Hoofdstuk 1
● scientific method
● inductief en deductief
● normaal, toegepast, veld, laboratorium onderzoek
● interne en externe validiteit
● (onafhankelijke variabelen
HPER(health, physical education, and recreation)
scientific methode= procedure om problemen op te lossen of nieuwe kennis te ontdekken
inductief redeneren: specifiek → algemeen
deductief redeneren: algemeen → specifiek
basic onderzoek om kennis te vergaren, toegepast onderzoek om vraag te beantwoorden
field research is alles buiten een laboratorium
interne validiteit hoger bij laboratoriumonderzoek, overall kwaliteit van het onderzoek
externe validiteit hoger bij veldonderzoek (lijkt meer op de echte wereld) potententiele
toepassing van resultaten, en generalisatie
onafhankelijke wordt gemanipuleerd en afhankelijke is gemeten gedrag
karakteristieken onderzoekers: open-minded, knowledge, intellectual curiosity,
doorzettingsvermogen, eerlijkheid
Hoofdstuk 2
● IRB(institutional review board)
● informed consent
Informed consent is een van de proefpersoon belangrijkste rechten
- achtergrond, en uitnodiging om deel te nemen
- uitleg procedure
- potentiële risico’s en ongemakken
- mogelijke voordelen
- recht van onderzoek en terugtrekking
anonimiteit, handtekening van proefpersoon en getuige, veilig onderzoek, kennis
van resultaten → onderzoek verantwoordelijk voor ethisch verantwoord of de
proefpersonen
Hoofdstuk 7
● meetniveaus (nominaal, ordinaal, absoluut, interval, ratio)
● parametrisch en niet parametrisch statastiek
● beschrijvend inferentieel gebruik van statistiek
● geselecteerde sampling procedures
schaal van meting is belangrijk want dat bepaald deels het selecteren van juiste statistiek
nominale, ordinale, absolute schaal, interval ratio
parametrisch statistiek bij interval of ratio, met veel precisie (bij normale verdeling) (harde
data is meer precies en objectief)
niet parametrische statistiek bij nominaal of ordinaal (niet normaal verdeeld, (verdeling-
vrije-analyse)
populatie is een inclusieve groep en een sample is een deel hiervan
de μ staat voor populatie parameter
biased sample is niet representatief voor de populatie.
, samples gevormd door: random selectie, systematisch tellen, gelaagde random samples,
convenience sample.
Hoofdstuk 8
● central tendency
● het gemiddelde, mediaan, modus
● variabiliteit, bereik
● standaarddeviatie,
● variatie en coëfficiënten van variantie
● normale curve, betrouwbaarheidsintervallen
statistiek doel is een grote hoeveelheid data verminderen tot betekenisvol cijfer met waarde
mean(gemiddelde): 1,2,3,4,5 → 15/5=3 , absoluut, interval,ratio
mediaan: 6,7,8,9,10 → (7+8)/2 = 7.5, bij kleine N en afwijkende waarde
modus:10,9,9,8,7,7,7,5,3,2 → =7 bij meerdere scores bimodaal of
trimodaal
bereik, hoogste score - laagste score
standaard deviatie, SD= formule, variatiecoëfficiënt
normale curve
meetniveau centrummaat spreidingsmaat
nominaal modus hele freq. verdeling
dichotoom modus hele freq. verdeling
ordinaal mediaan min-max, range/bereik
interval gemiddelde variantie, standaarddeviatie
ratio gemiddelde variantie, standaarddeviatie
absoluut gemiddelde variantie, standaarddeviatie
Hoofdstuk 9
● theoretisch waarschijnlijkheid
● waarschijnlijkheid en normale curve
● hypothese testen, sampling error
● level of significance
● type I en type II errors
● sampling verdeling
● kritisch statistiek, berekend statistiek
● one- and two- tailed hypothese test
statistische beslissingen zijn niet exact maar met een bepaalde kans om waar of niet waar te
zijn.
waarschijnlijkheid is bij kop of munt ½=50%, of .50
statistische hypothese testen om te schatten om onderzoekshypothese waar is
null hypothese → H0= μ1-μ2 = 0 of μ1=μ2, geen verschil/verband
alternatieve hypothese → H1+ μ1-μ2=x(niet gelijk) 0 of μ1=x μ2
sampling error, kop of munt niet altijd 5-5 bij 10 gooien, kan ook 6-4