Met andere
woorden…
18-6-2021
‘Een praktijkgericht onderzoek naar de meningen van de
verpleegkundigen van afdeling Nierziekten en
Niertransplantatie van het Amsterdam UMC met betrekking
tot overbrugging van de taalbarrière bij anderstalige
patiënten en welke interventies zij bruikbaar vinden om in te
zetten om de taalbarrière makkelijker te overbruggen’
Naam student: Rafaëlla Pinna
STUDENTNUMMER:
ONDERWIJSINSTELLING: AVANS HOGESCHOOL ‘S-
HERTOGENBOSCH
ZORGINSTELLING: AMSTERDAM UMC
AFDELING: NIERZIEKTEN EN TRANSPLANTATIE
BEGELEIDEND DOCENT: RUUD UITTERHOEVE
EERSTE BEOORDELEND DOCENT: LIESBETH THEUNS
TWEEDE BEOORDELEND DOCENT: RUUD UITTERHOEVE
PEERS:
,Inhoud
1. Inleiding..............................................................................................................................................3
1.1. Doelstelling..............................................................................................................................6
1.2. Onderzoeksvraag.....................................................................................................................7
2. Methode literatuurstudie...................................................................................................................7
2.1. Zoekvragen..............................................................................................................................7
2.2. Zoektermen.............................................................................................................................7
2.3. In- en exclusiecriteria...............................................................................................................8
2.4. Databanken en overige bronnen.............................................................................................9
2.4.a. PubMed................................................................................................................................9
2.4.b. CINAHL..................................................................................................................................9
2.4.c. Overige bronnen...................................................................................................................9
2.4.c.1. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)...........................................................................9
2.4.c.2. Bachelor Nursing 2020 – Landelijk Overleg Opleiding Verpleegkunde (BN 2020)..............9
2.4.c.3. Nederlands Instituut Voor onderzoek van de EersteLijnsgezondheidszorg (NIVEL).........10
2.4.c.4. Koninklijke Maatschappij tot bevordering der Geneeskunde (KNMG).............................10
2.5. Zoekproces.............................................................................................................................10
2.5.a. Pubmed...............................................................................................................................10
2.5.b. CINAHL................................................................................................................................14
2.5.c. Overige bronnen.................................................................................................................17
3. Methode praktijkgericht onderzoek.................................................................................................19
3.1. Onderzoeksdesign.................................................................................................................19
3.1.a. Setting.................................................................................................................................20
3.1.b. Onderzoekspopulatie..........................................................................................................20
3.1.b.1. Klinisch A verpleegkundigen............................................................................................21
3.1.b.2. Klinisch B verpleegkundigen............................................................................................21
3.1.b.3. Seniorverpleegkundigen..................................................................................................21
3.2. Procedure gegevensverzameling...........................................................................................22
3.2.a. Semi-gestructureerde interviews........................................................................................22
3.2.b. Focusgroep.........................................................................................................................24
3.3. Data-analyse..........................................................................................................................25
3.4. Kwaliteitseisen.......................................................................................................................26
3.4.a. Betrouwbaarheid................................................................................................................26
3.4.b. Generaliseerbaarheid.........................................................................................................26
3.4.c. Validiteit..............................................................................................................................26
1
, 3.5. Ethiek.....................................................................................................................................27
3.5.a. Bewaartermijn onderzoeksgegevens..................................................................................27
3.5.b. Anonimiteit.........................................................................................................................27
3.5.c. Gedragscode praktijkgericht onderzoek voor het hbo........................................................27
4. Planning............................................................................................................................................28
4.1. Overzicht verschillende betrokkenen....................................................................................28
4.2. Tijdsplanning..........................................................................................................................30
Literatuurlijst........................................................................................................................................35
Bijlagen.................................................................................................................................................38
Bijlage 1: Oproep/informatie nieuwsbrief....................................................................................38
Bijlage 2: Persoonlijke uitnodiging deelname individuele interview.............................................39
Bijlage 3: Persoonlijke uitnodiging deelname focusgroep............................................................40
Bijlage 5: Toestemmingsverklaring formulier (informed consent)................................................41
Bijlage 5: Concept topiclijst semi-gestructureerde interviews......................................................42
Bijlage 6: Concept topiclijst focusgroepen....................................................................................45
2
, 1. Inleiding
Door wereldwijde migratie neemt de diversiteit van de Nederlandse samenleving steeds meer toe. In
2020 immigreerden 219.250 personen naar Nederland (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2021). De
afgelopen twintig jaar is de bevolking met 1,5 miljoen inwoners gegroeid, van wie 96 procent een
migratieachtergrond heeft (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2020). Migratie heeft een grote
invloed op de Nederlandse maatschappij, nu en in de toekomst (Ministerie van Justitie en Veiligheid,
2018). Centraal Bureau voor de Statistiek (2020) schrijft dat de bevolking van Nederland de komende
vijftig jaar blijft groeien. De komende decennia groeit de bevolking alleen nog door mensen met een
migratieachtergrond en daalt het aantal inwoners met een Nederlandse achtergrond verder
(Centraal Bureau voor de Statistiek, 2020). Eind 2020 heeft 25 procent van de Nederlandse bevolking
een migratieachtergrond en in 2070 zal dit naar verwachting 42 procent zijn (Centraal Bureau voor de
Statistiek, 2020). Het aantal inwoners van Amsterdam is de afgelopen vijf jaar met gemiddeld 11
duizend mensen per jaar gegroeid (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2017). De helft van de groei
komt uit natuurlijke aanwas, de andere helft uit migratie (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2017).
Zonder immigratie zou Amsterdam een krimpgemeente zijn, zoals dorpen in Oost-Groningen (Couzy,
2020). Uit deze cijfers kan worden geconcludeerd dat de diversiteit van patiënten in het ziekenhuis
ook toeneemt. Op 1 april 2021 leven er in Nederland ruim 2,4 miljoen mensen van niet-westerse
afkomst (14,1% van de bevolking) (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2021). Ruim 1,3 miljoen van
hen zijn van de eerste generatie (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2021). Met name bij deze groep
is sprake van een taalbarrière, omdat zij vaak geen of onvoldoende Nederlands spreken (Triemstra,
Veenvliet, Zuizewind, van Kessel, & Bos, 2016). De definitie van een taalbarrière luidt als volgt:
“Belemmering in de communicatie veroorzaakt door het verschil in taal” (van Dale, 2020).
In de Bachelor Nursing 2020 (Landelijk Overleg Opleiding Verpleegkunde, 2015) wordt beschreven
dat de verpleegkundige een goed inschattingsvermogen van de informatiebehoefte van de patiënt
moet hebben. Dit houdt in dat er in de communicatie rekening moet worden gehouden met
persoonlijke factoren, zoals: leeftijd, begripsniveau, etnisch/culturele achtergrond en taalbeheersing
(Landelijk Overleg Opleiding Verpleegkunde, 2015). De communicatie met patiënten die zich verbaal
of non-verbaal niet goed kunnen uiten is complex en vraagt bijzondere aandacht (Landelijk Overleg
Opleiding Verpleegkunde, 2015). Volgens de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst
(WGBO) is het de verantwoordelijkheid van de zorgverlener om goed met zijn patiënten te
communiceren (KNMG, 2017). Het is van groot belang dat patiënten volledig en begrijpelijk worden
geïnformeerd door hun zorgverlener, zodat zij in staat zijn om naar eigen overtuiging toestemming te
kunnen geven voor een behandeling. Dit wordt ook wel “Informed Consent” genoemd (KNMG,
2016).
Een taalbarrière tussen de verpleegkundige en de patiënt kan een slechte invloed hebben op de
patiëntveiligheid (Squires, 2018). Patiëntveiligheid is een voorwaarde van goede kwaliteit van zorg
(Rosse, de Bruijne, Suurmond, Essink-Bot & Wagner, 2016). Veilige ziekenhuiszorg wordt
gedefinieerd door van Rosse et al. (2016) als zorg waarbij de patiënt geen nadelige gevolgen
ondervindt van het niet opvolgen van protocollen door zorgmedewerkers, of door het verkeerd
interpreteren van de patiënt wat resulteert in incidenten, zoals een misdiagnose of allergische
reacties op medicatie. Patiëntveiligheidsrisico’s zijn situaties die mogelijk kunnen leiden tot
incidenten (van Rosse et al., 2016). Meerdere studies tonen aan dat er een link is tussen
patiëntveiligheidsrisico’s en een taalbarrière (van Rosse et al., 2016). Zo beschrijft een studie van
Divi, Koss, Schmaltz en Loeb (2007) dat bij patiënten in Amerika met een taalbarrière meer
incidenten voorkomen dan bij Amerikaanse patiënten die de Engelse taal goed beheersen. Er zijn
voorbeelden beschreven van medicatiefouten, slecht begrijpen van diagnoses of leefregels, of
3