Werkgroep 1B: Dagvaardingsprocedure
Literatuur
Deel 2 Studiereeks burgerlijk procesrecht (H.L.G. Wieten, Procederen in eerste aanleg),
hoofdstuk 1 en 2. Alleen de grote letters.
A.I.M. van Mierlo en P.J.J. Vonk, ‘Vereenvoudiging en digitalisering van het
procesrecht’procederen in nieuwe jas na KEI, WPNR 2015(7065) (zie Blackboard).
Aanbevolen
J.D.A. den Tonkelaar, ‘De regisserende zaaksrechter: de regierol van de rechter volgens KEI’,
TCR 2015, nr. 4, p. 105-113 (zie Blackboard).
Jurisprudentie
Geheel:
- Rijwielzadel, HR 16 maart 1939, NJ 1939, 1048 (bundel nr. 53);
- Boré/De Vries, HR 17 januari 1969, NJ 1969, 112 (bundel nr. 54);
Alleen de opgegeven rechtsoverweging(en):
- Siedsma/Reek, HR 25 april 1997, NJ 1997, 528 (bundel nr. 48): r.o. 3.2-3.4;
- Edelsyndicaat/Van Hout, HR 29 april 1994, NJ 1994, 488 (bundel nr. 57): r.o. 3.4;
- RvdK/Milutinovic, HR 28 november 1986, NJ 1987, 380, met noot Haardt (bundel nr. 63): r.o.
3.1.
1
, Opdrachten
Opdracht 1: Schets van het verloop van de dagvaardingsprocedure
1. Schets het verloop van de dagvaardingsprocedure door middel van een stroomdiagram. Maak
daarbij gebruik van de volgende fasen of gebeurtenissen:
comparitie na antwoord;
gedaagde verschijnt/gedaagde verschijnt niet;
vonnis op tegenspraak;
verstek;
dagvaarding;
conclusie van antwoord;
verzet;
pleidooi;
verstekvonnis;
repliek en dupliek;
zuivering/geen zuivering;
hoger beroep.
1. De dagvaarding – art.111 Rv
a. Gedaagde verschijnt wel conclusie van antwoord – art. 128 Rv, daarna:
i. Comparitie na antwoord (cpp) – art. 131 Rv OF repliek en dupliek (nog een
schriftelijke ‘ronde’ – art. 132 Rv), daarna: (wettelijk mogelijk: pleidooi, maar dit
is sporadisch – art. 134 Rv) resulteert in:
ii. Vonnis (art. 229 Rv)
1. Vonnis op tegenspraak (als 1 of meer van de gedaagde niet komt, maar
ook 1 wel) hoger beroep (art. 332 Rv)
b. Gedaagde verschijnt niet verstek – art. 139 Rv, daarna:
i. Bij zuivering – art. 142 Rv terug naar conclusie van antwoord
ii. Bij geen zuivering – verstekvonnis (dan is geen van de gedaagde op komen
dagen)
1. Daartegen kun je in verzet – art. 143 Rv
Als je twee gedaagden dagvaardt, bijvoorbeeld A en B, en A komt wel opdagen en B niet, dan volgt A de
normale procedure, maar er komt wel 1 vonnis uit. Dit is een vonnis op tegenspraak. Tegen B wordt er
verstek verleend. Ook B, die niet komt, tegen wie verstek was verleend, moet in HOGER BEROEP. Hij
kan NIET in verzet. Let hierop!!
2