Van organisme tot weefsel
Hoorcollege 3: Epitheelweefsels
Dekepitheel:
Bedekken lichaam en inwendige holten, beschermen weefsels, betrokken bij de opname en
afgifte van stoffen
Basaalmembraan zit tussen epitheelcellen en bindweefsel.
Classificatie dekepithelia:
Lagen
eenlagig: simple
meerlagig: stratified
meerrijig: pseudostratified
Vormen
Plat/plaveisel: squamous
Kubisch: cuboidal
Cilindrisch: columnar
Overgangsepitheel: cellen aan het lumen kunnen overgaan naar een andere vorm
Endotheel is bekleding van bloedvaten en mesotheel is bekleding van lichaamsholten
Klierepitheel:
Bedekkend epitheel en productie en secretie van een vloeistof voor buiten de cel
Exocriene klier: afvoergang
Vorm
- buisvorm -> tubulair
- zakvormig -> alveolair
- besvormig -> acinair
Manier van afgifte
- merocrien -> exocytose
- apocrien -> afsnoering plasmamembraan
- holocrien -> cel degradatie
Aard van het secreet (hetrocrien bevat allebei)
- mukeuze -> waterijk, slijmerig (platte kern)
- sereuze -> eiwitwijk (ronde kern)
Endocriene klier: afgifte aan bloed
,Hoorcollege 4: Klievingsdelingen een gastrulatie
Amfibieën: alles gebeurt buiten het lichaam. Het gaat zo relatief snel en het kan zichzelf al
snel voeden, waardoor de eicel weinig voeding nodig heeft.
- Beperkte hoeveelheid dooier: mesolecithaal (meso is gemiddeld)
- Cellen helemaal doormidden: holoblastisch (holo is helemaal)
- Cellen zijn niet gelijk: Inequaal
Vogels: Tot gastrulatie bevindt de eicel zich in de vogel. Na het uitkomen van het ei is het al
een compleet individu, waardoor het ei veel voeding moet bevatten.
- Grote hoeveelheid dooier: polylecithaal (poly is veel)
- Cellen worden niet helemaal door tweeën gedeeld (want moet in contact blijven met
dooier: meroblastisch
- Embryo begint als een schijfje: discoïdaal (want veel dooier en cellen in contact met dooier)
Zoogdier: Embryo heeft weinig voedingstoffen in de cel omdat het gevoed wordt via de
placenta
- Weinig dooier: oligolecithaal
- Klievingen zijn compleet (worden door tweeën gedeeld): holoblastisch
- Cellen zijn even groot: equaal
Morula: er ontstaan verschillen tussen de cellen, binnenkant en buitenkant (morula =
moerbes) Tijdens compactie wordt het verschil tussen de cellen niet meer duidelijk
Zona pellucida: de doorzichtige eischaal om de eicel heen
Blastocystvorming:
- Buitenste cellen gaan zich differentiëren, dit wordt de placenta en navelstreng
(trophectoderm)
- Er ontstaat een binnenste cel massa wat bestaat uit 100den cellen (dit wordt de foetus)
- Er wordt vloeistof van binnen naar buiten gepompt
Binnenste cel massa bestaat uit 2 celtypen: epiblast & hypoblast
Gastrulatie: Epiblast -> 3 kiembladen
Ectoderm (buitenste): huid
Mesoderm (middelste): notochord, paraxiaal, intermediair, lateraal
Endoderm (binnenste): binnenbekleding darm en bv lever
Cellen emigreren door het midden van de schijf: primitief streep. Hierdoor ontstaat de
caudale en craniale zijde.
Knop van Hensen: geeft startsignaal van inrollen en vormt notochord (gaat richting andere
kant dan primitiefstreep)
Somieten zijn oersegmenten die gevormd worden vanuit het mesoderm. Ze ontwikkelen zich
om de neurale buis heen. Het somiet splitst zich in drie delen: dermatoom, myotoom en
sklerotoom. Uit dermatoom ontstaat de huid, uit myotoom de spieren en uit sklerotoom de
botten.
, Hoorcollege 5: Neurulatie
Neurale plaat begint zich meer naar de notochord te buigen waardoor er uiteindelijk een
neurale buis ontstaat.
De neurale buis gaat zich helemaal differentiëren, dit gaat uiteindelijk ook de hersenen
vormen. Aan de craniale kant van de neurale buis worden er insnoeringen gemaakt
waardoor er primaire hersenblazen ontstaan. Dit differentieert zich weer tot de secundaire
en tertiaire hersenblazen.
Van primaire hersenblaasjes (bestaat uit drie delen) naar secundaire hersenblaasje
Prosencephalon (forebrain) -> Telencephalon en diencephalon
Mesencephalon (midbrain) -> mesencephalon
Rhombencephalon (hindbrain) -> metencephalon en myelencephalon
TEL Die MESsen MET MIJ
Telencephalon (eerste en tweede ventrikel):
Cerebrum: grote hersenen (zijn verbonden met corpus callosum, groot oppervlak door
kronkels)
Bulbus olfacttorius: regelcentrum van de reuk
Diencephalon (derde ventrikel) :
Thalamus en oogbeker
Mesencephalon :
Middenhersenen
Metencephalon:
Cerebellum: kleine hersenen
Pons
Myelencephalon (vierde ventrikel):
Medulla oblongata: verlengde merg
De middenhersenen, pons en verlengde merg vormen de hersenstam.
Verbinding tussen derde en vierde ventrikel wordt aquaductus mesencephalicus genoemd
Lumen van de neurale buis wordt:
- Canalis centralis (lumen in ruggenmerg, wat voeding vloeistof bevat voor zenuwcellen)
- Ventrikelsysteem (hersenen)
Hox genen zorgen voor de plek waar een ledemaat moet komen.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper annereniers. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,89. Je zit daarna nergens aan vast.