Leerdoelen Anatomie en Fysiologie blok D
De bouw en functie van de RPE cellen uitleggen;
RPE cellen bevinden zich onder het netvlies
Hexagonale cellen, deze worden gebruikt om oppervlakte goed te bedekken
‘moedercellen’ die fotofreceptoren verzorgen en beschermen
Bloed-retina barriere: filtert voedingsstoffen die van vaatvlies naar netvlies gaan en filtert omgekeerd
de afvalstoffen
Functies RPE;
1. Absorbtie; Vangt overtollig licht op door melanine; zorgt ervoor dat geen weerkaatsing
plaatsvindt in oog
2. Fagocytose uiteinde fotoreceptoren; bovenste breekt af na groei en komt in RPE
3. Transport; verplaatst deeltjes naar choroidea, hierdoor volgt water door osmose. De retina
blijft hierdoor op zijn plek zitten (zuigt zich vast door de onderdruk die ontstaat)
Retinis pigmentosa: genetische fout in RPE/staafjes/kegeltjes; pigmentophopingen en beïnvloeding
homeostase omdat fagocytose in RPE niet plaatsvindt
Uit kunnen leggen welke drie factoren de staafjes en de kegeltjes vasthouden in de RPE laag;
Transport in het RPE; het overbrengen van deeltjes vanuit het netvlies naar de choroidea zorgt
ervoor dat water meegaat door osmose. Hierdoor ontstaat onderdruk en zuigt het netvlies zich vast
Weer kunnen geven tussen welke twee lagen ablatio rétinae meestal plaatsvindt;
Albatio retinae; netvliesloslating; ontstaat nav scheur in netvlies, water komt tussen RPE en
fotoreceptoren, deze scheuren los van elkaar. RPE zit stevig vast in buch’ s membraan
,De functies van de Mullercellen kunnen beschrijven;
De cel van muller is een steuncel, opslag voor energie en vangt afvalstoffen op in het netvlies
De bouw van een fotoreceptor kunnen omschrijven;
Fotoreceptoren bestaan uit staafjes (vooral rondom de macula) en kegeltjes (vooral in macula, kan
kleuren en detail waarnemen)
Buitenste segment zit vol met schijfjes (deze zijn gevoelig voor licht, donker en schemer waarnemen
en zitten in het RPE), deze schijfjes worden aangevuld vanuit het binnenste segment
Buitenste en binnenste segment worden aan elkaar gehouden door de verbindingscilia
Kegeltjes bestaan uit 3 soorten:
S-cone: blauw
M-cone: groen
L-cone: rood
Scotopisch zicht: bij weinig licht (staafjes)
Mesopisch zicht: bij schemering (overgangsgebied)
Fotopisch zicht: bij verlichting (kegeltjes, veel kleur)
De verdeling van de staafjes en kegeltjes over de retina kunnen omschrijven;
Kegeltjes bevinden zich vooral in de macula (voor scherp kleur
en gedetailleerd zien)
Staafjes bevinden zich vooral in de rest van het oog
,De plaats en functie van de bipolaire cellen kunnen weergeven;
Staafjes en kegeltjes zijn altijd verbonden aan een bipolaire cel, deze
zitten altijd aan of alleen maar kegeltjes of alleen maar staafjes
Geeft informatie door vanuit de fotoreceptors naar de ganglioncellen, de
amacriene cellen en de horizontale cellen
De plaats en functie van de ganglioncellen kunnen weergeven;
ganglioncellen geven de waargenomen informatie door naar de hersenen, deze bevinden zich direct
onder de axonen (eerste cellen die je tegenkomt in de retina, wit in de tekening)
Vier typen ganglioncellen kunnen weergeven;
1. M-type: projecteren op de magnocellulaire lagen in het CGL, ong 10% van de ganglioncellen,
komen vanuit staafjes en geven snel de informatie door
2. P-type: projecteren op de parvocellulaire lagen in het CGL, zitten over de hele retina, geven
details door
3. K-type: geven kleurwaarneming door
4. Lichtgevoelige ganglioncel: reageren zelf op licht, extrathalamische projecties (gaan buiten
thalamus om), dragen bij bij de pupilreacties en het dag/nacht ritme
Weer kunnen geven wat een receptief veld is;
Een receptief veld is een ‘rondje’ van fotoreceptoren in de retina die samen aan 1 ganglioncel
verbonden zijn. De ganglioncel projecteert de informatie uit al deze receptoren naar de hersenen
Een receptief veld bestaat uit een binnenste veld en een buitenste veld
Receptief veld ‘on centrum’ geeft informatie die op het binnenste veld valt wel door, maar van het
buitenste veld niet. Deze bestaan ook omgekeerd, en veel receptieve velden overlappen elkaar in de
retina
, De plaats van de amacriene cellen kunnen benoemen;
Ganglioncellen, niet veel informatie bekend en hun echte werking is niet
bekend omdat er 30 soorten bestaan
De plaats en functie van de horizontale cellen kunnen benoemen;
Horizontale cellen verbinden de bipolaire cel met meer fotoreceptoren,
deze worden gebruikt in een receptief veld. Het buitenste veld beslist
hierbij of er een actiepotentiaal opgewekt wordt of niet
De 10 lagen van de retina kunnen benoemen;
De functie van rodopsine kunnen omschrijven;
Schijfjes in fotoreceptoren bestaan uit rodopsine ( het
molecuul retinal en eiwit opsine) als rodopsine
‘gebleekt’ wordt, verandert de structuur, hierdoor
schieten deeltjes uit de originele vorm en ontstaat een
actiepotentiaal
De macula lutea kunnen omschrijven;
Macula lutea is een andere naam voor gele vlek, plek in netvlies waar zich veel kegeltjes bevinden,
hiermee wordt het centrale punt van het gezichtsveld bekeken, de meeste details en
kleurwaarneming wordt door de macula doorgegeven