100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Food 1 €4,98   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Food 1

 41 keer bekeken  1 keer verkocht

In dit bestand staan alle leerdoelen beantwoord van FI1441 food 1

Voorbeeld 4 van de 40  pagina's

  • 7 juni 2022
  • 40
  • 2021/2022
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (4)
avatar-seller
romboutlieke
Leerdoelen
Chemie
Les 1 algemene inleiding 1.1
1. Kan benoemen uit welke delen een atoom is opgebouwd.
Kern en elektronen.
2. Kan uitleggen wat covalente bindingen en ion-bindingen zijn.
- covalente binding:
o Atomen gaan elektronen delen.
- ion binding:
o Wisselen elektronen uit. Dan ontstaat een ion binding. Een ion binding is een
geladen elektron
3. Kan benoemen uit welke atomen de eiwitten, vetten en koolhydraten zijn opgebouwd.
Eiwit: C, O, H, N
Vet en koolhydraat: C, O, H
4. Kan de namen en elementsymbolen van de volgende elementen benoemen: C, N, O, H, Ca,
Cl, P, K, Mg, Na, S, F, I, Cu, Fe, Zn.
- Koolstof = C - Zuurstof = O
- Stikstof = N - Calcium = Ca
- Waterstof = H - Natrium = Na
5. Kan de namen en formules van een aantal eenvoudige moleculen benoemen (bv H2O,
C6H12O6).
6. Is in staat voor een gegeven structuurformule de molecuulformule te geven.
Structuur: is met streepjes
Molecuul: is met cijfers en letters
7. Kan een gegeven structuurformule herkennen en benoemen als koolhydraat,
aminozuur/eiwit, vetzuur of triglyceride.
Les 2 algemene inleiding 1.2
1. Kan de begrippen polair/apolair, hydrofiel/hydrofoob uitleggen en kan deze toekennen
aan stoffen.
- Polair:
o een molecuul met covalente binding waarbij de ladingen ongelijk verdeeld zijn
over het molecuul. (koolhydraten, eiwitten)
- Apolair:
o een molecuul met covalente binding waarbij de elektronen gelijk verdeeld zijn
over het molecuul. (vetten)
- Hydrofiel:
o Houdt van water dus lost goed op in water (suiker, zout)
- Hydrofoob:
o Bang voor water dus lost niet op in water (vetten, olie)
2. Kan het onderscheid tussen intra- en intermoleculaire bindingen uitleggen
- inter: zijn verbindingen buiten het molecule
- intra: zijn verbindingen tussen het molecule
3. Kan uitleggen wat H-bruggen zijn en het ontstaan van deze bruggen in verband brengen
met hydrofoob / hydrofiel
Waterstofbruggen zijn bindingen tussen moleculen.
Stoffen die waterstofbruggen kunnen vormen, zullen goed in water oplossen. Dus zijn
hydrofiel.

, 4. Kan uitleggen wat Van der Waalsbindingen zijn
Van der Waals bindingen zijn bindingen tussen grote moleculen. Deze zijn zwakker bij een
hogere temperatuur. En verdwijnen bij het koken, verdampen en oplossen. Zorgen voor een
lichte aantrekking tussen moleculen
5. Kan het onderscheid tussen chemische en fysische reacties uitleggen
- chemische reactie:
o Beginstof is verdwenen en er is een nieuwe stof ontstaan
o Covalente bindingen worden verbroken en nieuwe worden gevormd
- fysische reactie: stof veranderd niet
6. Kan uitleggen wat er op moleculair niveau gebeurt bij oplossen en mengen
- mengen:
o meerdere moleculen door elkaar heen verdeeld. Bij een mengsel worden de
atoomverbindingen niet verbroken, met de moleculen zelf gebeurt er dus niets.
- Oplossen:
o Polaire moleculen trekken elkaar aan, het water wordt naar de polaire kant van
het andere molecuul getrokken. De water moleculen omringen dan de op te
lossen moleculen, bijvoorbeeld koolhydraten, eiwitten en zouten. Wanneer elk
molecuul omringd is door watermoleculen, dan spreek je van een oplossing.
7. Kan de verschillen in oplosbaarheid / mengbaarheid toelichten aan de hand van de
begrippen hydrofoob / hydrofiel
- Hydrofiel:
o Wanneer een stof polair is kan de stof mengen met water. Dan is die hydrofiel.
Voorbeeld: rode kool geeft rood water bij het koken, deze stof is hydrofiel, want
hij mengt met water.
- Hydrofoob:
o Wanneer een stof hydrofoob is lost het niet op in water en is het een apolaire
stof. Voorbeeld: boontjes krijgen geen groen water bij het koken.
8. Kan uitleggen wat er op moleculair niveau gebeurt bij hydrolyse en oxidatie
- hydrolyse: een ontledingsreactie waarbij een molecuul reageert met water, waardoor
het molecuul afbreekt tot kleinere moleculen
- oxidatie: is een verouderingsproces. Zuurstof reageert met een andere stof. een atoom
staat een of meerdere elektronen af, er staat een positief geladen ion
9. Kan benoemen of een oplossing zuur, basisch of neutraal is met behulp van de pH-schaal.
- Zuur < 7
- Basisch > 7
- Water = 7 dus neutraal
10. Kan uitleggen welke ionen de zuurtegraad van een oplossing beïnvloeden
- zuur: staat H+ af aan de omgeving
- basisch: neemt H+ op van de omgeving. Dus heeft OH- ionen.
Les 3 koolhydraten
1. Kan koolhydraten onderverdelen in mono-, di- en polysachariden
- monosachariden = 1 koppeling
o glucose (6 ring)
o fructose (5 ring)
o galactose (6 ring)
- disachariden = 2 koppeling
o sacharose:
 glucose + fructose
o lactose:
 glucose + galactose

, o maltose:
 glucose + glucose
- polysachariden = 3 of meer koppeling
o zetmelen
2. Kan de meest voorkomende koolhydraten benoemen
- monosachariden:
o glucose, fructose en galactose
- disachariden:
o sacharose, lactose en maltose
3. Kan de eigenschappen van koolhydraten benoemen
- zoetkracht
o geeft aan hoeveel zoeter een stof is t.o.v. sacharose
- conserverende werking
- stevigheid/structuur/ viscositeit
- vergistbaarheid
4. Kan de bruinkleuringsreacties uitleggen en hoe deze reacties beïnvloed kunnen worden
- Karamellisatie
o Vormt bittere smaakcomponenten
o Suiker + hoge temperatuur
- Maillardreactie
o Hoge temperatuur + reducerende suiker + aminozuur
o Voorwaarden:
 PH hoger dan 4,5
 Vochtgehalte 13%
 Hoge temperatuur
o Voorkomen:
 Lage PH
 Lage temperatuur
 Aw heel hoog/ heel laag
 Sulfiet toevoegen (blokkeert suiker)
Les 4 eiwit
1. kan de globale bouw en structuur van eiwitten benoemen.
Eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren (totaal 22).
- Primaire structuur: een parelsnoer van aminozuren
- Secundaire structuur: een wikkel van parelsnoer
- Tertiaire structuur: gedraaide secundaire structuur
2. kan de indeling van eiwitten benoemen op basis van ruimtelijke structuur.
3. kan een aantal belangrijke (groepen van) proteïnen benoemen (albumine, glutenine,
glycoproteïnen en lipoproteïnen)
- Enkelvoudige eiwitten
o Vezelachtige eiwitten (vlees)
o Bolvormige eiwitten (plantaardig)
 Oplosbaar in water = albumine
 Niet oplosbaar in water = glutenine
- Samengestelde eiwitten
o Glycoproteïnen (eiwit met koolhydraat)
o Lipoproteïnen (eiwit met vet)

, 4. kan uitleggen hoe de eigenschappen van eiwitten voedingsmiddelen kunnen beïnvloeden
(structuur, smaak, oplosbaarheid in water).
- Structuur en smaak
o Soort aminozuur bepaalt structuur en eigenschappen
o Soort aminozuur bepaalt smaak
- Lading op eiwit
o Eiwit bevat een zure lading en een basische lading
- Oplosbaarheid in water
o Bepaald door:
 Schikking aminozuren (zijn ze polair/apolair)
 Grootte eiwit (aantal aminozuren) (veel az = slecht oplosbaar)
 Lading op eiwit ( lading op eiwit = oplosbaar)
5. kan de invloed van temperatuur op eiwitten benoemen (denatureren, coaguleren).
- Denatureren:
o Verlies van opgevouwen structuur (door verbreken van h- bruggen)
o Vindt plaats door:
 Thermische invloed: (verhitting/invriezen)
 Mechanische kracht (mixer)
 Chemische invloed (zuur)
- Coaguleren:
o Eiwitten hechten aan elkaar en worden onoplosbaar
 Polaire groepen komen naar buiten en eiwitten hechten aan elkaar
o Volgt op denaturatie

6. kan de invloed van de pH op eiwitten toepassen in een productvoorbeeld (IEP).
IEP = evenveel + als – dus is neutraal
- PH product (omgeving) > IEP eiwit
o Eiwit staat H+ af dus dan wordt het eiwit negatief geladen
- PH product = IEP eiwit
o Eiwit is neutraal
- PH product < IEP eiwit
o Eiwit neemt H+ op dus dan wordt het eiwit positief geladen
7. kan uitleggen hoe enzymatische activiteit beïnvloed wordt door de structuur van het eiwit.
Als een eiwit opgerold is, dus in een secundaire structuur is, dan kan het enzym zijn functie
uitvoeren. Zodra een enzym denatureert, gaat een eiwit terug in zijn primaire structuur en is
het niet meer mogelijk om zijn reactie uit te voeren.
Les 5 vet
1. kan een aantal vetten in voedingsmiddelen benoemen (linolzuur, EPA en DHA).
- ALA (afalinoleenzuur)
o Zit in noten en zaden
o Bevatten omega 3 en 6
- EPA (visvetzuren)
- DHA (visvetzuren)
2. kan het verschil tussen verzadigde/onverzadigde (enkel en meervoudig) en cis/transvetten
benoemen en herkennen in een voorbeeld.
- Verzadigde:
o Geen dubbele bindingen
- Onverzadigd:
o Enkelvoudig onverzadigd: 1 dubbele binding
o Meervoudig onverzadigd: Meerdere dubbele bindingen

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper romboutlieke. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,98. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 78252 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,98  1x  verkocht
  • (0)
  Kopen