Activiteiten kun je beter verrichten
door deze op te splitsen. Door taken
te coördineren heb je iemand nodig.
Traditioneel kijken ze naar
coördinatie in de markt, waar de
prijs meespeelt. Een ander
alternatief is via organisatie, soms
is de prijs niet voorspellend, voor de
eigenschappen van de transactie,
waardoor de partij zelf kosten moet
maken of de transactie aan wordt
gegaan, waardoor transactiekosten
zo hoog zijn dat een
organisatieoplossing voor de hand ligt. Coase kwam tot de ontdekking dat als je
het binnen een organisatie doet dat hier direct toezicht voor nodig is, door
iemand die daar bevoegd voor is. Dan praten we over de eenmansonderneming.
Die visie van Coase dat je activiteiten alternatief van de markt kunt organiseren,
dat het altijd gaat via direct supervision, die is een beetje te beperkt, want
iemand anders laat zien dat er verschillende soorten organisatievormen zijn
ontstaan.
Het enige wat je moet weten van hfd 2 is de kritiek die je kunt hebben over
micro-economie. Paragraaf 2.2 tot 2.6 kun je overslaan. De kritiek over de
aannames in de micro-economie komt aan bod in 2.7 en 2.9. Wat zijn die
aannames? Die aannames gaan er vanuit dat er steeds sprake is van volledige
concurrentie op de markt, dit houdt in dat er veel vragers en aanbieders zijn,
waardoor er een evenwichtsprijs tot stand komt. Om dit goed te laten
functioneren nemen economen aan dat er vrije toe en uittreding is. Andere
aanname is dat er altijd sprake is van gestandaardiseerde producten, bv.
Grondstoffen, effecten. En dan vervolgens geeft de micro-economie een bepaalde
visie wat een onderneming is. Het wordt gezien als een black-box. Er wordt geen
uitspraak gedaan over de interne organisatie van een onderneming. Het zijn
daarmee holistische eenheden, ze worden gezien als ondernemingen, maar
houden zich niet bezig met de interne organisatie. Er wordt gezegd dat een
, onderneming de doelstelling heeft om shareholders value te maximaliseren en
wel zo snel mogelijk. Meeste ondernemingen zijn enkel op de lange termijn
gericht op shareholders value. Die doelstelling is dus niet altijd waar.
Perfecte/volledige informatie is ook een aanname. Ze gaan ervan uit dat er
sprake is van volledige info en dat deze klopt. En tot slot dat bedrijven
maximaliserend gedrag vertonen. Er zijn veel markten waarbij er wel sprake is bij
een beperking in toe en uittreding, bv. Je kan als ondernemer niet zomaar
toegang om de energiemarkt toe te treden. Zelfde geldt voor de automarkt. Er
zijn heel veel merken, maar om nu toe te treden tot de automarkt zal je heel veel
kosten moeten maken om de investeringsdrempel te overschrijden. Je ziet in het
boek dat de aannames los gelaten worden. Je ziet later andere theorieën, waar
iedere keer delen van de micro-economie los gelaten wordt.
Theorie van Mintzberg: Contingencytheorie.
Handboek voor organisatiewetenschappers.
Wat is nu precies de grens tussen markt en
organisatie. Coase had ontdekt dat als
transactiekosten hoger zijn binnen de markt,
dat een organisatieoplossing voor de hand
ligt, maar als je daarvoor gekozen hebt, hoe
vindt dan de economische activiteit plaats
binnen de organisatie. Mintzberg heeft dit
onderzocht. Je moet bij het lezen in de gaten
houden dat het begrip organisatie vrij ruim
wordt gehanteerd. Een organisatieoplossing
is elke oplossing die niet een
markttransactie is. Op het moment
dat er geen markttransacties tot
stand komt, dan is er sprake van
een organisatieoplossing. Omdat
daar door over en weer info uit te
wisselen vervolgens
prijsmechanisme niet voldoende is.
Mintzberg is gaan kijken wat er
binnen organisaties gebeurd om
activiteit tot stand te brengen. Hij is
gekomen met een classificatie met 6 organisatiemechanismen. Direct
toezicht: eigenaar van een werkplaats verschillende deeltaken verdeeld en
toezicht uitoefent en beoordeeld of de taak goed wordt uitgeoefend. Direct
toezicht vinden we bij de kleinere werkplaats, maar dat wil niet zeggen dat dit
niet gebeurd binnen een grotere organisatie. Bv een bedrijf als Heinz, die maken
ketchup, dat is een wereldwijd concern. Om die ketchup te maken hebben ze
fabrieksafdelingen waar de ketchup wordt gemaakt, daar heb je een baas die
controleert of iedereen zijn deeltaakje goed deed. Dat is een voorbeeld van direct
toezicht. Je hebt het bij direct toezicht over werkplaatsachtige situaties.
Standaardisatie van werkprocessen: bv. NL spoorwegen, kan alleen werken
als de infrastructuur als daar een standaardisatie plaatsvindt. Standaardisatie
van output: bedrijf die verschillende divisies heeft en verschillende activiteiten
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper celinevv. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.