100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
werkcollege uitwerkingen IA €4,49   In winkelwagen

College aantekeningen

werkcollege uitwerkingen IA

 2 keer bekeken  0 keer verkocht

alle uitwerkingen van de werkcolleges van het vak IA

Voorbeeld 3 van de 21  pagina's

  • 8 juli 2022
  • 21
  • 2021/2022
  • College aantekeningen
  • Ia
  • Werkcolleges
Alle documenten voor dit vak (50)
avatar-seller
selinedonkers
Werkcollege uitwerkingen IA Seline Donkers


Werkcollege opdrachten infectie en afweer:
Werkcollege 1:
Neospora caninum
1. Teken schematisch de cyclus van deze parasiet en geef hierin duidelijk aan:
a. Wat is de eindgastheer? Hond en hondachtigen
b. Wat is de tussengastheer? Runderen, schapen en wilde hoefdieren.
c. Hoe lang is de prepatent periode? Enkele dagen tot aantal (2/3) weken.
d. Welk deel van de cyclus vindt plaats binnen de gastheer en welk deel erbuiten?
Uitkomen van de eitjes in de gastheer en voortplanten wormen in eindgastheer.

2. Waar/bij wie in de cyclus vindt vermenigvuldiging van het agens plaats?
Vermenigvuldiging vindt plaats in de hond via geslachtelijke voortplanting en in het rund via
ongeslachtelijke voortplanting.

3. Waar/bij wie in de cyclus zorgt het agens voor ziekteverschijnselen? Hoe komen deze
verschijnselen tot stand?
Eitjes komen uit in de koe. De koe zelf wordt niet ziek, maar kan hierdoor wel een abortus
krijgen. Wormen planten zich voort in de hond. Eitjes verspreiden zich hier naar de feces
maar ook binnen de hond via de darmwand naar de bloedbaan en de longen.

Cyclus protozoa 1:
1. Oraal ingenomen door het rund
2. Dan wordt het verspreid door het lichaam.
3. Prolifirerende tachuzoietfase  trekkende bewegelijke fase
4. Door stress van het immuunsysteem van gastheer vindt er conversie plaats naar de
langzaam prolifirerende bradyzoiet  dit is een rustige fase van de parasiet
5. Hier vormt een cyste erom heen om zichzelf te beschermen
6. Kunnen jarenlang inactief in de gastheer leven en koe heeft er nooit last van.
7. Bij dracht van het rund wordt de bradyzoiet actief en vind er dus weer een
verandering plaats terug naar de tachyzoiet en deze is placentotroop en gaat naar
placenta toe.
8. Th1 is een hele sterke immuunrespons wat tachyzoiet kan aanvallen en th2 werkt
alleen tegen wormen en zorgt normaal dat de dracht goed verloopt en kalf niet
wordt afgestoten.
9. De neospora valt de th2 aan (dat het kalf niet geboren wordt) omdat de th2 niet
opgewassen is tegen de neospora.
10. Er komt een infectie van van de placenta en mogelijk ook de foetus met tacyzoides
11. Dit zorgt voor een abortus of een levend kalf die drager is
12. Als er een abortus is, kan een hond de placenta eten
13. Dan komen de cystes in de hond en krijg je een geinfecteerde hond.
14. De hond poept het uit als een oocyste in een weiland van de koe
15. De koe krijgt de oöcystes weer binnen
16. Als de oocystes gesporuleeerd en actief zijn, kunnen ze een koe infecteren.
Normaal wil koe naar th2 respons (normale dracht). Tachyzoieten gaan naar de kalf toe en
infecteert de kalf en afhankelijk van wanneer hij binnendringt leidt tot een bepaalde
respons. Als hij pas later binnendringt wordt de kalf drager. Dan wordt het weer inactief en
hierdoor kan het van kalf naar kalf overgedragen worden.

1

,Werkcollege uitwerkingen IA Seline Donkers


Nematoden.
Een paratenische gastheer eet het eitje op en de hond heet de paratenische gastheer op.
Hierna gaat het naar de dunne darm en gaat naar de lever en dan naar de longen (tropisme).
Eet door het lichaam heen. Hoest je ze uit en dan slik je ze weer door en komen ze opnieuw
binnen als larven en dan komen ze nog een keer in de dunne darm komen worden ze
volwassen. Het kan via de ontlasting weer vrijkomen als eitje en dan is de cirkel rond. Of het
gaat via de melk naar de puppy (galactogeen) of via intra uterie (trekt naar de placenta naar
pup) dit kan niet bij katten. Prepatente periode duurt ongeveer 4 weke, het is afhankelijk op
welke manier het in de hond komt. vermenigvuldiging van de agens vindt plaats bij de
volwassen hond. De ziekteverschijnselen zijn bij veel wormen = verdrukking/opstopping en
perforatie, bij minder wormen = diarree en overgeven, bij weinig wormen =
groeibelemmering.

Cestode
1. Volwassen vorm en leeft in darm van hond
2. Eitjes worden verspreid in de ontlasting van de hond
3. Deze worden geconsumeerd door de tussengastheren (grazende dieren) dan komen
er oncosferen vrij en die penentreren de darmwand.
4. Deze gaan door bloedstroom naar andere organen. En daar ontwikkelen ze zich tot
cysten. Er kan anyfylatische shock ontstaan hierdoor. Larven zitten in cysten. In
cysten vindt ongeslachtelijke vermeerdering plaats.
5. Honden kunnen geinfecteerd worden door organen met de cysten binnen te krijgen.
Dit moet echt via het vlees (lever en longen). Larven worden ook wel protoscolices
genoemd. Larven hechten zich aan wand van de darm en ontwikkelen zich weer tot
volwassenen en deze cyclus duurt 42 dagen.
Mensen kunnen dit ook krijgen door in contact te komen via ontlasting. Mens is een dead at
host omdat mensen niet meer worden gegeten. Blaaswormen kunnen last geven en dit ligt
aan plaats en omvang. Hechten tussen dikke en dunne darm. Volwassen worm kan bij paard
voor klinische klachten zorgen.

Protozoa 2:
Isosporen bij een kat
De isospora zit in de poep van de kat. Het komt zo in de buitenwereld en dit wordt
opgegeten door een andere kat en je bent weer bij het begin.
Isospora is bij carnivoren en emerya bij herbivoren.
De cyst gaat naar de darmen van de kat. Daar laat het blaasje eromheen los. Dan komen de
sporencysten vrij. Dan gaan ze in de darmcel zitten. In de darmcel gaan ze vermeerderen.
Als er heel veel gemaakt zijn, komen de sporen vrij. Of ze gaan verder naar de volgende stap,
of ze gaan een stap terug en zorgen weer dat ze vermeerderen
Als ze een stap verder gaan worden ze merocyten genoemd. Het worden dan gameten en
een oocyt. Het gaat dan uit het lichaam, daar gaat het blaasjes vormen. Bij emerya 4 en
isospora 2 en bij emerya gaat elk van die 4 blaasjes ieder 2 sporozoïeten maken en bij
isospora gaan de 2, 4 sporocoïten vormen.




2

, Werkcollege uitwerkingen IA Seline Donkers


Werkcollege 2:
Opdracht 1:
Zoönoze: van mens op dier of van dier op mens. (Gewervelde dieren). Rabies is een virus.
Zoönozes kun je krijgen d.m.v. direct contact, contact met uitscheiding, bijt en krabwonden,
formites, vectoren, comsumptie en veterinaire handelingen.
Formites: via niet levende dingen. Vectoren: levend
Bacteriën moeten afweer remmen om te kunnen blijven leven in een organisme.
Transmissieroute Aandoening Soort verwekker Diersoort
Direct contact Antibioticaresistentie Bacteriën – Landbouwhuisdieren
 diaree, overlijden, schimmels – – hond – kat – mens
blijvende nierschade virussen
Contact met Hoofdpijn, diarree, Bacteriën – Veel dieren.
ex/secreta van een braken, depressie en virussen – wormen
dier soms de dood,
blaasontsteking
Bijt/kwabwonden. Septische artritis en Pathogene bacterie Hond en kat,
Moeten als ernstig osteomyelitis. – virus
worden beschouwd.
Fomites/vectoren Rickettsia rickettsii, Bacteriën – Teken, muggen,
lyme, lassa virussen vlooien,
geleedpotigen, niet
levende dingen.
Consumptie Antibioticaresistentie, Bacteriën – Prionen Landbouwhuisdieren,
dierlijke producten rauw vlees (drop) – virussen wilde dieren.
Verwerking dierlijke Zie hierboven
producten
Veterinaire
handelingen

Opdracht 2:
a. 1. Het micro-organisme moet aanwezig zijn in elk geval van de ziekte.
2. Het verdachte micro-organisme moet kunnen worden geïsoleerd en gegroeid als
een reincultuur (een enkel organisme).
3. Inoculatie van het geïsoleerde micro-organisme in een gezonde gastheer geeft
dezelfde ziekte/symptomen.
4. Hetzelfde micro-organisme moet opnieuw uit de experimenteel geïnfecteerde
gastheer kunnen worden geïsoleerd in een reincultuur.
b. Het heeft niet bij ieder dier dezelfde symptomen dus hij voldoet niet aan punt 3, je
hebt niet de goede cellijnen om de ziekte in op te kweken. Sommige parasieten
hebben een levenscyclus waardoor je het niet kan kweken en soms heb je zelfs een
tussengastheer nodig. Op mensen ga je dit niet testen.
c. Mutatie waardoor het aan menselijke receptoren op cellen kan binden (virus).
Bacteriën moeten toxinen uitscheiden waar een cel last van heeft. Soms
optimumgroei temperatuur anders. Hij moet kunnen competeren met stoffen in
lichaam en het moet kunnen hechten aan cellen van mensen. Het moet de afweer
remmen.


3

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper selinedonkers. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 67096 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49
  • (0)
  Kopen