Natuurkunde H5 Straling
5.1 Straling en bronnen
Elektromagnetische straling wordt overgedragen in energiepakketjes, fotonen. Hoe meer
fotonen hoe gevaarlijker de straling is.
Als atomen worden geïoniseerd betekent dat dat het atoom een of meerdere elektronen
verliest. Van nature ioniserende straling heet radioactieve stoffen. Alfa en bèta deeltjes zijn
geladen en hebben een massa, gammastraling daarentegen geen massa en is ongeladen.
De fotonen van gammastraling hebben meer energie dan die van röntgenstraling, dit
betekent dat gammastraling dus ook gevaarlijker is dan röntgenstraling.
Als de afstand tot de bron groter is, is de straling zwakker. Er geldt een omgekeerd
kwadratisch verband: bij een driemaal zo grote afstand is er een negen maal zo zwakke
straling. Hoe diep de ioniserende straling door kan dringen hangt af van de soort stof: dit
noem je het doordringend vermogen. Het ioniserend vermogen geeft aan hoe goed de
straling in staat is atomen te ioniseren. Röntgenstraling heeft een zwakke en gammastraling
een grote. De fotonen van andere straling hebben te weinig energie om te kunnen ioniseren.
Als je wordt blootgesteld aan straling dan spreek je van bestraling. Als de bron van straling
in of op je lichaam zit, spreek van besmetting. Dit is gevaarlijker dan bestraling want je
draagt het bij je.
5.2 Kernreacties
Keren van atom bestaan uit twee soorten deeltjes: protonen, positieve elementaire lading
+e, en neutronen die geen lading hebben. In de elektronenwolk zitten elektronen met een
negatieve lading, -e. Een atoom is neutraal want het aantal protonen en elektronen is gelijk
in een atoom.
A=N+Z
A = het totaal aantal kerndeeltjes (massagetal) (boven)
N = het aantal neutronen in de kern
Z = het aantal protonen in de kern (atoomnummer) (onder)
1 u = 1,66 x 10^27
Keren van 1 element (met dezelfde Z, maar verschillende A) heten isotopen. Ze verschillen
in de massa.
Instabiele atoomkernen zijn radioactief: onder het uitzenden van straling verandert zo'n
atoom in een ander element. Als het atoom een halveringstijd heeft is hij instabiel. Als hij niet
veranderd is hij stabiel.
Bij het uitzenden van straling verandert de oorspronkelijke kern in een andere. Dit is
radioactief verval (Oorspronkelijk = moederkern) (Ontstaan = dochterkern).
Als een instabiele kern vervalt, schiet een a- of een b-deeltje uit de kern, en vaak ook
y-straling.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper nynkem57. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,69. Je zit daarna nergens aan vast.