Burgerlijk recht 2: Aantekeningen
College 1
Terugblik: verschillen tussen goederen- en verbintenissenrecht
In het goederenrecht is het veelal dwingend recht. In het verbintenissenrecht is dit vooral
regelend recht, tenzij sprake is van een consument (zwakkere partij). Bij B2B is er veel
vrijheid in het verbintenissenrecht en is veel vrijheid bij het opstellen van een overeenkomst.
In het goederenrecht is de relatie tussen goed en persoon. In het verbintenissenrecht tussen
personen onderling.
Goederenrecht kent absolute rechten, verbintenissenrecht relatieve rechten.
Goederenrecht heeft vormvoorschriften, bijv. verplicht om te gaan naar de notaris. In het
verbintenissenrecht is het feit dat partijen het eens zijn met elkaar vaak al voldoende.
Goederenrecht heeft een gesloten systeem, art. 3:81 BW. Je kan dus alleen rechten
vestigend ie zijn genoemd in de wet. Je bent gebonden aan de door de wetgever in het leven
geroepen rechten. Verbintenissenrechten hebben een (half)open systeem, art. 6:1 BW. Het
moet passen in het wettelijk systeem, maar dus wel enige vrijheid.
Goederenrecht heeft gedetailleerde normen en verbintenissenrecht open normen (art. 6:2,
162, 248 BW). Positie van de rechter is dus ook anders. Bij goederenrecht heeft de rechter
weinig ruimte en past enkel de wet toe. Bij verbintenissenrecht kan de rechter meer, door de
normen in te vullen. Jurisprudentie is dus in het verbintenissenrecht belangrijker.
Vertegenwoordiging
Volmacht, art. 3:60 lid 1 BW:
1. Bevoegdheid
2. Om in naam van een ander (lees: van de achterman)
3. Rechtshandelingen te verrichten
De volmacht is een eenzijdige rechtshandeling. Een volmacht kun je vormvrij geven. Bij volmacht is
sprake van een directe vertegenwoordiging, de gevolmachtigde handelt in naam van de achterman.
Er is bij volmacht dus geen sprake van indirecte vertegenwoordiging.
Schakelbepalingen: art. 3:78 en 79 BW.
Lastgeving, art. 7:414 BW
Lid 1:
Overeenkomst van opdracht (lees: verplichting)
Waarbij de lasthebber zich verbindt
Om rechtshandelingen te verrichten
! Voor rekening van de lastgever
De lastgeving is een tweezijdige rechtshandeling (want overeenkomst).
Lid 2:
Of lasthebber handelt in naam van lastgever (lees: van de achterman) = directe
vertegenwoordiging (onmiddellijke)
Of lasthebber handelt in eigen naam = indirecte vertegenwoordiging (middellijke). De
overeenkomst wordt dan juridisch gezien gesloten tussen de tussenpersoon en de verkoper.
,Stel jezelf dus de vraag of er tussen de achterman en tussenpersoon een overeenkomst is gesloten.
Zonder overeenkomst is sprake van volmacht, wel een overeenkomst dan lastgeving. Let wel op! Is
er sprake van een arbeidsovereenkomst? Dan kan geen sprake zijn van lastgeving, zie art. 7:400 lid 1
BW.
VERSCHILLEN
Volmacht art. 3:60 BW Lastgeving art. 7:414 BW
Eenzijdige rechtshandeling Overeenkomst (meerzijdig)
Directe vertegenwoordiging Directe en indirecte vertegenwoordiging
Bevoegdheid Verplichting
Art. 3:296 BW bij schadeverhalen op Schadeverhalen via tussenpersoon bij indirecte
wederpartij (op grond van art. 6:74 BW) (middellijke) vertegenwoordiging art. 7:419 BW
en bij faillissement tussenpersoon art. 7:420
BW
Geef altijd aan wie de partijen zijn en wat de verhoudingen zijn onderling.
Schadevergoeding (lees: wanprestatie) bij lastgeving (indirecte/middellijke vertegenwoordiging)
De middellijke vertegenwoordiger heeft in beginsel geen recht op schadevergoeding aangezien hij
niet degene is die de schade lijdt (in een geval waarin de achterman een tekortkoming in de
nakoming heeft van bijv. het product). De achterman zal in beginsel ook geen schadevergoeding
kunnen vorderen op basis van een wanprestatie (art. 6:74 BW) want zij is geen partij bij de
koopovereenkomst. Art. 7:419 BW biedt uitkomst (zie ook Kribbebijter arrest). De middellijke
vertegenwoordiger kan ook in eigen naam en ten behoeve van de achterman uit de
koopovereenkomst gelende rechten geldend maken en met name dus ook een schadevergoeding
instellen. Hiervoor is niet vereist dat de middellijke vertegenwoordiger zelf schade heeft geleden.
De middellijke vertegenwoordiger heeft geen recht op schadevergoeding, maar de achterman heeft
hier wel recht op. De middellijke vertegenwoordiger heeft de bevoegdheid van de achterman
verkregen om zijn rechten jegens de verkoper geldend te maken. Dit op grond van art. 7:419 BW.
Faillissement tussenpersoon bij lastgeving (in geval van wanprestatie)
Art. 7:420 BW. Deze bepaling houdt in dat bij faillissement van de tussenpersoon het de achterman
niet raakt. De achterman kan door de verklaringen uit te brengen als een soort separatist de
vordering van de tussenpersoon op de wederpartij als het ware uit het faillissement halen en
geldend maken. Op grond van art. 7:420 BW kan de achterman dus zelf zijn schadeverhalen op de
wederpartij, buiten het faillissement van de tussenpersoon om.
Eigen naam/in naam van een ander
Wilsvertrouwensleer art. 3:33 – 35 BW
> Is er een rechtshandeling tot stand gekomen?
> Heeft iemand voor zichzelf (in eigen naam) of als vertegenwoordiger van een ander (in naam van
een ander) gehandeld?
Het hangt dus van de omstandigheden af. Uitgangspunt is dat als iemand een rechtshandling verricht
hij dit voor zichzelf doet (in eigen naam).
> De aard van de overeenkomst kan ertoe leiden dat er een uitzondering is.
Denk aan geneeskundige overeenkomsten, ouders maken dan afspraken. De ouders sluiten dan het
contract namens hun kind.
> Ook wat gebruikelijk is, is een aspect voor een uitzondering.
Iemand werkt op de verkoopafdeling van een bedrijf, je mag dan aannemen dat iemand bevoegd is.
Hoe hoger de bedragen worden, dan kan er een vraagteken komen. Bij normale transacties mag je er
,echter vanuit gaan. De bevoegdheid is dan noodzakelijk voor uitoefenen functie. Benoem dan dus
eerst art. 3:61 BW dat een volmacht stilzwijgend verleend kan worden. Blijft een verkoper bijv.
binnen zijn bevoegdheden, zoals bedoeld in art. 3:66 lid 1 BW, dan wordt de volmachtgever
gebonden aan de overeenkomst.
Zo is in jurisprudentie bepaald dat een makelaar geen vertegenwoordiger is, maar een bemiddellaar.
Zelfde geldt voor een architect. Een advocaat kan eerder een vertegenwoordiger zijn, afhankelijk van
wat hij doet. In de jurisprudentie is opgemaakt dat de makelaar niet stilzwijgend een volmacht
verleend kan krijgen, dit moet expliciet. Ook bij het zijn van een bode is geen sprake van een
volmacht (bij overbrengen van hoe hoog een bod is bijv. is geen bevoegdheid tot direct sluiten
overeenkomst).
Volmacht: ontstaan en einde
Ontstaan: uitdrukkelijke of stilzwijgende verlening (denk aan iemand benoemen bepaalde
functie) art. 3:61 lid 1 BW
Einde: art. 3:72 BW, denk aan dood of onder curatele stelling.
> Derdenbescherming art. 3:76 lid 1 BW: derde is zich niet bewust van overlijden, dan is
derde beschermt. Ook al vervalt de volmacht, dan alsnog wordt de derde beschermt.
Je kunt je volmacht herroepen. Er bestaat ook een onherroepelijke volmacht, om een wederpartij
zekerheid te bieden. Denk aan koop van een huis waarin de notaris zich onherroepelijk verbindt de
koopprijs uit te betalen aan de verkoper. De verkoper weet dan zeker dat hij zijn geld krijgt van de
notaris.
Stelling: Moet de gevolmachtigde de volmacht accepteren?
Je krijgt een bevoegdheid (art. 3:60 BW), dit is het verschil met een lastgeving waarbij een
overeenkomst ten grondslag ligt en beide partijen dit dus moeten willen. Een volmacht is eenzijdig,
geen overeenkomst. De ander verplicht zich tot niets. Het is aan hem of hij er iets mee wil doen of
niet. Zit iemand er dus niet op te wachten, kan die er dus simpelweg niets mee doen.
Juridisch gezien verleen je slechts een bevoegdheid en hoeft de gevolmachtigde deze dus niet te
accepteren. Acceptatie van de gevolmachtigde is dus niet vereist.
Stelling: Kan de volmachtgever de rechtshandelingen waarvoor hij een volmacht heeft verstrekt
nog zelf verrichten?
Ja dit kan. Een volmacht is bedoeld om je radius te vergoten en niet te beperken.
Een volmacht werkt dus niet privatief.
Stelling: Is de gevolmachtigde verplicht van zijn volmacht gebruik te maken?
Nee, het is slechts een bevoegdheid. Het is geen overeenkomst, je bent niet verplicht van de
bevoegdheid gebruik te maken.
Stelling: Kan een minderjarige optreden als gevolmachtigde?
Ja dit kan, art. 3:63 BW. Autonomiebeginsel. Als je er vertrouwen in hebt dat de minderjarige dit kan,
moet je dit helemaal zelf weten. Denk aan een minderjarige die werkt in een winkel en dus
overeenkomsten sluit voor de winkel (door te werken achter de kassa). Iemand die onder curatele is
geplaatst kan ook als gevolmachtigde optreden, op basis van de autonomie. Je mag dit zelf weten.
Stelling: Kan de gevolmachtigde zijn volmacht doorgeven?
, Uitgangspunt is van niet. Wet noemt uitzonderingen. Dit door autonomie, je geeft iemand de
bevoegdheid omdat je vertrouwen hebt in die persoon. Vaak te maken met diegene zijn
eigenschappen. Als die het kan doorgeven in iemand waarin je geen vertrouwen hebt, kan dit de
autonomie schenden.
Stelling: Moet de gevolmachtigde de identiteit van de achterman onthullen aan de derde?
Ja binnen een redelijke termijn, art. 3:67 BW. Te maken met bescherming positie derde, hij moet
weten met wie die te maken heeft. De derde moet beschermd kunnen worden.
Volmacht – onbevoegde vertegenwoordiging > Deze vraag speelt dus nadat je tot de conclusie bent
gekomen dat er ook geen eventuele stilzwijgende volmacht is verleend.
Denk aan iemand met volmacht die een beperking heeft daarin. Ook kan sprake zijn van iemand die
claimt gevolmachtigde te zijn en dit helemaal niet is. Kan de achterman dan alsnog verbonden
worden? Het vertrouwen van de derde is namelijk ook in het spel en daarnaast dus de autonomie
van de achterman.
> Is de achterman gebonden, ondanks gebrekkige of afwezige vertegenwoordigingsbevoegdheid?
In beginsel niet, dit altijd aangeven dat geen overeenkomst in beginsel tot stand komt, art. 3:66 lid 1
BW. Tenzij dus bekrachtiging of vertrouwensbescherming. Geef ook altijd aan wie de partijen zijn en
wat de verhoudingen zijn onderling.
Een handelsregister zegt niet alles, want een volmacht kan ook stilzwijgend verleend worden. Dit
geldt voor wat voor register dan ook, of website. (Dit is dus anders dan in het goederenrecht)
Uitgangspunt is dat de achterman niet gebonden is, maar twee uitzonderingen:
Bekrachtiging art. 3:69 BW
> Heeft terugwerkende kracht (ex tunc)
> Heeft geen werking in geval van art. 3:69 lid 3 BW
> Kan bekrachtiging stilzwijgend? Er wordt nergens gesproken van vormvereiste in art. 3:69
BW, dit kan dus ook stilzwijgend zijn. Want de wet zegt hier niets over.
Vertrouwensbescherming art. 3:61 lid 2 BW
Tegenwoordig meer sprake van risico verdeling tussen de achterman en de derde.
1) Derde heeft gerechtvaardigd vertrouwd dat er een toereikende volmacht was (art. 3:35 en
3:11 BW). De wederpartij mocht dus niet weten dat de gevolmachtigde geen toereikende
volmacht bezat of helemaal buiten een volmacht om handelde.
2) Dit vertrouwen berust op een verklaring of gedraging van de achterman
> ‘toedoen’ beginsel: de volmachtgever moet zelf ook een aandeel in het vertrouwen van de
wederpartij hebben. Dit kan zich uiten in een positieve verklaring of gedraging, maar ook in
een niet-doen van de volmachtgever.
> Ratio: bescherming achterman tegen ongewilde binding
Dan is de achterman alsnog verbonden.
Arrest Felix/Aruba: Overheidsorgaan kan ook gebonden zijn in verband met de positie die een
functionaris inneemt, ondoorzichtigheid interne bevoegdheidsverdeling, nalatigheid overheid om
derde te wijzen op onbevoegdheid functionaris.
Arrest Kuijpers/Wijnveen: Er wordt niet direct gereageerd op de opdrachtbevestiging. De
onderhandelingen worden namens de BV gevoerd door Steijvers, directeur was alleen aanwezig bij
eerste onderhandeling. Wijnveen maakt kosten aan de hand van het contract. Vervolgens verwijst de