1. Aquatische ecosystemen onderscheiden op basis van ligging, hydrologie, chemie (o,a,
nutrienten), soortensamenstelling (voedselweb, trofische niveau’s, karakteristieke soorten
en adaptaties). (analyseren)
2. De theorie van ecologische sleutelfactoren uitleggen. (toepassen)
- ESF1 productiviteit water-> hoeveel voedingsstoffen (bv stikstof en fosfor) bevat het
watersysteem. Rood: te veel nutriënten-> snelgroeiende waterplanten (kroos en algen)
kunnen gaan woekeren en verstikken de langzaam groeiende waterplanten. Groen: geen
overschot aan nutriënten -> soortrijke onderwater vegetatie-> water helder. Van R naar
G= overbemesting reduceren, rioolwaterzuiveringsinstallaties verbeteren en meer
pompen om doorstroom te vergroten.
- ESF2 lichtklimaat-> hoe helder is het licht onder water en tot welke diepte dringt het
door (afhankelijk van zwevende deeltjes en algen). Rood: licht komt niet tot de bodem->
te weinig fotosynthese door onderwater planten. Groen: voldoende licht, soortenrijke
vegetatie en helder water. Van R naar G= bomen plaatsen (wind minderen), bodem
woelende vis verwijderen of baggeren ( slappe waterbodem weg).
- ESF3 productiviteit bodem-> wat is de beschikbare hoeveelheid nutrienten in de water
bodem (stikstof en fosfaat). Rood: veel nutrienten-> 1 of enkele snelgroeiende
onderwaterplant dominant. Groen: geen overschot-> soortrijke vegetatie, helder water.
Van r naar g= fosfaat vastleggen ( ijzer aan bodem toevoegen), variabele peilen invoeren
of periodiek droog laten vallen en baggeren.
- ESF4 habitatgeschiktheid-> voldoet het water aan de belangrijkste eisen die organismen
stellen aan leefomgeving (vorm watertalud, gassen in bodem, waterpeilfluctuatie en
waterbeweging). Rood: vee heeft oever vertrapt, of is niet goed doordat er beschoeiing
staan-> herstel flora en fauna blijft achter. Groen: voldoende variatie in habitat -> veel
organismen vestigen. Van R naar G= natuurvriendelijke oevers, waterpeilbeheer,
afrastering rondom weiland (koeien grazen)
- ESF5 verspreiding-> watersysteem bereikbaar voor verschillende planten en dieren.
Rood: afwezigheid bepaalde planten door obstakels-> soortenrijkheid blijft beperkt.
Groen: bereikbaar voor diverse soorten-> grote biodiversiteit. Van R naar G= sluizen,
gemalen en stuwen voorzien van vispassages, visvriendelijke pompen, planten lokaal
aanplanten of zaaien.
- ESF6 verwijdering-> invloed van onderhoud en vraat op voorkomen van specifieke
soorten planten en dieren. Rood: frequent of op ongunstige momenten maaien of
baggeren -> soorten dieren en planten komen lokaal niet tot nauwelijks voor. Groen:
gedifferentieerd onderhoudt-> planten en dieren kunnen zich verspreiden, pops
herstellen zich. Van R naar G= schuilplaatsen houden (niet hele vegetatie maaien),
baggeren in gunstige periode en oevers beschermen tegen vraat.
- ESF7 organische belasting-> overmatige toevoer van makkelijk afbreekbare organische
materialen (hondenpoep of brood voor eendjes). Rood: te veel zuurstof nodig om org
materiaal af te breken-> te weinig over voor vissen en planten. Groen: genoeg zuurstof
hele dag -> water helder en vissen en planten blijven leven. Van R naar G= overvloed
bladinval voorkomen, voedsel/verzamel bakken voor kinderboerderij en overstorting
rioolwater verminderen.
- ESF8 toxiciteit-> verontreiniging giftig voor dieren en planten (zware metalen,
beschrijdingsmiddelen en medicijnresten). Rood: org gaan dood door de stoffen. Groen:
hoeveelheid stoffen overschrijdt veilige voorwaarden niet. Van R naar G=
, bestrijdingsmiddelengebruik tegengaan, bufferstroken aanleggen langs
landbouwpercelen en inzamelpunten voor overtollige medicijnen.
- SF 9 context-> hoe kan de ecologie verbeterd worden( gezien de functies). Afweging:
welke ecologische doelen zijn haalbaar met het watersysteem, met welke maatregelen.
Ecologische doelen moeten bij het watersysteem passen en de maatregelen moeten bij
de doelen passen.
ESF 1tm3 zijn basisvoorwaarden voor een gezond ecosysteem-> terug keer ondergedoken
waterplanten belangrijk
ESF 4tm6 zijn aanvullende voorwaarden voor flora en fauna
ESF 7 en 8 omgevingsfactoren -> bv organische en giftige stoffen
SF 9 is voor de functie van het watersysteem-> belangenafweging of er ruimte is voor
verbetering
3. Bedreigingen, wetgeving, beleid en effecten van herstelmaatregelen in aquatische
ecosystemen uitleggen (begrip)
Bedreigingen->
- Eutrofiëring: verstoren van de stikstof en fosforkringloop waardoor deze teveel aanwezig
zijn
- Toxische stoffen: inbrengen van giftige stoffen in het water
- Verdroging: verstoring van de hydrologische kringloop
- Verzuring: verstoren van de stikstof cyclus
- Versnippering: door het aanleggen van een stuwwal. (indirect)
- Verzilting: teveel aan zout
- Inrichting
- Exoten: 90% van de individuen die gevangen worden in de grotere rivieren zijn exoten
- Klimaatverandering: zorgt voor hogere groeisnelheid, lagere sterfte van algen, er komen
meer nutrienten vrij
Wetgeving-> KRW-> Europese richtlijn, de samenvoeging van meerdere Europese
wetten. Ze willen de kwaliteit van het ecosysteem verbeteren en beschermen,
verminderen/stoppen lozingen en verontreiniging grondwater, droogte en
overstromingen tegen gaan en duurzaam gebruik van water.
Beleid->
, - bij een water die natuurlijk is-> goede toestand haalbaar
wanneer er een belangrijke functie is (water is dan sterk veranderd)-> is een goede
toestand niet haalbaar. Ook kan het gemaakt zijn door de mens-> kunstmatig
- Voor kunstmatige en sterk veranderde wateren is de referentie (zeer goed) niet meer te
behalen. Hierdoor wordt er doelverlaging aangepast. Moet beargumenteerd worden.
Andere maatlatten voor andere watertypen
Doelverlaging voor
o Sterk veranderde wateren (deze hebben vaak een belangrijke functie bijv. transport)
o Kunstmatige wateren
o Rekenregel met getal tussen 0 en 1
‘One-out-all-out’ principe
Verplichting tot het nemen van maatregelen om GET/GEP te bereiken
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Fleur2002. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €12,29. Je zit daarna nergens aan vast.