels geschreven.
Intercellulaire communicatie
Er zijn een aantal verschillende types:
• Cel-cel contacten. De ene cel is
direct verbonden (gap junctions)
aan de andere cel en kan met die
cel communiceren.
• Synaptische communicatie. Een
neuron (zenuwcel) een vervolgcel
z’n materiaal afgeeft in de buurt van
die cel waar die een respons op wilt
laten. Dat is of een volgende neuron
of een spiercel. De overgang van de
uiteinde van een zenuwcel naar een
andere cel die die moet stimuleren,
noemen we een synaptische spleet.
• Paracrien. Naastliggende cellen
worden door deze cel gestimuleerd
via interstitiële vloeistoffen.
• Autocrien. De cel stimuleert zichzelf via inter- en
intracellulaire transport.
• Endocrien. Hormonale regulatie. Endocrien betekent
naar binnen uitscheiden (bloedbaan). Hormoon dat
wordt uitgescheiden komt in het bloed terecht.
Wateroplosbaar kan gewoon door bloedbaan. Niet
wateroplosbare hormonen moeten gebonden worden
om in het bloed te reizen. Geslachtssteroïden zijn niet
wateroplosbaar en moeten gebonden zijn aan eiwitten.
• Neuro-endocrien. Combinatie van een zenuwcel en een
endocriene cel is wanneer een zenuwcel z’n axon
eindigt in de nabijheid van een bloedbaan, zodat de
synaps eindigt in het bloedbaan. Voorbeelden zijn
hormonen die vanuit de hersenen naar de hypofyse
worden afgegeven.
Hormonen
• Klassieke definitie: het zijn signaalmoleculen die
worden geproduceerd door klieren. 2 type klieren: klier
die hun product naar buiten toe afgeven (talgklier,
zweetklier, speekselklieren), ze hebben een afvoerbuis
die naar buiten toe gaan. Andere soort klier heeft geen
afvoerbuis naar buiten en geeft z’n materiaal af aan het
bloed. Alvleesklier bevat beide type klieren. Hormonen
zijn signaalmoleculen die worden geproduceerd door
klieren zonder afvoerbuis, afgegeven in het bloed, die
elders in het lichaam een fysiologische functie
uitoefenen, omdat die doelwitcellen een receptor tot
expressie brengen die kunnen reageren op de
aanwezigheid van het hormoon.
, • Chemische klassen:
o Wateroplosbaar
▪ Peptiden (<10 aminozuren)
▪ Grotere eiwithormonen (FSH, LH, TSH)
▪ Catecholamines (in bijnier gevormd)
• Epinephrine (adrenaline)
• Norepinephrine (noradrenaline)
o Vetoplosbaar
▪ Steroïdhormonen (merendeel afgeleid van cholesterol)
▪ Bioamines
• Thyroxine (T4), (aminegroep, maar wel vetoplosbaar)
• Triiodothyronine (T3)
Het endocriene systeem
Goede werking vraagt:
• Hormoon
• Receptor
o Op plasmamembraan die naar buiten uitsteken om zo te voelen of de
concentratie van het hormoon in hoge mate aanwezig is en deze te
binden indien nodig.
o Intracellulair. Receptor zit in de cel en het hormoon is in staat om door
het plasmamembraan de cel in te gaan en in de cel aan de receptor te
binden. In de cel verandert de receptor van conformatie en kan in de
cel genexpressie bijvoorbeeld tot stand laten komen.
• Signaaltransductieroute
Hormoonwerking hangt af van type receptor.
Hormonen worden vaak afgegeven in pulsen.
, • Intracellulaire receptor (estradiol). Hormoon bindt
aan receptor in de cel en het receptor vormt een
dimeer.
Homeostase via feedback
• Homeostase is het constant houden van het
interne milieu, zodat je er happy bij voelt.
Hormonale regulatie van calcium homeostase
• Als de calciumconcentratie omhoog gaat in het bloed (door voedselopname
bijv.), dan wil je deze verlagen. De schildklier meet de calciumwaardes. De
parafolliculaire cellen (C-cellen) scheiden calcitonine uit bij hoge Ca2+
concentraties. Calcitonine stimuleert dat Ca2+ in het bloed wordt opgeslagen
in bot.
• Als de calciumconcentratie omlaag
gaat in het bloed (door verlies via
darmen en nieren bijv.), dan wil je
deze verhogen. De parathyroid
klieren liggen in de buurt van de
schildklieren, terwijl parafolliculaire
cellen rondom de follikels van de
schildklier liggen. De parathyroid
klieren scheiden het paraathormoon
(PTH) uit, die stimuleren de afgifte
van Ca2+ uit bot.
, Hypothalamus – hypofyse as
• De posterior hypofyse (of neurohypofyse) is een neuro-endocrien. 2 typen
hormonen worden van hieruit afgegeven: ADH en oxytocine. Er liggen
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper MLSstudent. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.