100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home

Samenvatting

Samenvatting Stijlmiddelen, beeldspraak, woordfiguren en gedachtenfiguren

 8 keer bekeken  0 keer verkocht

Stijlmiddelen, beeldspraak, woordfiguren en gedachtenfiguren

Voorbeeld 1 van de 2  pagina's

  • 12 september 2022
  • 2
  • 2022/2023
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (3148)
avatar-seller
Chantal19971
Stijlmiddelen

Stijlfiguren/middelen hebben een tweedelig doel:
– aandacht te trekken van de lezer.
– de lezer overtuigen.

Er zijn drie verschillende soorten stijlmiddelen:
– beeldspraak
– gedachtefiguren
– woordfiguren


Beeldspraak: Je maakt gebruik van beelden die een overeenkomst hebben met iets of
iemand.
Er zijn vijf verschillende beeldspraak die we onderscheiden:
– metafoor: bij een metafoor wordt het verbeelde object vervangen door een vergelijkend
beeld.
– metonymia: verzamelnaam voor stijlmiddelen waarbij de beeldspraak niet rust op een
vergelijking. In plaats van een vergelijking gebruik je een logische of
tijd-ruimterijke nabijheid van het object en het beeld.
Voorbeeld: een deel van het geheel. Nederland verloor met 2-1.
– personificatie: abstracte of levenloze dingen worden als levende wezens voorgesteld.
– synesthesie: zintuigen worden vermengd.
– vergelijking met of zonder als: het object wordt vergeleken met een beeld dat iets
gemeenschappelijks heeft.



Gedachtefiguren: voegen iets extra's toe aan de letterlijke betekenis van de uitleg.
Er zijn 12 gedachtefiguren die we onderscheiden:
– aanspreking: de lezer of luisteraar wordt letterlijk aangesproken.
– antithese: betekent tegenstelling. Twee worden met een tegenstellende betekenis worden
dicht bij elkaar geplaatst zodat het verschil opvalt.
– eufemisme: verzacht wat er gezegd wordt, nooit spottend.
– hyperbool: overdrijving.
– inclusief 'we': de schrijver gebruikt we in de tekst waarmee hij zichzelf en het publiek
bedoelt.
– ironie: zegt het omgekeerde van wat je bedoelt.
– paradox: een schijnbare tegenstelling.
– pleonasme: ergens de nadruk op leggen door het te herhalen.
– preteritio: ergens aan voorbij gaan. (VB: ik zal het maar niet hebben over....)
– retorische vraag: vraag waarop het antwoord al bekend is.
– tautologie: je zegt twee keer hetzelfde met verschillende woorden.
– understatement: tegenovergestelde van een hyperbool.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Chantal19971. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €0,00. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 53022 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
Gratis
  • (0)