100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting 2021 Rechtsbescherming Tegen de Overheid (8,5 gehaald) €11,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting 2021 Rechtsbescherming Tegen de Overheid (8,5 gehaald)

 97 keer bekeken  3 keer verkocht

8,5 met deze samenvatting behaald - Uitgebreide samenvatting van de Hoor- en werkcolleges inclusief alle benodigde arresten!

Voorbeeld 4 van de 68  pagina's

  • 2 augustus 2022
  • 68
  • 2020/2021
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (13)
avatar-seller
DeIJverigeStudent
Samenvatting Rechtsbescherming Tegen de Overheid

, Hoorcollege 1

Recht op toegang tot de rechter in geschillen met de overheid?
 Grondwet maakt dit mogelijk (art. 112 lid 2 Gw) 
o ‘Kunnen’ worden opgedragen, maar dat hoeft blijkbaar niet.
 Art. 115 Gw  administratief beroep (bedoeld als eindvoorziening/eindinstantie).

Arrest Benthem  administratief beroep is geen onafhankelijke rechtspraak, ook in zaken
tegen de overheid. Dit was i.s.m. art. 6 EVRM (recht op onafhankelijke en onpartijdige rechter).
Dit was het einde van het Kroonberoep.

Recht op toegang tot de rechter?
Art. 6 EVRM: burgerlijke rechten en verplichtingen en strafrechtelijke vervolging
 Wat is de relevantie voor bestuursrechter?

Hof: kiest een autonome uitleg van art. 6 EVRM. Het hele bestuursrecht valt onder art. 6 EVRM
met uitzondering van een paar takken.

De uitgezonderde takken worden hieronder geschaard en dus is het hele bestuursrecht gedekt:
 Art. 47 Handvest: ‘Eenieder wiens door het recht van de Unie gewaarborgde rechten en
vrijheden zijn geschonden (..)’

Burgerlijke rechter of bestuursrechter?
Art. 112 lid 2 Gw  geschillen die te maken hebben met besluiten zijn voor de bestuursrechter.

Als de weg naar een bestuursrechter openstaat, mag je niet naar een andere rechter. Je moet
tegen besluiten naar de bestuursrechter.

Andere geschillen die publiekrechtelijk van aard zijn kunnen ook worden voorgelegd (art. 6
EVRM en Art. 47 Handvest) en kunnen dus ook via de civiele procedure worden behandeld.

Waar zit de bestuursrechter?
 Bestuursrechter zit deels in de rechterlijke macht en deels daarbuiten (art. 1:4 Awb).
 Art. 2 Wet rechterlijke organisatie rechterlijke macht – rechtbanken, gerechtshoven en
de Hoge Raad.
 Niet tot de rechterlijke macht behoren: CRvB, CBb en ABRvS
 In beginsel is er geen cassatie mogelijk in het bestuursrecht.
 Organisatie van de bestuursrechtspraak is verbrokkeld met 4 hoogste bestuursrechters.

,Constitutionele positie van de rechter I: verhouding rechter - bestuur
 Besturen vergt belangen afwegen. Hoe indringend dient de rechter te toetsen wanneer
aan het bestuursorgaan beleidsruimte is toegekend?
 Doctrinaire terughoudendheid: marginale toetsing (‘de rechter mag niet op de stoel van
het bestuur gaan zitten’)

 Een uiting van de marginale toetsing is de willekeurtoetsing (Doetinchemse
woonruimtevorderingsarrest 1949).

 Met de Awb werd art. 3:4 lid 2 Awb geïntroduceerd.

Toetsing van de uitoefening van discretionaire bevoegdheden en art. 3:4 lid 2 Awb
ABRvS Praxis/Maxis: met art. 3:4 lid 2 Awb is een tot het bestuur gericht voorschrift
geïntroduceerd waarmee niet is beoogd de rechterlijke toetsing te intensiveren ten opzichte
van de rechtspraak, zoals die zich had ontwikkeld onder de vigeur van art. 8 lid 1 onder c van de
Wet Arob (verbod van willekeur)

 De rechtbank had zich dienen te beperken tot de vraag of sprake is van zodanige
onevenwichtigheid van de afweging van de betrokken belangen, dat moet worden geoordeeld
dat appelanten sub 1 niet in redelijkheid tot verlenging van de gevraagde vrijstelling hebben
kunnen komen.

 De ABRvS lijkt hier echter van te zijn teruggekomen, zie bijv. de Alcoholslotzaak (r.o.
5.4). We zien een tendens naar indringender toetsing.
o Is dit een geschikt middel om het doel te realiseren?  Doel: minder slachtoffers
door dronken bestuurders.
o Er mankeert iets aan het alcoholslot  1. De maatregel viel veel duurder uit dan
was ingeschat (cursus + slotkosten). Sommigen konden dit niet betalen en
hadden dus geen slot, waardoor ze een bepaalde tijd niet mochten rijden. Is dit
niet onevenredig? 2. Mensen die moesten rijden voor beroep of bedrijf moesten
ook in die auto’s een slot laten inbouwen, dit wilde de werkgevers niet. Ook is dit
een schending van vrijheid van beroep en bedrijf.

Praxis/Maxis zei dat je niet mocht toetsen aan 3:4 lid 2 Awb, maar dat is toch gebeurd in
de Alcoholslotzaak.

Er was ook een uitzondering op Praxis/Maxis, want die gold altijd al bij toetsing van punitieve
sancties: bij punitieve sancties dient de rechter een uitzondering te maken op de
terughoudende toetsing door art. 3:4 lid 2 Awb aldus toe te passen dat hij beoordeelt of
evenredigheid bestaat tussen de ernst van de verweten overtreding en de zwaarte van de
opgelegde sanctie.  Dit is wellicht na de Alocholslotzaak ook komen te vervallen.

, Constitutionele positie van de rechter II: verhouding rechter - wetgever
“Het uitgangspunt in onze democratische rechtsstaat is dat in de rechtsvorming het primaat bij
de wetgever en het bestuur ligt, waarbij de rechter het concrete handelen toetst aan het recht.
Dit uitganspunt is in de praktijk minder herkenbaar”.
 Rechters passen wet- en regelgeving toe, maar creëren soms ook recht. Zie de
Groningse gaswinningszaak, zie de Urgenda-zaak.
 Soms moet de rechter het product van de wet- of regelgever rechtstreeks toetsen:
onrechtmatige wetgeving (Alcholholslotzaak)
 Past een rechtsvormende taak wel bij de rol van de rechter in de trias politica, of is
rechtsvorming door de rechter een maatschappelijke noodzakelijkheid die juist
aantoont dat de klassiek dogmatische opvatting van de trias politica is gaan knellen?

Rechterlijke toetsing van wet- en regelgeving
 Rechterlijke toetsing van wet- en regelgeving is in Nederland in twee opzichten beperkt:
1. Toetsingsverbod art. 120 Gw – ‘Harmonisatiewet’: rechter is het niet toegestaan
wetgeving in formele zin te toetsen aan het Statuut, de Grondwet en aan
ongeschreven rechtsbeginselen
2. T.a.v. lagere regelgeving is het beeld diffuser:
o Geen direct beroep op de bestuursrechter tegen vaststelling of wijziging van een
a.v.v. (art. 8:3 Awb). Uitzondering: exceptieve toetsing (zie Alcoholslot)
o Restfunctie burgerlijke rechter. Toetsingsstandaard: Landbouwvliegersarrest
(verbod van willekeur)
 De belangrijkste route naar toetsing van rechtmatigheid van formele wetgeving loopt
via toetsing aan het EVRM en het Handvest EU.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper DeIJverigeStudent. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €11,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 73918 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€11,99  3x  verkocht
  • (0)
  Kopen