Objectives for week 5: borderline PD
1. What is the clinical picture (phenomenology) of the disorder?
2. How can the PD be distinguished from other PDs? (Levy, 2006)?
3. How can the PD be distinguished from other Axis I disorders? (Levy, 2006)?
4. What is the role of gender and/or culture for the disorder?
5. How might different etiological theories explain the nature and causes of the
disorder?
i. What are the kind of neurological abnormalities found in Borderline
PD? (Mauchnik et al., 2010)
ii. What is the role of childhood trauma in Borderline PD? (Johnson et
al., 1999; Lobbestael et al., 2010)
iii. What are some of the major etiological theories of the development
of Borderline PD, according to authors such as Marsha Linehan,
Otto Kernberg, Judith Herman, Bateman & Fonagy, and Jeffrey
Young? (Fonagy & Bateman, 2007; Harned, 2006; Levy, 2006; for
Young: see Lobbestael en Arntz, 2012; for Kernberg: see Levy et al
2006, and BPD lecture)
6. What appear to be some of the most promising treatment approaches for
each disorder? What is the conceptual model on which the treatment is
based? What are the main methods that each treatment uses to achieve
therapeutic change? What is the existing evidence about whether these
methods are effective? What are the counter-transference "traps" for the
disorder?
i. Can patients with Borderline PD recover from their problems?
(Zanarini et al., 2003)
ii. What forms of treatment appear to be successful in treating some
Borderline PD patients? How do these treatments work? (Giesen-
Bloo et al., 2006; Harned et al., 2006)
7. What is known about cognitions and information processing in borderline
PD patients? (Lobbestael & Arntz, 2012 )
What is the clinical picture (phenomenology) of the disorder?
BPD is een ernstige en veel voorkomende psychiatrisch probleem dat gekarakteriseerd wordt
door affectieve instabiliteit, woede uitbarstingen, zelfmoord(neigingen) en duidelijke
problemen om te functioneren en om betekenisvolle relaties te onderhouden. Men schat dat
ongeveer tussen de 1 en 4 procent van de populatie hier last van heeft. De meeste patiënten
zijn vrouwen (alhoewel de distributie van de karaktertrekken ongeveer gelijk verdeeld lijken
te zijn).
Patienten met BPD ervaren ernstige beperkingen in het algemeen functioneren. Vaak hebben
deze mensen geen baan, of werken ze beneden hun niveau ten aanzien van capaciteiten,
training en SES. Het meest verbazingwekkende symptoom is waarschijnlijk de
parasuicidaliteit (70-80%). De successie rate van tentamen suicide is ongeveer 8 tot 10
procent.
Mensen met BPD zijn erg moeilijk om te behandelen. De stoornis wordt gekenmerkt door
hoge levels en chaotisch gebruik van medicatie, psychiatrische services, herhaalde drop out,
sporadische aanwezigheid bij psychotherapie, weigering van medicatie-inname en pervasieve
non-compliance.
, DUS BPD is een potentieel ernstige en levensbedreigende stoornis die een serieuze clinische
en publieke gezondheidsbelang omvat.
(Levy, 2006).
Borderline wordt gekenmerkt door chronische instabiliteit op een aantal gebieden (emoties,
impulsiviteit en identiteitsproblemen). De prevalentie is 1 tot 2,5 procent in de algehele
populatie en 10 tot 50% in de psychiatrische uit- en inpatient populatie. De medische en
maatschappelijke kosten zijn erg groot. Het risico op zelfmoord loopt op tot 10%.
(Giesen-Bloo, 2006).
How can the PD be distinguished from other PDs? (Levy, 2006)?
BPD is erg comorbide met andere PD’s
How can the PD be distinguished from other Axis I disorders? (Levy, 2006)?
BPD is erg comorbide met as-1 stoornissen: depressie, angst, eetstoornissen, PTSS en
drugsgebruik. BPD kan worden afgebeeld als een patroon: complex comorbidity, dat
gekarakteriseerd wordt door meerdere comorbide diagnoses van zowel internaliserende als
externaliserende stoornissen. 86% van de mensen met major depression en drugsgebruik
vertoonden ook BPD. BPD in combinatie met as-1 stoornissen zorgt er voor dat de
behandeling van de as 1 stoornissen minder makkelijker verlopen. Mensen met BPD
verbruiken meer services zoals in de emergency rooms, ziekenhuizen, etc.
(Levy, 2006).
What is the role of gender and/or culture for the disorder?
How might different etiological theories explain the nature and causes of the disorder?
i. What are the kind of neurological abnormalities found in Borderline
PD? (Mauchnik et al., 2010)
Er zijn drie domeinen van functionele imaging bevindingen:
- Affectieve disregulatie
- Complex van dissociatie, zelfbeschadigend gedrag en pijnverwerking
- Sociale interactie
Uit de studies blijkt dat er een kleinere hippocampus en een kleiner amygdala volume bestaat
bij BPD patienten. Beide delen zijn geassocieerd met emotie regulatie dus de volume
reductiee kunnen biologische substraten zijn van BPD symptomatology.
Alle bevindingen:
- Hippocampale reductie wordt gerapporteerd in PTSD patienten, in vrouwen met een
geschiedenis van seksueel misbruik in de kindertijd en in BPD patienten met vroege
traumatische ervaringen. Er moet onderzoek gedaan worden naar de causale relatie
tussen traumatische ervaringen en hippocampale/amygdala volume reductie.
- De bevindingen ten aanzien van het volume van de amygdala waren minder stabiel.
Zo zijn er subtypes van BPD met comorbide depressie waarbij de amygdala groter