- Leereenheid 1: Strafrechtelijke aansprakelijkheid
- Leereenheid 2: De objectieve zijde van een strafbaar feit
- Leereenheid 3: De subjectieve zijde van een strafbaar feit
- Leereenheid 4: Strafuitsluitingsgronden
- Leereenheid 5: De strafbare poging en voorbereiding
- Leereenheid 6: Deelneming aan strafbare feiten
In deze eerste leereenheid zullen we de algemene aspecten van de strafrechtelijke aansprakelijkheid
behandelen. Aan welke voorwaarden moet voldaan zijn om van strafrechtelijke aansprakelijkheid te
kunnen spreken?
In de eerste plaats dient het te gaan om een menselijke gedraging, die door de wetgever als strafbaar
moet zijn omschreven. Op grond van het Trias Politica model is het immers de wetgever die bepaalt welk
gedrag strafbaar is. Daartoe hanteert de wetgever delictsomschrijvingen. Deze delictsomschrijvingen
worden in de literatuur gerubriceerd naar de aard van de strafbaarstelling en de formulering door de
wetgever. De rechter zal op grond van deze delictsomschrijvingen moeten oordelen of een bepaalde
gedraging als strafbaar kan worden aangemerkt. Een belangrijk beginsel dat hierbij toegepast moet
worden, is het strafrechtelijk legaliteitsbeginsel, zoals geformuleerd in art. 1 Sr.
Daarnaast gelden er een aantal andere voorwaarden waaraan voldaan moet zijn om van strafrechtelijke
aansprakelijkheid te kunnen spreken. Binnen het strafrechtelijk systeem geldt bijvoorbeeld dat een
gedraging alleen maar als strafbaar kan worden aangemerkt indien deze wederrechtelijk en verwijtbaar
is. De aanwezigheid van een strafuitsluitingsgrond (rechtvaardigingsgrond of schulduitsluitingsgrond)
heeft tot gevolg dat of de wederrechtelijkheid of verwijtbaarheid ontbreekt. In die gevallen kan er dus
ook geen straf volgen (de strafuitsluitingsgronden zullen in leereenheid 4 aan de orde komen). Ook de
vervolgingsvoorwaarden geven een beperking aan. Zo kunnen strafbare feiten verjaard zijn, waardoor de
officier van justitie niet (meer) bevoegd is om deze feiten aan de rechter voor te leggen. Ook de leeftijd
van de verdachte kan verhinderen dat hij/zij strafrechtelijk aansprakelijk gesteld kan worden.
Het strafbare feit
Strafbare feiten behoeven in een rechtsstaat een wettelijke basis, en alleen al daarom heeft de strafwet
een belangrijke positie in het materiële strafrecht.
Het codificatiebeginsel in art. 107 GW luidt:
“de wet regelt (…) het strafrecht in algemene wetboeken, behoudens de bevoegdheid tot regeling van
bepaalde onderwerpen in afzonderlijke wetten.”
Men gaat ervan uit dat alleen de centrale overheid de bevoegdheid heeft om strafbaarstellingen in het
leven te roepen die een misdrijf opleveren. Op grond van delegatie in een wet in formele zin kunnen
Algemene Maatregelen van Bestuur (AMvB’s) strafbaarstellingen bevatten. Hetzelfde geldt voor
verordeningen van de decentrale overheid. Het gaat hierbij steeds om overtredingen. Op het niveau van
gemeenten gelden de Algemene Plaatselijke Verordeningen (APV).
De strafrechter kan slechts aansprakelijk stellen op basis van strafwetgeving die daadwerkelijk van kracht
was ten tijde van het plegen van het feit. (legaliteitsbeginsel)
Door de toenemende internationalisering kan in voorkomende gevallen de vraag rijzen of de nationale
wetgeving wel in overeenstemming is met bijvoorbeeld EU-wetgeving of met grondrechten uit met name
het EVRM. Die grondrechten zijn ten dele ook in nationale wetgeving te vinden.
, Definitie van het strafbare feit
Onder strafbaar feit wordt een naar de wettelijke omschrijving strafbaar feit verstaan. In art. 1 lid 1 Sr
wordt over een ‘strafbepaling’ gesproken. Daarmee wordt gedoeld op een delictsomschrijving en op een
sanctienorm. In de delictsomschrijving wordt beschreven wel gedrag onder wel subjectieve (opzet, schuld
of niet bepaald) of objectieve omstandigheden (wederrechtelijkheid, causaliteit en vooral specifieke
bijzonderheden van de strafbaarstelling in kwestie) tot strafrechtelijke aansprakelijkheid kan leiden.
De vereisten uit de delictsomschrijving zijn de bestanddelen. Op bestanddeelniveau dient te worden
geregeld wat normaal gesproken expliciet aan de orde moet komen en door de rechter moet worden
vastgesteld, voordat de strafrechtelijke aansprakelijkheid voor het gedrag in kwestie aan de orde is. De
delictsomschrijving kan daarnaast een kwalificatie bevatten: verkrachting (art. 287 Sr), doodslag (art. 287
Sr) en moord (art. 289 Sr), diefstal (art. 310 Sr). Als de bestanddelen zijn vervuld, dan kan in beginsel
worden gekwalificeerd onder het in de delictsomschrijving tot uitdrukking gebrachte strafbare feit. In de
sanctienorm wordt duidelijk welke sancties aan dat strafbare feit kunnen worden verbonden.
Er zijn naast de bestanddelen meer voorwaarden voor strafrechtelijke aansprakelijkheid. Er moet
bijvoorbeeld (nog) een vervolgingsrecht zijn. Voorwaarde voor aansprakelijkheidsstelling is naar gangbare
opvatting bovendien dat naast alle bestanddelen moeten ook de elementen ‘wederrechtelijkheid’
(onrechtmatigheid) en ‘schuld’ (toerekenbaarheid) zijn vervuld. Bij afwezigheid van één van beide verliest
het feit zijn strafbaar karakter.
Bestanddelen: de onderdelen van de delictsomschrijving (kunnen ook meerdere delictsbestanddelen zijn)
-> te vinden in de wettekst
Elementen: wederrechtelijkheid en verwijtbaar -> niet in de wet opgenomen voorwaarden voor
strafbaarheid.
Dus: een strafbaar feit is een menselijke gedraging die valt binnen de grenzen van een wettelijke
delictsomschrijving, die wederrechtelijk is en verwijtbaar.
Wederrechtelijkheid als bestanddeel in delictsomschrijving: vb. art. 350 lid 1 Sr vernieling: “ Hij die
opzettelijk en wederrechtelijk ….geldboete van de vierde categorie.” Als vastgesteld wordt dat een
gedraging het delict vernieling oplevert, dan is daarmee vastgesteld dat er wederrechtelijk is gehandeld.
Als wederrechtelijkheid in de delictsomschrijving staat, dan blijven er maar 3 lagen over:
1. menselijke gedraging
2. delictsomschrijving (bevat wederrechtelijkheid)
3. verwijtbaar/schuld
Misdrijven en overtredingen
Ernstigere strafbare feiten, vooral die waarbij vrijheidsstraf in beeld kan komen, worden als misdrijven
aangemerkt. Minder ernstige feiten, waarbij normaal gesproken een geringe vermogensstraf op het
spel staat, worden als overtredingen bestempeld. Het onderscheid tussen misdrijven en overtredingen
is naar huidig recht belangrijk door bepaalde juridische consequenties. Het gaat daarbij enerzijds om
strafprocessuele gevolgen voor bijvoorbeeld de mogelijkheid van dwang- en rechtsmiddelen. Maar
ook materieelrechtelijk gezien heeft het onderscheid betekenis: poging tot, voorbereiding van en
medeplichtigheid aan een overtreding zijn bijvoorbeeld niet strafbaar. Zo wordt een zekere beperking
van de aansprakelijkheidstelling bereikt. Ook de meerdaadse samenloop en de verjaring
onderscheiden tussen misdrijven en overtredingen. Anders dan bij andere indelingen in strafbare
feiten die hierna ter sprake komen, dient de wetgever een duidelijke keuze te maken of een bepaald
strafbaar feit een overtreding of een misdrijf oplevert. Voor de commune strafbare feiten gaat het om
plaatsing in boek II (misdrijven) of boek III (overtredingen). Bij bijzondere wetgeving is vaak een aparte
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Nwll. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.