Hoofdstuk 1
De kernzin
De zin waarin de belangrijkste mededeling van de alinea staat.
De hoofdgedachte
Een samenvatting van het onderwerp en de hoofdzaken geformuleerd in 1 zin.
Inleiding
Doel: lezer nieuwsgierig maken naar de tekst.
Onderwerp aankondigen
Kort verhaaltje
1 of meer vragen stellen
Aanleiding van schrijven noemen
Slot
Conclusie
Samenvatting
Advies geven
Verbindingsmanieren
Signaalwoord
Herhaling
Verwijzing
Aankondigende zin
Verbanden (signaalwoorden)
Uitspraak-opsomming Ook, verder, bovendien, nog, daarnaast, niet alleen … maar ook, ten
eerste, ten tweede
Uitspraak-tegenstelling Maar, daarentegen, echter, integendeel, enerzijds … anderzijds, daar
staat tegenover
Uitspraak-voorbeeld Bijvoorbeeld, als voorbeeld, zoals, zo
Middel-doel Waarmee, daarmee, met dat doel, het doel is, door middel van, om te …
Oorzaak-gevolg Daardoor, hierdoor, doordat, zodat, waardoor
Uitspraak-vergelijking Zoals, hetzelfde, dezelfde, in vergelijking met
Uitspraak-reden Daarom, want, omdat, namelijk
Uitspraak-conclusie Dus, concluderend, hieruit volgt
Uitspraak-samenvatting Kortom, samenvattend, al met al
Uitspraak-voorwaarde Mits, als, indien, tenzij, op voorwaarde dat
Tekstvormen
Tekstdoel (werkwoord) Tekst soort
Nieuwsberichten, een werkstuk
Informeren Verhalen, strips, romans, gedichten Informerende tekst
Amuseren Schoolboeken, handleidingen Amuserende tekst
Uitleggeven/uiteenzetten Blogartikelen, columns, brieven Uitleg gevende tekst
Mening vormen/beschouwen Commentaar in krant, recensies Mening vormende tekst
Overtuigen Folders, advertenties, recensies Overtuigende tekst
Activeren/overhalen Activerende tekst/overhalende tekst
, Hoofdstuk 2
Functies van tekstgedeelten
bewijs De schrijver probeert met feiten (uit onderzoek) de juistheid van een theorie of
stelling aan te tonen.
constatering De schrijver stelt iets vast, merkt iets op.
gevolgen De schrijver beschrijft de gevolgen die door een bepaalde maatregel of een
bepaald verschijnsel zijn veroorzaakt.
nuancering Een bewering of een standpunt wordt iets afgezwakt door te laten zien dat er ook
andere gezichtspunten zijn.
ontkenning De schrijver geeft de bewering weer en geeft aan dat hij het er niet mee eens is.
oorzaak In de alinea is beschreven waardoor iets is ontstaan.
opsomming De schrijver geeft een aantal meningen, voorbeelden, argumenten, verklaringen of
verschijnselen.
theorie De schrijver geeft een algemene beschrijving waarmee hij een bepaald feit of
verschijnsel verklaart of voorspelt.
toelichting Een algemene stelling of theorie wordt nader uitgelegd of toegelicht. De schrijver
geeft onder andere meer voorbeelden of meer gevolgen.
Aanpak van vraag
1. Lees het tekstgedeelten
2. Onderstreep de kernzin(nen) en signaalwoorden
3. Kies het functiewoord dat het best past bij onderstrepingen en signaalwoorden
Tekststructuren
De manier waarop een tekst wordt opgebouwd noem je de tekststructuur.
Inleiding Middenstuk slot
voordelen-en- een probleem of voor- en nadelen van het een conclusie en/of
nadelenstructuur verschijnsel probleem of het verschijnsel samenvatting
verschijnsel-en- een verschijnsel verschillende verklaringen een aanbeveling
verklaringstructuur voor het verschijnsel en/of samenvatting
verschijnsel-en- een verschijnsel bespreking van de een samenvatting
besprekingstructuur verschillende kanten van het
verschijnsel