Bestuurs(proces)recht II
Week 1
Hoorcollege 1 – Toezicht en handhaving
Onderscheid toezicht en opsporing; toezicht door bestuursrecht, opsporing door strafrecht.
Bij toezicht hoeft geen sprake te zijn van een aanwijzing van een overtreding. Bij opsporing is
een aanwijzing van belang. H5 Awb is niet van toepassing op uitvoering. Uitvoering is
bijvoorbeeld het controleren van het sturen van een vergunningaanvraag. Of denk aan
voorwaarden van een subsidieregeling.
Handhavingstoezicht; of men zich aan wettelijke voorschriften houdt. Ook
vergunningsvoorschriften heeft betrekking op handhavingstoezicht. Wanneer er iets mis is
met toezicht, kan dat leiden tot het opleggen van een sanctie.
Toezicht; Titel 5.2 > toezicht op naleving. Toezicht is niet gedefinieerd in de Awb.
Toezichthouder wel; artikel 5:11 Awb. Zo’n wettelijk voorschrift kan ook een APV zijn. Alleen
een toezichthouder mag toezicht houden als beschreven in dit artikel. Wie mag
toezichthouders benoemen. Bijvoorbeeld;
• Artikel 16 lid 1 Leerplichtwet 1969; aanwijzen toezichthouder. College van B&W
mag leerplichtambtenaren aanwijzen,
• Artikel 5.10 lid 3 Wabo; verleende vergunningen waar toezicht over wordt
gehouden. Deze toezicht ligt bij bestuursorganen zelf.
Artikel 5.15 en 5.16 Awb; een toezichthouder is bevoegd tot het betreden plaatsen en
inzage te vorderen, mits het een woning betreft, tenzij dit in een bijzondere wet wel is
geregeld.
Artikel 5.16, 5.17 en 5.18 Awb; zakelijke gegevens vorderen door ondervraging, monsters
nemen.
Artikel 5:10a Awb; bestraffende sanctie > niet verplicht mee te werken = uitzondering. Lid 2;
voor het verhoor wordt medegedeeld dat een verdachte niet verplicht is tot antwoorden. Je
hoeft dus niet mee te werken, als het gaat om strafrecht.
Als een toezichthouder constateert dat iemand zich niet aan de wet houdt, kan dit leiden tot
een sanctie. Dit is een discretionaire bevoegdheid. Artikel 5:1 Awb; begrip overtreding. Een
sanctie kan alleen worden opgelegd in geval van een overtreding. Voor het opleggen van een
sanctie is een wettelijke grondslag vereist, artikel 5:4 lid 1 Awb; legaliteitsbeginsel.
Bestuurlijke sancties;
• Herstelsancties; Titel 5.3; last onder bestuursdwang en last onder dwangsom.
• Bestraffende sancties; Titel 5.4; bestuurlijke boete.
Dit onderscheid is onder meer van belang voor toetsing door de bestuursrechter >
evenredigheid.
• Herstelsancties moeten marginaal worden getoetst,
• Bestraffende sancties moeten vol worden getoetst.
Dit is van belang voor artikel 6 EVRM; welk etiket wordt op de sanctie geplakt.
,Artikel 3:1 lid 2 Awb; voor zover de aard van de handelingen zich daar niet tegen verzet.
Denk aan artikel 3:2 Awb; zorgvuldigheidsbeginsel.
Link met het EVRM-recht. Artikel 8 EVRM; privéleven; kan alleen aan de orde zijn bij een
inbreuk op een fundamenteel recht. In dit geval het recht op privéleven. Denk aan het actief
toezicht houden op ouderen die een uitkering krijgen. Men ging ervan uit dat zij niet
samenwonen, wat in praktijk niet altijd zo bleek. Dit heeft een grens. Een toezichthouder
mag volgens dit artikel niet dag en nacht in de bosjes liggen en je bespieden.
Artikel 6 EVRM; criminal charge; ook wel ingestelde vervolging. Dit is een autonoom begrip,
wat betekent dat een lidstaat niet bepaalt of iets een criminal charge is.
Charge; een handeling van overheidswege waar een bestraffende (‘criminal’) sanctie uit
volgt. Ook wel een route naar een boete.
EHRM Ozturk; 3 criteria met betrekking tot ‘criminal’;
1. Nationale classificatie; bestraffende of herstelsanctie? Dit is voor het Hof niet
doorslaggevend. Als er sprake is van het bewust omdraaien van de sancties,
moet worden ingegrepen.
2. Aard van de overtreding; tot wie is de betreffende norm precies gericht? Als de
norm tot eenieder is gericht, voldoe je al aan het criterium. Bij een regeling tot een
beroepsgroep, zoals tuchtrecht voor advocaten, voldoet de regel niet aan dit
criterium.
3. Aard en zwaarte van de sanctie; meestal is dit criterium doorslaggevend. Aard;
bestraffen en toevoegen van leed. Dit is anders dan het doel van een
herstelsanctie.
Artikel 5:20 Awb; medewerkingsplicht. Denk aan het nemo teneturbeginsel en cautieplicht.
EHRM Saunders
Verhoren waren ongeoorloofd. Deze werden getoond op zitting. Volgens het Hof was dit
niet goed, en geen gebruik mocht worden gemaakt van de informatie verkregen tijdens
verhoor. Artikel 5:10a Awb; je hebt het recht om te zwijgen als je wordt verhoord met het
oog op het opleggen van een bestraffende sanctie.
ABRvS Inspectie kinderopvang
Zodra je wordt verhoord ten behoeve van het opleggen van een bestraffende sanctie, heb je
het recht om te zwijgen. Je moet voelen/weten/doorhebben dat je verhoord wordt, dan heb
je zwijgrecht. De Afdeling heeft dit omarmd; r.o. 7.2. Artikel 5:10a Awb wordt aangehaald.
Als er een fout is gemaakt door een toezichthouder bij de cautieplicht, mag het stuk wat
daarna is verkregen niet worden gebruikt.
Werkgroep opdrachten
Handhaving; zorgen dat de regels worden nageleefd. Dit kan op verschillende manieren
vormkrijgen; bestuursrechtelijk, privaatrechtelijk of strafrechtelijk.
Bestuursrechtelijke handhaving; door bestuursorganen van bestuursrechtelijke normen.
Wetten in formele zin, gemeentelijke verordeningen en vergunningvoorschriften > nadere
bevoegdheden. Twee componenten;
• Toezicht op de naleving van normen,
, • Optreden met sancties wanneer normen niet worden nageleefd. Toezicht gaat
altijd voor handhaving.
Artikel 5:2 lid 1 sub a Awb; bestuurlijke sanctie.
Artikel 5:2 lid 1 sub b Awb; herstelsanctie. Het oogmerk in een onrechtmatige situatie legaal
te maken. De nadruk ligt op de overtreding.
Artikel 5:2 lid 1 sub c Awb; de overtreder leed toe te voegen in zijn portemonnee.
Afdeling 5.3.1 Last onder bestuursdwang
Het bestuur komt zelf in actie wanneer een burger de overtreding niet ongedaan wordt
gemaakt. De kosten die worden gemaakt worden verhaald op de overtreder.
1. Bevoegdheid tot een last onder bestuursdwang opleggen;
• Overtreding artikel 5:21 sub a jo. 5:2 lid 1 sub a Awb; er moet altijd sprake zijn van
een overtreding. Artikel 5:1 lid 1 Awb; overtreding. Dit hoeft geen AVV of wet te
zijn, maar kan ook gaan om vergunningen.
In deze casus is sprake van een overtreding omdat Frank de resten niet heeft opgeruimd. Dit
is een overtreding op artikel 10.1 lid 1 en 2 Wm.
• Wettelijke bevoegdheid om de last op te leggen.
In deze casus volgens artikel 5:4 lid 1 Awb; opleggen bestuurlijke sanctie, dus ook een last
onder bestuursdwang. Dit is een uitwerking van het legaliteitsbeginsel.
De bevoegdheid voor het bestuur voor het opleggen ligt in artikel 125 Gemw. De Awb kent
nooit zelf bevoegdheden toe. Zij zeggen alleen dat ergens in een bijzondere wet een
bevoegdheid ligt. Wie is belast met het uitvoeren van de handhaving? Indien het college
bevoegd is, moeten zij ook een last onder bestuursdwang opleggen.
We moeten kijken wie bevoegd is tot artikel 10.1 lid 1 en 2 Wm; we kijken hiervoor in de
bijzondere wet. artikel 18.1b Awb; het bestuursorgaan zoals bedoeld in artikel 5.2 lid 1
Wabo. Dit artikel geeft niet duidelijk welk orgaan bevoegd is, zij zeggen alleen dat dit het
bevoegde gezag is. Artikel 1.1 Wabo; bevoegd gezag; omgevingsvergunning verlenen. Artikel
2.4 Wabo; gevoegd gezag; b&w. zij zijn dus belast met de uitoefening van de wet
milieubeheer. Het college is belast met de overtreden regel, dus op grond van artikel
125 Gemw ook bevoegd een last onder bestuursdwang op te leggen.
2. De last onder bestuursdwang wordt opgelegd aan de overtreder; tot wie richt dit
voorschrift zich? Artikel 10.1 Wm; eenieder die handelingen met betrekking tot
afvalstoffen verricht of nalaat. Frank valt onder eenieder. Frank heeft nagelaten het
asbest op te ruimen. Hij is overtreder artikel 10.1 Wm. Kijk naar de bepaling zelf,
dan pas kan je weten wie de overtreder is. De last onder bestuursdwang kan aan
Frank worden opgelegd.
Artikel 5:24 lid 3 Awb; de last wordt ook aan de rechthebbende bekend gemaakt. In deze
casus de verhuurder, Vastgoed BV. Als Frank niets doet, moet hij dulden dat het
bestuursorgaan zelf de schuur afbreekt. Hen wordt de mogelijkheid geboden de
puinresten zelf op te ruimen.
De overtreden norm richt zich tot eenieder, dus ook Vastgoed BV, artikel 10.1 lid 1 en 2
Wm. Vastgoed BV heeft nagelaten de handhaving te verrichten. Zij zijn in staat een
einde te maken aan deze overtreding.
, Het is van belang dat Vastgoed BV ook wordt aangemerkt als overtreder, alleen
rechthebbende op grond van artikel 5:24 lid 3 Awb zegt niet dat er kosten kunnen worden
verhaald.
3. Artikel 5:9 Awb; beschikking. Eisen die H5 stelt; last onder bestuursdwang;
• Artikel 5:24 lid 1 Awb;
herstelmaatregelen, Voldaan.
• Artikel 5:24 lid 2 Awb; termijn waarbinnen je deze moet uitvoeren >
begunstigingstermijn,
Voldaan, 14 dagen.
• Artikel 5:25 lid 1 en 2 Awb; in de last wordt vermeld of kosten worden verhaald en
zo ja in hoeverre,
Niet voldaan.
• Artikel 5:9 Awb; vermelden het overtreden voorschrift, alsmede de tijd en
plaats waarop deze plaatsvindt,
Niet voldaan.
• Artikel 5:4 jo. 3:47 lid 2 Awb; vermelden bevoegdheid
bestuursorgaan, Niet voldaan, nergens staat artikel 125 Gemw.
• Artikel 5:21 sub b Awb; vermelden toepassing
bestuursdwang. Niet voldaan, nergens staat dat zij zelf in zullen
grijpen.
De last onder bestuursdwang voldoet niet aan de eisen van de Awb.
4. Is het een besluit? Hierna weet je pas of je in bezwaar kan
gaan. Staat beroep open bij de bestuursrechter?
Artikel 7:1 lid 1 Awb; kan je in beroep bij de bestuursrechter? Indien je te maken hebt met
een besluit, artikel 8:1 Awb.
Artikel 5:25 lid 6 Awb; hoogte kosten vaststellen. Artikel 4:86 lid 1 Awb; verplichting tot
betaling wordt bij beschikking vastgesteld. We kunnen dus in beroep bij de bestuursrechter,
dus kan je ook in bezwaar.
Zowel Frank als Vastgoed BV kunnen een bezwaarschrift indienen >
kostenverhaalbeschikking.
5. Bij het eerste besluit wordt al vastgesteld wie de overtreder en wat de overtreding
is. Er zijn uitzonderingen, stel dat achteraf evident is dat jij geen overtreding hebt
gepleegd. Ze had minder kosten kunnen maken. Je kan ook aanvoeren dat de
overtreding reëel niet was.
Zij weten pas bij de kostenverhaalbeschikking dat zij als overtreder worden aangemerkt.
Daarom mag je dan nog aanvoeren dat je geen overtreder bent.
Wat gebeurt er als een bestuursorgaan niets doet? Artikel 5.31a Awb; verzoek
bestuursdwang toe te passen. De beslissing is dan een toepassingsbeschikking.
Artikel 5:21 sub b Awb; bestuursdwang is feitelijk handelen. Als jij hierom vraagt, vraag je om
feitelijk handelen en dit is geen besluit.