100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Werkgroepopdrachten Ondernemingsrecht €4,99
In winkelwagen

Case uitwerking

Werkgroepopdrachten Ondernemingsrecht

 44 keer bekeken  3 keer verkocht

Alle uitwerkingen van de werkgroepopdrachten van ondernemingsrecht.

Voorbeeld 4 van de 42  pagina's

  • 6 september 2022
  • 42
  • 2021/2022
  • Case uitwerking
  • I. öncü
  • 7-8
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (32)
avatar-seller
bojansen2
Werkgroepopdrachten Ondermeningsrecht
Werkgroep 1: vereniging, coöperatie, owm, stichting

Casus I
Studenten Wijnand, Everdine en Coen beleggen samen. Naar vrienden en familie
duiden ze deze samenwerking nogal pretentieus aan als ‘Beleggingscollectief WEC’
(hierna kortweg ‘WEC’). Ze doen samen gedegen onderzoek naar bedrijven om daarin
vervolgens te beleggen. Elke twee à drie maanden komen ze bijeen voor overleg. Op
die vergaderingen besluiten ze – met unanimiteit – over het aankopen van aandelen.
Na hun afstuderen willen ze WEC verder professionaliseren en het als vereniging voor
beleggers oprichten. Medestudente Dilara, die notarieel recht studeert, wijst hen erop
dat WEC eigenlijk al een vereniging is.

Vraag I.1
Waarop doelt Dilara, en heeft zij gelijk?
Er is sprake van een informele vereniging. Deze hoeft namelijk niet bij notariële akte te
worden opgericht art. 2:28 lid 1 BW. Zie ook art. 2:27 lid 1 BW. De vereniging kan echter wel
besluiten om de statuten te doen opnemen in een notariële akte. Op dat moment wordt het
een formele vereniging.
HR FOK  FOK onderzocht extreemrechtse organisaties en gebeurtenissen in NL. Geen
formele oprichtingshandeling, geen organisatie, geen reglement en geen budget. FOK trad
naar buiten op als gecoördineerde onder één naam, dus een geobjectiveerde bedoeling om
een rechtspersoon tot stand te brengen. FOK is een informele vereniging.
Wijnand, Everdine en Coen overleggen samen, ze treden onder de gezamenlijke naam naar
buiten. ‘Mede gelet op het feit dat de groep in een gecoördineerde vorm onder de naam
FOK naar buiten optreedt, moet voorshands, nog daargelaten dat thans namens haar in
rechte wordt opgetreden, de geobjectiveerde bedoeling van de groepsleden worden
aangenomen om een rechtspersoon tot stand te brengen waarin de leden volgens
bepaalde regels en voor een door hen gesteld doel, willen samenwerken. Derhalve
dient het FOK als rechtspersoon (vereniging) te worden aangemerkt.’
Conclusie: er is dus een geobjectiveerde bedoeling. Er is voldaan aan de FOK definitie.
WEC is dus een informele vereniging. Het maakt niet uit dat zijn geen statuten op schrift
hebben. Dat kan ook mondeling, zie art. 2:30 lid 3 BW.

DUS: verdere aanwijzingen dat van een informele vereniging sprake is, zijn onder meer:
1. De dingen die in FOK juist aanwezig waren;
2. de aanwezigheid van een bestuur en andere organen of commissies;
3. een eigen administratie;
4. leden die contributie betalen en samen vergaderen;
5. financiële zelfstandigheid en;
 De financiën worden op een aparte manier geregeld ten opzichte dan dat van de
leden.
6. De aanwezigheid – in meer of mindere mate – van interne regels voor de betrokkenen
volgens welke men wil samenwerken.

Stel dat Wijnand, Everdine en Coen kort voor hun afstuderen ‘Vereniging
Beleggingscollectief WEC’ bij de notaris oprichten conform alle wettelijke
voorschriften. Wijnand, Everdine en Coen vormen samen het bestuur.

Enkele jaren later heeft WEC tientallen leden, voornamelijk hobbybeleggers. De leden
betalen contributie en leggen daarnaast geld in dat wordt belegd op basis van de
beleggingsbesluiten die de leden samen in de algemene vergadering nemen. WEC
belegt echter niet alleen het geld dat zij van haar leden beheert, maar ook haar eigen

,vermogen, dat bestaat uit de geïnde lidmaatschapsgelden. Op enig moment wil het
bestuur de gemaakte koerswinsten te gelde maken en verspreiden onder de leden.
“Zonder jullie was deze winst immers niet mogelijk geweest”, staat in de concept-
mededeling aan de leden. Dilara – inmiddels huisnotaris van WEC – stelt dat een
dergelijke winstuitkering niet zomaar kan.

Vraag I.2
Geef beredeneerd aan of er een manier is voor WEC om de winsten uit te keren aan de
leden.
Een vereniging mag o.g.v. art. 2:26 lid 3 BW geen winst onder haar leden verdelen. Het feit
dat je geen uitkeringen mag doen betekent het niet dat je niemand mag betalen. Er is pas
sprake van een uitkering op het moment dat er geen gelijkwaardige prestatie van een
tegenpartij tegenover staat. Indien zij toch uitkeren, dan is het besluit nietig, omdat de
inhoud in strijd is met de wet o.g.v. art. 2:14 lid 1 BW.
Manier om toch geld te kunnen uitkeren:
 Je kunt er dan een coöperatie van maken, artikel 2:53a is een schakelbepaling en
daarin staat niet het artikel over het winstuitkeringsverbod, dus bij een coöperatie kan
het wel.
 Je kunt de contributie verlagen bijvoorbeeld. In plaats van uit te betalen aan de leden
laat je ze minder betalen. Er wordt dan geen geld uitgekeerd, er komt wel minder geld
binnen. Het moet wel incidenteel zijn en niet structureel. Anders kan de rechter tot het
oordeel komen dat er sprake is van een verkapte uitkering.

WEC blijft groeien, maar wil niet te groot worden en wordt daarom exclusiever. Dat
merkt ook nieuwe belegger Astrid: zij staat al maanden op de wachtlijst voor toelating
tot lidmaatschap. Haar vriend Berend, die toch een beetje klaar is met alle hijgerigheid
rondom beleggen, wil zijn lidmaatschap overdragen aan haar. Het bestuur van WEC
wijst hem echter terecht: dat kan niet bij een vereniging.

Vraag I.3
Geef beredeneerd aan wie gelijk heeft, Berend of WEC.
Het bestuur van de WEC heeft in deze gelijk. Het lidmaatschap is persoonlijk: rechten
kunnen niet aan iemand anders worden overgedragen, TENZIJ de statuten anders regelen.
Dat betekent dus ook dat je het lidmaatschap niet kunt verkopen. Dit staat in artikel 2:34 lid 1
BW. I.c. is er niets anders in de statuten afgesproken en dus is het lidmaatschap niet
overdraagbaar.

Een lid van WEC, Michaëla, voorziet een beurskrach. Zij pleit meermaals in de
algemene vergadering van WEC ervoor daarop te anticiperen, maar haar advies wordt
weggehoond. Als de beurskrach inderdaad komt, spreekt Michaëla zich in een lokale
krant en op een lokaal radiostation op vernietigende wijze uit over WEC en haar leden.
De reputatieschade voor WEC is aanzienlijk en het vernederde bestuur wil Michaëla de
vereniging uit hebben. Hierover bevatten de statuten van WEC de volgende bepaling:

STATUTEN VERENIGING BELEGGINGSCOLLECTIEF WEC
Artikel 7
Het lidmaatschap eindigt
[...]

c. door opzegging door het Bestuur van de Vereniging, als het lid in gebreke is
gebleven de contributie of andere verplichtingen jegens de Vereniging te betalen
gedurende een periode van langer dan drie maanden nadat tot voldoening van de
verplichting is aangemaand, als het lid informatie naar buiten heeft gebracht over
hetgeen is besproken of gebeurd binnen de Algemene vergadering van de Vereniging,

,of als voortduring van het lidmaatschap om andere reden redelijkerwijs niet van de
Vereniging kan worden gevergd;

d. door ontzetting als het lid heeft gehandeld in strijd met de statuten, een reglement
of een besluit van de Vereniging, of als het lid de Vereniging op onredelijke wijze heeft
benadeeld.

Vraag I.4
Werk beredeneerd uit of, en zo ja, hoe het bestuur Michaëla de vereniging uit kan
zetten. Geef ook een oordeel over de slagingskans.
Het lidmaatschap kan eindigen door opzegging door de vereniging art. 2:35 lid 1 sub c BW of
door ontzetting art. 2:35 lid 1 sub d BW.

Opzegging is slechts mogelijk tegen het einde van een boekjaar met inachtneming van een
opzeggingstermijn van 4 weken, tenzij de statuten anders bepaling art. 2:36 lid 1 BW. In art.
7 sub c van de statuten staat dat je kunt opzeggen: als het lid informatie naar buiten heeft
gebracht over hetgeen is besproken of gebeurt binnen de Algemene vergadering. Michaëla
heeft zich in een lokale krant uitgesproken over WEC en haar leden.
Ontzetting kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten,
reglementen of besluiten der vereniging handelt of de vereniging onredelijke wijze benadeelt.
Dit is ook in art. 7 sub d van de statuten opgenomen. Michaëla heeft zich in een lokale krant
uitgesproken over WEC en haar leden. Hierdoor heeft de vereniging reputatieschade. Beide
is i.c. verdedigbaar.

NB. Beroep tegen ontzetting is mogelijk bij de algemene vergadering; gedurende de
beroepstermijn is een lid geschorst (artikel 2:35 lid 4 BW). Geschorste leden hebben geen
toegang tot de algemene ledenvergadering, behalve wanneer over de schorsing/ de
ontzetting wordt gesproken op grond van artikel 2:38 lid 1 BW.

Everdine heeft zitten nadenken en vraagt zich af of Vereniging WEC niet beter als
coöperatie had kunnen worden opgericht. “We proberen immers samen rijker te
worden”, zo stelt zij. Wijnand vindt dat een slecht idee: “Bij coöperaties zijn de leden
hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden van de coöperatie”.

Vraag I.5
Werk beredeneerd uit of WEC als coöperatie had kunnen worden opgericht. Betrek de
stelling van Everdine in het antwoord.
Een coöperatie is artikel 2:53 lid 1 BW
 Een vereniging
 Die als coöperatie is opgericht
 Door een meerzijdige rechtshandeling bij notariële akte van artikel 2:54 lid 1 BW
 Een informele coöperatie bestaat dus niet. Het is altijd een formele coöperatie.
 En als doel heeft in bepaalde stoffelijke behoeften van haar leden te voorzien
krachtens overeenkomsten, anders dan van verzekering, met hen gesloten in het
bedrijf dat zij te dien einde te hunnen behoeve uitoefent of doet uitoefenen.
 Het is een bedrijf als het is gericht op winst maken en dit moet je ruim
interpreteren.
I.c. kunnen ze krachtens overeenkomst afspraken maken over beleggen, bijv. hoeveel je
belegt, waarin je belegt, hoeveel je terugkrijgt.
Wat zijn stoffelijke behoefte? = economische behoefte. De coöperatie is steeds werkzaam
voor de economische belangen van haar leden  Dit is ook de mening van Everdine.
o Een coöperatie mag winst uitkeren aan haar leden nu artikel 2:26 lid 3 BW
niet van toepassing is op de coöperatie.

, o De coöperatie hoeft echter niet uitsluitend stoffelijke behoefte te bedienen. Ze
mag ook in beperkte mate ideële belangen behartigen. Tussen de coöperatie
en haar leden bestaat niet alleen een lidmaatschapsverhouding, maar ook
een contractuele verhouding. Tussen de coöperatie en haar leden vindt
economisch verkeer plaats. De coöperatie mag deze overeenkomsten met de
leden gesloten niet eenzijdig wijzigen.
o Naast de ovk met leden kan de coöperatie ook de overeenkomst aangaan met
andere, hiervoor is dan wel een statutaire grondslag vereist. Het aangaan van
een overeenkomst met niet leden mag niet het aangaan van een ovk met
leden van ondergeschikt belang maken. Maar wanneer er sprake is van een
ondergeschikt belang is lastig te zeggen, er is hier geen jurisprudentie over.

Conclusie: Ja, ze kunnen een coöperatie oprichten, want er worden
beleggingsovereenkomsten gesloten en er wordt in de stoffelijke behoefte voorzien.

Vraag I.6
Geef een onderbouwd oordeel over de stelling van Wijnand.
Zijn de leden bij een coöperatie hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden?
De leden zijn bij ontbinding voor een te kort aansprakelijk art. 2:55 lid 1 BW. Indien de
statuten niet een andere maatstaf bepalen, dan zijn alle leden voor gelijke delen
aansprakelijk art. 2:55 lid 2 BW. Een coöperatie kan in haar statuten iedere verplichting van
haar leden om in een tekort bij te dragen, uitsluiten of tot een maximum beperken art. 2:56
BW. De leden kunnen hier slechts een beroep op doen indien de rechtspersoon de letters
U.A. of B.A. aan het slot van haar naam heeft geplaatst. Je hebt dus 3 opties:
U.A. = uitsluiting van aansprakelijkheid
B.A. = beperkt aansprakelijkheid
W.A. = wettelijk aansprakelijkheid (dus dan gewoon de maatstaf van 2:55 lid 2 BW)

Casus II
De succesvolle rentmeester Amir Danish heeft een stichting opgericht waaraan hij bij
zijn overlijden in 1971 zijn omvangrijke vermogen heeft toebedeeld. Deze ‘Stichting
Natuur & Danish’ heeft als doel met haar vermogen bij te dragen aan natuurbehoud en
biodiversiteit in Nederland, in het bijzonder in Gelderland en Overijsel, waar Amir
woonde. Amirs kleinzoons Mert en Onur vormen momenteel het bestuur van de
stichting. Zij ontvangen daarvoor een bescheiden maar marktconform salaris.

Vastgoedman Mert is sinds januari 2021 ook directeur bij een regionale
projectontwikkelaar die liever meer dan minder bouwt. Sindsdien is Mert steeds
minder bezig met de besluitvorming binnen de stichting; die is door Merts laksheid
eigenlijk nagenoeg stilgevallen. Onur – net zoals zijn grootvader rentmeester – vindt
dat Mert de erfenis van hun grootvader onrecht aandoet en wil Mert de stichting uit
hebben. Over ontslag bepalen de statuten alleen dat het bestuur zijn eigen
bestuurders benoemt, schorst en ontslaat.

Vraag II.1
Werk beredeneerd uit of, en zo ja, hoe Onur het ontslag van Mert zou kunnen
bewerkstelligen, inclusief een oordeel over de eventuele haalbaarheid.
De statuten moeten inhouden de wijze van benoeming en ontslag van bestuurders o.g.v. art.
2:286 lid 4 sub c BW. Daarvan blijkt niks uit de casus. Dit zal ook geen zin hebben, want
Onur en Mert zijn enig bestuurders. Een stemming zal leiden tot 50/50.
In dit geval kan een bestuurder of verzoek van een belanghebbende of het OM door de
rechtbank worden art. 2:298 lid 1 BW. In dit geval is sprake van verwaarlozing van zijn taak.
Onur is direct belanghebbende nu hij een bestuursfunctie heeft. Zie HR ANV Fondsen. Onur

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper bojansen2. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 48756 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,99  3x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd