100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
CE4: interne analyse €4,49
In winkelwagen

College aantekeningen

CE4: interne analyse

 4 keer bekeken  0 keer verkocht

Vooral gericht op het uitleggen van de rekensommen

Voorbeeld 4 van de 37  pagina's

  • 30 juni 2022
  • 37
  • 2020/2021
  • College aantekeningen
  • Niet bekend
  • Alle colleges
Alle documenten voor dit vak (4)
avatar-seller
rosellawoudhuizen
Hoofdstuk 1:
Organisatiestructuur: Wijze waarop taken binnen een organisatie zijn verdeeld en waarop vervolgens
afstemming tussen deeltaken tot stand wordt gebracht. Zij heeft dus te maken met de verdeling van
activiteiten over afdelingen en de taken van de werknemers.

Ontwikkelingen structureren belang:
- Groene weide -> bedrijf opnieuw starten, hoe wordt het dan georganiseerd
- Digitalisering
- Nieuwe generatie ondernemers/werknemers

Dominante organisatiedeel: Binnen het model (om organisaties makkelijker in te delen) wordt er
vooral gekeken naar dat deel van de organisatie dat de meeste invloed heeft op het resultaat.

Coördinatie mechanisme: Wordt er gekeken naar de meeste gebruikte manier om activiteiten in een
organisatie te sturen en op elkaar af te stemmen.

De 6 organisatieonderdelen:
• Strategische top: Directie
• Het lijnmanagement: middenkader
• Werkvloer: verantwoordelijk uitvoering werkzaamheden
• Ondersteunende staf: afdeling -> personeelszaken
• Techno structuur: ondersteunende stafafdelingen -> planning/ IT/ logistiek
• Ideologie: bedrijfscultuur , normen & waarden

6 interne coördinatie mechanismen:
• Onderlinge afstemming: medewerkers tussen hun samenwerking met elkaar corrigeren of
helpen. Zodat er duidelijkheid komt in de doelen behalen.
• Directie supervisie: manager kijkt mee en springt bij. (bv. Cameratoezicht)
• Standaardisatie van werkprocessen: voor elke handeling is er een voorschrift hoe het moet
gebeuren. (minder kans fouten, creativiteit en eigen inbreng)
• Sd van output (resultaten: de organisatie stuurt de onderdelen aan door duidelijke output
eisen te formuleren. (verwachtingen winst, groei, marktaandeel)
• Sd van vaardigheden: eisen aan opleidingsniveau of aantal jaar werkervaring -> wordt werk
met de juiste kennis uitgevoerd (chirurg)
• Sd van normen/waarden: gedragsregels worden nageleefd door de werknemers( kerken/
goed doel)

De 7 organisatietypen van Mintzberg:
Naam organisatiedeel coordinatie mechanisme Voorbeeld
Ondernemende organisatie strategische top direct toezicht Detailhandel
productiebedrijven met
Machinebureacratie technisch sd werkprocessen massaproductie (maccie)
hogeschool,
Proffesionele bureaucratie operationele kern sd vaardigheden advocatenbureau, ziekenhuis
meerdere compleet
zelfstandige bedrijven onder 1
divisiestructuur middenkader sd resultaten/output moederbedrijf (philips)
reclamebureau,
adhocratie (innovatie) ondersteunende staf onderlinge afstemming productontwerper
zendingsorganisatie ideologie sd normen klooster, milieuorganisaties
staat niet vast, continu
politieke organisatie staat niet vast nieuwe coalitievorming

1

,Organisatievormen
1. De lijnorganisatie: Organisatie waar boven elke werknemer een manager staat. In deze
organisaties zijn taken toebedeeld aan afdelingen. De lijnorganisatie is veelgebruikte
organisatiestructuur. Qua vorm lijkt de lijnorganisatie op een piramide (organigram)
Voordelen Nadelen
Verantwoordelijkheid is duidelijk vast te stellen bureucratie (veel regels/ lange lijnen)
bevoegdheden zijn afgebakend eilandjes' ipv samenwerking
taken en verantwoordelijkheden zijn duidelijk bepaald doorgaans minder arbeidsverdelingen en specialisatie
beslissen kan snel managers als 'controleurs'
Niet flexibel (alles ligt vast)

2. Lijn-staforganisatie: is een lijnorganisatie waaraan 1 of meer stafafdelingen zijn toegevoegd.
De toevoeging ‘staf’ geeft aan dat de onderneming met adviseurs en/of adviesafdelingen
werkt, die dus ‘buiten’ de lijn vallen.
3. Matrixorganisatie: Organisatiestructuur die vaak in grote organisaties wordt toegepast.
Hierbij rapporteren de deelnemers aan meerdere personen. De organisatievorm is dan
opgedeeld naar verschillende gezichtspunten, bijv. naar productgroep en geografische regio.
Een medewerker heeft 2 leidinggevenden, namelijk het hoofd van de productgroep en het
hoofd van de geografische regio. In de top moet dan afgesproken zijn hoeveel zeggenschap
elke leidinggevende heeft en welke terreinen die zeggenschap bestrijkt. Dit laatste kan
conflicten geven in het geval dat leidinggevenden onderling te weinig afstemmen. Men werkt
met elkaar.
4. Projectorganisatie: Als binnen een wat grotere organisatie een ingewikkeld project moet
worden uitgevoerd, kan de onderneming specialisten van verschillende terreinen bij elkaar in
een groep plaatsen. Dit is vaak een tijdelijke samenwerkingsverband van verschillende
specialisten die samen een doel moeten realiseren. Hoofd groep -> projectleider

Management en leiderschap
Actiegerichte oriëntatie niet veel plannen, maar doen
Klantgerichte instelling luisteren naar hen die uw diensten gebruiken
Autonomie en ondernemingsgeest op zoek naar innovatie en productvoorvechters
Productiviteit door inzet mensen vertrouwen en geloven in medewerkers
Persoonlijke inzet en waarden bewust zijn elke dag uiting geven aan dat waarin u gelooft
Schoenmaker blijf bij je leest weten waar u goed in bent en waarin niet
Eenvoudige organisatie met kleine staf groeien waar nodig is
Vrijheid in gebondenheid (bedrijfsbreed) gedeelde waarden, maar autonomie op de werkvloer

Agile
Agile-werken: Je blijft bij elke beslissingen goed nadenken of je daarmee nog voldoet aan de
wens/vraag van je klant/opdrachtgever. (iteratief = herhalend/ terug koppelen)
• (vraaggericht werken, iteratief werken, concrete deelresultaten opleveren, continu feedback,
zelforganiserende teams/multidisciplinaire, persoonlijke, mondelinge en visuele
communicatie, kort-cyclisch plannen)

Scrum: Product wordt geproduceerd door een multidisciplinair team. Elke ochtend komt het team bij
elkaar.

Watervalmethode: Wordt eerst een uitvoerig plan gemaakt, waarna een hele lange tijd van een
projectuitvoer volgt. Uiteindelijk wordt vaak pas aan het eind van het hele project duidelijk of het
ook echt heeft opgeleverd wat verwacht was.



2

,Syllabus:
Management Leider
Doet de dingen goed doet de goede dingen
Concentreert op het heden concentreert zich op de toekomst
streeft naar ordening houdt van verandering
beperkt risico's neemt risico's
laat zich meer leiden door rede dan door laat zich leiden door zowel rede als door
gevoelens gevoelens


ZZP: Eenmanszaak Venootschap onder Firma
Eigenaar en ondernemer zijn dezelfde persoon Eigenaar en ondernemer dezelfde persoon Meer dan 1 natuurlijke persoon als eigenaar
Specifiek beroep Vaak detailhandel en consultants alle vennoten zijn eigenaar
Continuïteit is onzeker Continuïteit is onzeker continuteit is veel zekerder
Privé aansprakelijk prive aansprakelijk vennoten zijn prive aansprakelijk
Makkelijk op te starten winst belast met inkomstenbelasting winst belast met inkomstenbelasting
Winst belast met inkomstenbelasting moet BTW berekenen en afdragen moet BTW berekenen en afdragen
Moet Btw berekenen en afdragen Kan personeel in dienst hebben Kan ook personeel in dienst hebben
Commanditaire vennootschap Besloten vennootschap Naamloze vennootschap
Meer dan 1 natuurlijke persoon als eigenaar 1 of meerdere eigenaren grote bedrijven, vele eigenaren
1 of meerdere stille vennoten leiding meestal in handen van de eigenaar leiding in dienst van NV
stille vennoten zijn beperkt aansprakelijk directeur krijgt salaris aandelen verhandelbaaar op beurs
winst belast met vennootschapsbelasting personeel kan, maar hoeft niet winst belast met vennootschapsbelasting
veel gebruikt voor financiering van activa zoals:
zeeschpen, vastgoed winst belast met vennootschapsbelasting over de omzet is btw verschuldigd
over de omzet is btw verschuldigd


In hoeverre is de eigenaar (de detaillist in dit geval) aansprakelijk voor schulden van de BV:
Bv is een rechtspersoon. Niet aansprakelijk met zijn privévermogen voor de schulden van zijn
onderneming. Aansprakelijkheid geldt alleen over het vermogen van de onderneming.

bedrijfsvormen: rechtspersoon
besloten vennootschap (bv)
naamloze vennootschap (nv)
coöperatie
stichting
vereniging




3

, Hoofdstuk 3:
Voorbeelden beginbalans oefentoets:
• Opent zaak 1 okt 2019
• Eind sep inventaris aangekocht van 10.000 euro
• Voorraden 25.000
• Goederen voor 1 okt voor 14.000 al betaald worden, restant betalingstermijn van 1 maand.
• Inventaris wordt betaald en geschonken door een familielid
• Huur gebouw: 18.000
• Huur 2 maanden vooruit betaald worden op 30 sept 2018
• Start 1000 euro kasgeld
• Banktegoed van 5300 euro, die hij inbrengt in de zaak.
• Voor financieringsgat is bank bereid langlopende lening te verstrekken

Investeringsbegroting (debetzijde)
• Eind sep inventaris geschonken door familie: 10.00
• Voorraad: 25.000
• Vooruitbetaalde huur: 18.000/12 x 2 = 3000
• Kas: 1000

Financieringsplan: (creditzijde)
• Eigen vermogen: 15.300 (10.000 schenking + 5300 banktegoed)
• Crediteuren: 25.000 – 14.000 = 11.000
• Banklening 4% / financieringsgat: 39.000 – 26.300 (15300 + 11000)

debetzijde creditzijde
vaste activa eigen vermogen 15.300
inventaris 10.000
Lang vreemd vermogen
vlottende activa Banklening 4% 12.700
voorraad 25.000 Kort vreemd vermogen
vooruitbetaalde huur 3.000 Crediteuren 11.000
Kas 1.000

Totaal 39.000 Totaal 39.000


Beginbalans voorbeeld Edumundo
• Vooraf voorraden 46.000 (helft contact, helft krediettermijn 2 maanden)
• 2 bestelauto’s contant direct betaald: 40.000
• Tablet + computer vooraf: 2.000
• Vooraf inventaris: 80.000
• Kantoorspullen uit eigen bezit: 5.000
• Rest inventaris wordt betaald dec 2015
• Huur per maand: 2000 (2 maanden vooruit betalen)
• Kasgeld: 1000
• Spaargeld: 52.000
• Schenking Cor: 27000
• Lening 10 jaar: 50.000
debetzijde creditzijde
vaste activa eigen vermogen huur: 2000 x 2
inventaris 80.000 spaargeld 52.000 crediteuren: 46.000 (voorraden)/2
Bestelauto 40.000 Schenking ome Cor 27.000 rekening courant krediet: 173.00-157.000
tablet & computer 2.000 Inbreng Inventaris 5.000
vlottende activa Lang Vreemd Vermogen
voorraad goederen 46.000 8% banklening 50.000
vooruitbetaalde huur 4.000 Kort vreemd vermogen
Kas 1.000 crediteuren 23.000
rekening courant Krediet 16.000
Totaal 173.000 Totaal 173.000
• Banklening berekenen: voorraad goederen + eigen vermogen = bedrag 1
Dan totaal debetzijde – bedrag 1 = ..% banklening

4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper rosellawoudhuizen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 52510 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd