Een compleet overzicht van de modellen die je nodig hebt voor het tentamen van Grondslagen Macro-Economie. Met alle aannames en mogelijke effecten uitgelegd.
1. Klassieke model van de gesloten economie op de lange termijn (H3) en de
geldmarkt (H5)
Aannames: stand van de technologie A is gegeven en constant, de omvang van de
kapitaal goederenvoorraad is gegeven: K = K, het arbeidsaanbod is gegeven: L = L,
K en L zijn exogeen, beide productiefactoren worden volledig benut op lange termijn
de omvang van de productie hangt af van de stand van de techniek en de inzet
van productiefactoren: Y = F(K, L).
Macro-economische vraag: C + I + G = C(Y – T) + I(r) + G
Macro-economisch aanbod: Y = F(K, L) = Y.
Evenwicht op markt voor goederen en diensten: Y = C(Y – T) + I(r) + G.
Nominale variabelen spelen geen rol in dit model.
Markt voor loanable funds (bepalen van de reële rente): S = Y – C – G.
Komt van nationale besparingen: door particulieren (S p = (Y – T) – C), door de
overheid (Sg = T – G).
Evenwicht op de markt voor loanable funds: S = I(r) met
een evenwichtige rente en evenwichtige S en I.
, De geldmarkt: vraag en aanbod van geld
(M/P)d = de reële vraag naar geld.
L (i, Y) = de waarde van de reële vraag, waarbij de nominale rente i de
opportunity cost van het aanhouden van geld is (als i stijgt, zal de geldvraag
dalen).
Evenwicht op de geldmarkt:
M: bepaald door de centrale bank, rr en cr.
r: endogeen bepaald door S = I (in een gesloten economie).
Πe: exogeen.
Y: bepaald via de productiefunctie: Y = F(K, L) = Y (op lange termijn).
P zorgt dus voor evenwicht op de geldmarkt op lange termijn: P is flexibel en past
zich aan zodat Ms/P = L (i, Y).
2. Klassieke model van de kleine open economie op de lange termijn (H6)
Inkomensevenwicht: Y = C + I + G + NX, waarbij NX = EX – IM.
NX > 0 overschot op de handelsbalans (NX = EX – IM).
NX < 0 tekort op de handelsbalans (NX = EX – IM).
NX = S – I.
S > I het land leent aan het buitenland.
S < I het land leent van het buitenland.
Aannames: de rente wordt bepaald op de
wereldkapitaalmarkt (r*, door S = I van de wereld),
binnenlandse en buitenlandse financiële activa zijn
perfecte substituten, er is perfecte kapitaalmobiliteit
(geen restricties op internationaal kapitaalverkeer),
de economie is klein (geen invloed op de
wereldrente r*) r = r* exogeen.
In dit voorbeeld heeft het land een handelsoverschot: NX > 0, want S > I.
De reële wisselkoers ɛ laat zien hoe duur/goedkoop een land werkelijk is
(het aantal buitenlandse producten per eenheid binnenlands product).
ɛ wordt bepaald aan de hand van de inkomensidentiteit: NX = S – I.
In een grafiek weergave:
Valutamarktevenwicht: NX = S – I, de reële wisselkoers is
de ‘reële prijs’ die zorgt voor dit evenwicht (op lange
termijn).
P en P* volgen uit het geldmarktevenwicht, de nominale
wisselkoers e volgt uit de berekening o.b.v. ɛ, P en P*
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper annegielen2. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,57. Je zit daarna nergens aan vast.