Week 1 - Nieuwsproductie (HC8) + asetting en Framing (HC9)
Zijn media belangrijk?
→ Nieuws zijn “uitzonderingen op de regel”. Hier leren wij van en het bepaalt hoe we de
wereld om ons heen zien.
● CNN effect → De manier waarop iets in de media verschijnt heeft effect op ons in
het dagelijks leven (Het CNN-effect beschrijft de invloed die media kanalen, met
name CNN, hebben op de regering en het economisch beleid)
● Pseudo event → Zelf een evenement plannen om media publiciteit te krijgen (Vaak
door politici zelf, denk bijvoorbeeld aan Bush bij de Irak-oorlog met de “Mission
accomplished” speech)
- Er zijn 4 kenmerken die bij een pseudo event horen =
1. Dramatisch
2. Gepland
3. Duidelijk afgebakend qua tijd en plaats
4. Zouden niet plaatsvinden als er geen media aanwezig waren
● Medialogica → De macht om te bepalen wie en wat (politiek) relevant is, wordt voor
een groot deel bepaald door de media
● Mediatisering → Een proces (4 fases) van toename van hoe belangrijk media is in
onze samenleving (first dimension, second dimension, third dimension, fourth
dimension)
● Mediated communication → Communicatie via media
,De 4 fasen van mediatisering =
1. First dimension → Hoe belangrijk media is in ons dagelijks leven; belangrijke bron
van informatie maar heeft geen invloed
2. Second dimension → In hoeverre media onafhankelijk is van politiek; kritischer
kijken naar de samenleving
3. Third dimension → De journalist heeft steeds meer een bepalende rol; op zoek
naar entertainment
4. Fourth dimension → Politiek reageert op media; hoe kan ik de media beïnvloeden
(Pseudo event)
● Er waren 3 veranderingen in journalistiek =
1. Partij logica (Tot 1970)
- Media identificeren zeg met de partij (katholiek of liberaal)
- Publiek wordt geadresseerd als onderwerp (politieke partijen
informeren het electoraat)
- Rol van journalist is afhankelijk (nauwe band met partijen)
- Type rapportage is inhoudelijk
- Agenda wordt bepaald door de partij
2. Publieke logica (1970 - 1990)
3. Medialogica (Na 1990)
- Media identificeren zich met publiek
- Publiek wordt geadresseerd als consument (wensen en belangen van
publiek zijn belangrijker)
- Rol van journalist is dominant
- Type rapportage is minder inhoudelijk (populaire onderwerpen bevalt
meer)
- Agenda wordt bepaald door de media
,Herhaling van medialogica (De macht om te bepalen wie en wat politiek relevant is, wordt
voor een groot deel bepaald door de media)
Er zijn 3 percepties volgens onderzoek die het nieuws bepalen =
1. De individuele journalist als gatekeeper? → Kan journalist bepalen wat nieuws is
- Individu heeft weinig invloed, alleen machtige individuen
- Vooral politiek, menselijke verhalen, conservatieve verhalen
2. De eigenaar of hoofdredactie? → Onafhankelijk in Nederland
3. De adverteerder? → Heeft een indirecte invloed
→ Andere factoren = Negatief nieuws, aantal doden/gewonden, plaats van ramp
● Nieuwswaarden theorie = Ongeschreven regels die bepalen wat journalisten
belangrijk vinden (welke gebeurtenissen worden gerapporteerd)
- Er zijn 12 nieuwsfactoren volgens Galtung & Rudge =
1. Frequentie → Een gebeurtenis die zich gelijktijdig met de
nieuwsproductie ontvouwt (denk aan moord)
2. Drempel → Een gebeurtenis die een bepaalde drempel overschrijdt
(denk aan meer slachtoffers)
3. Ondubbelzinnigheid → Hoe makkelijker het is om een gebeurtenis te
interpreteren, des te waarschijnlijker wordt het gerapporteerd
4. Betekenisvol → Cultureel relevante gebeurtenis wordt vaker
gerapporteerd (denk aan verkiezingen)
5. Consonance → Als een journalist al het idee heeft dat er iets gaat
gebeuren
6. Onverwacht → Gebeurtenis is zeldzaam of onverwacht
7. Continuïteit → Zodra gebeurtenis nieuws is, blijft het ook nieuws
(denk aan Brexit)
8. Samenstelling → Gebeurtenis past beter (denk aan compositie)
9. Verwijzingen naar “elite” naties
10. Elites
11. Algemene personen
12. Iets negatiefs
, Dit is later opnieuw onderzocht. Volgens Harcup & O’Neill waren er 10 nieuwe
nieuwswaarden =
- Nieuwswaarden is dus een conceptueel model om poortwachterpraktijken van de
nieuwsmedia te beschrijven. Gebeurtenissen worden “nieuws” als ze bij specifieke
nieuwscriteria passen!
Er zijn 5 manieren hoe journalisten aan nieuws komen =
- Routines → Hoe zorg je elke dag weer voor voldoende nieuws
1. Officiële gebeurtenissen (Tweede kamer)
2. Persberichten
3. Persconferenties
4. Georganiseerde events
5. Nieuwsnet en nieuwskalender
● Bronnen → Officiële bronnen domineren het nieuws (Wat is een goede bron?)
- Productief
- Betrouwbaar
- Geloofwaardigheid
- Mediageniek
● Inter-media invloeden → Hoe weten journalisten wat nieuws is?
- Nieuwswaarden
- Routines
- Media volgt elkaar
● Commercialisering → Meer nieuws minder journalisten; geen tijd meer voor
kritische journalistiek. Nieuws is waar het publiek om vraagt
----------
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper CWstudent10. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.