Alle afleveringen compleet voor het vak inleiding internationaal recht, inclusief screenshots en schema's! Aan de hand van dit document heb ik een 8 weten te behalen.
Internationaal recht: rechtsstelsel dat de verhoudingen tussen landen inkadert en reguleert.
Van belang omdat de regels van het internationale recht ook in Nederlands rechtszaken
kunnen worden ingeroepen.
Internationaal publiekrecht: gaat over regels die zien op gemeenschappelijke,
overkoepelende belangen die we aan overheden hebben toevertrouwd.
Internationaal privaatrecht: regels die duidelijk maken welk rechtsstelsel van toepassing is
op een privaatrechtelijke rechtsverhouding (gaan we het in deze serie niet over hebben).
Res publica= de publieke zaak.
Ius gentium= het recht van de volkeren.
Volkenrecht= internationaal publiekrecht
Op het wereldtoneel zijn meerdere actoren actief (VS + China, maar ook de NAVO + VN). De
Europese Unie is ook zo’n actor op het wereldtoneel. In dit vak gaan we steeds kijken naar
het geheel, het wereldtoneel en de regels die alle actoren in hun greep houden.
Eigenschappen Europese Unie:
- Directe werking;
- Voorrang
- Een goed functionerend wetgevend apparaat;
- Direct verkozen Parlement;
- Constitutionele, quasi-federale trekken.
Ook de EU is gebonden aan de regels van het internationale recht. Alleen unierecht is alleen
voor belang voor de lidstaten, die lid zijn van de Europese Unie. Internationaal recht is van
belang voor de hele wereld.
Eigenschappen Internationaal publiekrecht:
- Horizontaal domein (= op het wereldtoneel zijn het vooral staten die de dienst
uitmaken, er bestaat niet zoiets als een wereldregering).
- Hierdoor zijn de regels soms lastig te handhaven, staten moeten zélf toezien op de
naleving van internationale regels. Er zijn wel dwingende sancties mogelijk (door bijv.
internationale organisaties).
- In de praktijk getrouwe naleving van afspraken.
- Men kan een beroep doen op internationale rechtscolleges
Internationaal Gerechtshof
Internationaal Strafhof
Allerlei andere tribunalen
- Hier en daar zijn er ook verticale verhoudingen, de meeste internationale
organisaties zijn intergouvernementeel van aard. Die organisaties zijn dus horizontaal
van aard. Daarentegen zijn er ook supranationale organisaties, die hebben meer
verticale systemen (Europese Unie, de Europese Commissie kan regels afdwingen).
De organisaties streven naar verdergaande integratie, geen unanimiteit meer.
, - Bijzondere rechtsbronnen, wijken af van andere rechtsdomeinen.
‘Supra’= Latijns voor boven. Oftewel supranationaal betekent over de hoofden van de staten
heen.
Aflevering 2
Blok A
Internationaal recht is een bijzonder vakgebied. Het gaat om een horizontaal domein waarin
staten de dienst uitmaken.
De internationale rechtsorde is waarop het op de bronnen aankomt nogal onoverzichtelijk,
tamelijk rommelig.
In het volkenrecht is er geen centraal gezag en dus ook geen ‘wetgevende macht’.
Positivistische blik We kijken naar het geldende recht momenteel bestaande, geldende
en bindende regels.
Hoe ontstaat recht eigenlijk?
Het is een abstract concept omdat je het niet kunt vastpakken. Wel erkennen we het. Het
recht is een van de machtigste scheppingen van de menselijke geest.
Vormers van internationaal recht:
Staten:
o Verdragen
o Gewoonterecht
Internationale organisaties, o.a.:
o VN, WTO, ILO
o Niet-gouvernementele organisaties
o (inter)nationale vakbonden
(In principe zijn het toch weer staten die de dienst uitmaken in internationale organisaties,
maar toch ook weer de niet-gouvernementele organisaties)
Internationale tribunalen, o.a.:
o Internationaal Gerechtshof
o Internationaal Strafhof
o Internationaal Zeerechttribunaal
Wanneer zijn staten gebonden aan het internationale recht?
Klassieke uitgangspunt = staten zijn alleen gebonden als ze ermee instemmen (horizontaal
karakter)
Tegenwoordig kennen we ook normen waar niemand van kan afwijken “Ius cogens” =
dwingend recht (verbod op foltering/genocide/slavernij etc.)
Blok B
,Het internationaal Gerechtshof
De term ‘beschaafde naties’ is een merkwaardige, omdat het wellicht wel discriminerend is
om dit onderscheid te maken. En wat is überhaupt ‘beschaafd’? De nadruk lag dus op Europa
en VS bij de oprichting dit is gedateerd en nu ronduit discriminerend.
Missende rechtsbron in dit artikel: besluiten van internationale organisaties
Deze zijn niet te onderschatten!
Verder is de opvatting van de meest geleerde auteurs merkwaardig, dit omdat deze worden
tegenwoordig niet meer beschouwd als een zelfstandige bron van internationaal recht.
Grootheden internationaal recht uit het verleden:
- Samuel Pufendorf
- Alberico Gentili
- Francisco Suarez
- Fransico de Vitoria
- Hugo de Groot
Belangrijkste rechtsbronnen in het moderne volkenrecht:
1. Gewoonterecht
, 2. Verdragen
3. Besluiten van internationale organisaties
4. Algemene rechtsbeginselen
Subsidiaire rechtsbron beslissingen van internationale tribunalen
Blok C
1. Gewoonterecht:
Nationaal: niet meer heel belangrijk, maar het bestaat nog wel.
Voorbeeld staatsrechtelijk gewoonterecht
Een minister treedt af als een meerderheid van de Tweede Kamer haar vertrouwen
opzegt in hem/haar.
Internationaal: wel belangrijk!
Voor gewoonterecht moet er sprake zijn van een algemene praktijk Een specifieke
manier waarop een staat zich gedurende een bepaalde tijd gedraagt
Gewoonterecht, vereisten:
1. Gewoonte of gebruik (usus), ookwel ‘algemene praktijk’
2. Rechtsovertuiging (opinio iuris)
Voorbeeld 1:
Behandelen diplomaten op een nette manier met rust laten
Vastgelegd in:
Verdrag van Wenen inzake Diplomatiek Verkeer (18-04-1961)
Verdrag van Wenen inzake consulaire betrekkingen (24-04-1963)
Verdragenrecht en gewoonterechten:
Verdragen bestaan ook grotendeels uit gewoonterecht
Regels van gewoonterecht kunnen gecodificeerd worden, maar dan nog kunnen er enkele
gewoonterechtelijke onderdelen blijven bestaan die niet gecodificeerd zijn.
Opinio iuris,
Hoe vast te stellen?
O.a. door:
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper anoukgroothuizen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.