o Woord
o Lichaam
o Context (omgeving, tijd, persoon)
Communicatie volgens Watzlawick
Watzlawick: menselijk communicatie in 5 axioma’s
denkkader over individu in omgeving (gedrag = communicatie)
1. Eerste axioma: communiceren doe je altijd
o Gewild of ongewild boodschappen sturen
wederzijdse beïnvloeding (je hebt altijd invloed op de gebeurtenis)
o Mogelijke reacties:
1. Erkennen: boodschap opgemerkt + erop ingaan
2. Verwerpen: boodschap opgemerkt + tegenin gaan
3. Negeren: boodschap opgemerkt?
communicatie bemoeilijken + negatieve sfeer
o Communiceren met buitenkant over binnenkant
o Extreem of vervelend gedrag: komt voort uit onhandige pogingen positieve invloed
o Onderscheid observeren en interpreteren van belang (misverstanden vermijden)
interpreteren mag, maar juistheid nagaan
2. tweede axioma: elke boodschap heeft een inhoud- en betrekkingsaspect
o Inhoud: letterlijke inhoud van woorden
o Betrekking: hoe de inhoud moet worden opgevat (uiteenlopende interpretaties vaak
miscommunicatie )
inhoudelijke boodschap + relaties tussen mensen
o Betrekkingsaspect: communicatie over communicatie
metacommunicatie (meestal non-verbaal)
betrekking en inhoud tegenspreken geneigd betrekking te geloven
o Kritiek: escalatie voorkomen (kritiek enkel om meningsverschil, mening van ander
achterhalen en begrijpen, achterhalen hoe ander tot mening komt)
, o Soorten conflicten:
1. Inhoudelijk: inhoud centraal (elkaars zelfbeelden respecteren)
2. Relationeel: manier waarop mensen zichzelf of anderen zien
3. Pseudo-inhoudelijk: praten over inhoudelijk, maar oneens over onderlinge relaties
o Interpunctie: manier waarop je gewicht/betekenis toekent aan gebeurtenis
gedragingen uitlokken door andere gedragingen,….
o Beïnvloed door:
1. Levensgeschiedenis: in wat voor gezin je opgroeit (hoog inkomen, laag inkomen),…
2. Positie: kind hoge koorts koortswerend middel (kinderarts of buurvrouw)
3. Fysieke en mentale conditie: moe, ziek, veel piekeren,…
4. Context: geeuwen voor televisie vs. Geeuwen tijdens sollicitatie
meningsverschil: elkaar proberen te begrijpen
4. vierde axioma: communicatie verloopt analoog en digitaal
Analoog (+/-70%) :
o Beeldend
o Onderdelen verwijzen naar datgene wat met die taal word uitgedrukt
o Meestal non-verbaal
o Precieze betekenis ligt niet vast
o – verbonden aan situatie
o + geschikt voor gevoelens en relaties
o 3 soorten analoge taal:
1. Gedrag: lichaamshouding, mimiek, spreekritme, stemvolume,…
2. Vaste elementen: lengte, gewicht, geslacht, lichaamsgeur
3. Taalhandelingen: vragen, troosten, bevelen (doe je tijdens spreken)
o Schriftelijk: lay-out, handschrift, spelfouten, rijm
Digitaal:
o Symbolen die geen noodzakelijke gelijkenis hebben met wat aangeduid wordt
o Meestal verbaal
o betekenis ligt vast (vb. kat, verkeerlicht, gebarentaal)
o + logische grammatica + abstracter
o + met woorden verwijzen naar dingen die niet waarneembaar zijn
, o – moet je leren
o – vaak ontoereikend voor uitdrukken gevoelens en relaties (zeggen dat je graag hebt vs.
Samen dingen doen, voor hen op komen)
iets zeggen + tegengestelde boodschap met analoog analoge boodschap komt over
digitaal gebruiken om analoog na te gaan
5. vijfde axioma: communicatie verloopt symmetrisch of complementair
o Symmetrisch: elkaars spiegelbeeld, gelijkwaardig aandeel, beide proberen communicatie te
bepalen
relatie gebaseerd op overeenkomst
o Complementair: iemand neemt initiatief en iemand volgt , vullen elkaar aan, verschillend
aandeel
relatie gebaseerd op verschil
o Gezonde relatie: afwisseling symmetrie en complementariteit
o Moeilijkheden of conflicten door uitersten:
1. Starre complementariteit: rollen krijgen vast patroon, 1 altijd initiatief en ander altijd
volgend relatiepatroon dominanter dan behoefte
2. Symmetrische escalatie: telkens relatievoorstellen van elkaar weigeren
(gelijkwaardig, maar volgen elkaar niet)
Verbale en non-verbale communicatie
Non-verbale communicatie:
o Mensen eerlijker in non-verbaal gedrag
niet altijd makkelijk te interpreteren
o Gevoelig worden voor signalen + inzicht in eigen non-verbaal gedrag
o Lichaamstaal = onderdeel van non-verbale communicatie
o Gevoelens + relaties meestal non-verbaal
o Situatiegebonden + minder abstract + geen als …dan
moeilijke interpretatie + oorzaak van miscommunicatie
1. Functies van non-verbale communicatie
o Aanwijzing geven over attitudes en identiteit: omgangsvorm, eigenschappen en emoties van
ander
o Ondersteunen of afzwakken van de verbale communicatie:
1. Ondersteunen: knikken, stemgebruik, oogcontact, gebaren
2. Afzwakken: verbaal tegengesteld aan wat hij uitstraalt
o Vervangen van verbale communicatie: vb. in discotheek drank bestellen: hand opsteken en
iets aanwijzen
o Reguleren van de onderliggende verhoudingen: sociale orde regelen (duidelijk maken wat
kan en wat niet, wie er bij hoort en wie niet)
o Regelen van het gesprek: knikken, gebaren , oogcontact (op gang brengen, beëindigen),
stilte, aankijken andere moet woord nemen
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper g2003. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.