Burgerlijk procesrecht Hoorcollege 2A
Verzoekschriftprocedure (civiel), kort geding (ook voor overheidsrechter)
en arbitrage (particuliere rechters).
Enkele kenmerken van de verzoekschriftprocedure (veel in familiezaken,
maar ook arbeidszaken)
• Verplichte procesvertegenwoordiging? (278-279 Rv)
– Kantonzaken: in persoon of bij gemachtigde
– Advocaatzaken: verplichte procesvertegenwoordiging door
advocaat> ontlenen zaken hun naam aan 278-279
• Alleen voor ondertekening en indiening verzoekschrift,
verweerschrift en andere formele schriftelijke stukken
(SCHRIFTELIJK)
• Mondelinge behandeling(geconcentreerd> zoveel
mogelijk in 1 zitting behandelen): in persoon of bij
advocaat
Er is een verschil als we kijken naar de advocaatzaken voor verplichte
procesvertegenwoordiging. Bij dagvaarding geldt dat bij elke stap, zonder
advocaat kun je geen stap zetten. In verzoekschrift is dat anders, is
informeler, rechter actievere wijze opzoek kan gaan naar wat is goed in
deze zaak. Informeler blijkt ook uit dat je de advocaat alleen nodig hebt
voor ondertekening en indiening van beperkt aantal stukken >point 1.
Indienen van andere stukken bij dagvaarding wel de advocaat nodig en bij
verzoek geen. Bij mondelinge behandeling daar mag je of wel bij advocaat
of wel in persoon. Dus je advocaat hoef je niet mee te nemen. Vanuit oog
van hoor en wederhoor belangrijk, want partij heeft zich laten horen.
Groot verschil tussen dagvaardingsprocedure en verzoekschriftprocedure:
verzoekschriftprocedure kent geen rol, omdat het voor groot deel
mondeling plaatsvindt. Hiermee is dan al meteen gegeven dat vzrpr
informeler en sneller is.
• Geconcentreerde, deels schriftelijke, deels mondelinge behandeling
– Geen rolbehandeling
– Informelere en snellere procedure
– Actievere rechter
– Model voor KEI
• Terminologie
– Verzoekschrift(inleidend stuk)
– Verzoeker – belanghebbende/verweerder (KEI: wederpartij
geen gedaagde meer (in hele basisprocedure)> verweerder)
– Beschikking (uitspraak). Als je een beschikking bent, dan blijf
je ook. In eerste aanleg, hoger beroep en cassatie altijd noem
je alle uitspraken van alle gerechten een beschikking. In het
geval van dagvaarding: eerste aanleg> vonnis en uitspraken
van hoger beroep en cassatie noem je arresten.
, • Terminologie in materiële wet: aanwijzing voor
verzoekschriftprocedure (261 lid 2 Rv)
– Zie bijv. 1:150 BW (echtscheiding) of 7:685 BW (ontbinding
arbeidsovk)
Dus als er staat verzoeken, dan weet je dat het een
verzoekschriftprocedure is.
Verzoekschriftprocedure: waar geregeld?
• Algemene regeling voor civiele zaken:
– Titel 1.3 (261 Rv e.v.): De verzoekschriftprocedure in eerste
aanleg
• Ook: Titel 1.1 (1 Rv e.v.): Algemene bepalingen,
waaronder Afdeling 1.1.3 (procesbeginselen)
– Procesreglement verzoekschriftprocedures rechtbank: bepaling
uit RV weer op praktisch niveau zijn utigewerkt.
• Zie rechtspraak.nl
• Personen- en familiezaken:
– Specifieke bepalingen (waarover straks meer)
– Algemene bepalingen (261 Rv e.v.): aanvullend
– Procesreglementen (waarover straks meer)
– Faillisementszaken:
– Eigen regeling in Faillisementswet (week 3B)
Nog niet zo lang geleden lag de uitspraak over volledigheids- en
waarheidsplicht bij de HR: advocaat had aangevoerd dat de regel van
volledigheids- en waarheidsplicht niet van toepassing is op
verzoekschriftprocedure omdat het in titel 1 staat. HR: Nee, titel 1.1. is
van toepassing op alle procedures!! Dus zowel dag- als
verzoekschriftprocedure.
Eisen verzoekschrift: waarmee de procedure wordt ingeleid
• Inhoud: verzoekschrift is een verzoek aan rechter . Dus aan zijn aard
niet wordt uitgebracht op te beginnen aan de wederpartij, maar aan
de rechter. Dit is ook een groot verschil met de
dagvaardingsprocedure. De dagvaardingsprocedure begint doordat
je de dagvaarding betekent aan de gedaagde, die weet dus eerder
dat er een zaak is dan de rechter. In het geval van
verzoekschriftprocedure is dat niet zo. Je dient het dus in bij de
griffie van de rechtbank (verzoek indienen bij de rechter), dus de
rechter weer eerder dan wederpartij dat er zaak is.(278 lid 1 en 2
Rv)
– Gegevens verzoeker
• Gegevens belanghebbende(n). Deze worden niet vereist,
reden is: lang niet in alle zaken is er sprake van een
wederpartij/ belanghebbende. Denk bijvoorbeeld aan
wat ik vorige week aangaf voluntair (oneigenlijke
rechtspraak, geen conflict tussen partijen maar slechts
een voorziening verzocht> adoptie vanwege belang van
, het kind moet je naar de rechter) en contentieus(strijd
van conflict, twee partijen tegenover elkaar). Scheiding
op gemeenschappelijk verzoek> toch naar de rechter, er
is dus geen wederpartij. Wet> niet altijd ook gegevens
van belanghebbende hebben omdat die niet altijd
aanwezig is. Als er een belanghebbende is, is het
belangrijk om de gegevens te hebben.
– Omschrijving verzoek: rechter weet wat er gevraagd wordt
– Gronden verzoek: onderbouwen
– Ondertekening
• Advocaatzaken: door advocaat
• Kantonzaken: door verzoeker (je mag in persoon
procedure)of gemachtigde (280 j°80-81 Rv)
• Indiening: ter griffie (278 lid 2 Rv)
– Advocaatzaken: door advocaat
• Herstelmogelijkheid (281 Rv). Als je het niet via
advocaat doet, dan binnen bepaalde termijn herstellen.
– Dagtekening griffier (278 lid 4 Rv)> je weet vanaf welk
moment de zaak aanhangig is.
– Terhandstelling aan voorzieningenrechter
Aanvang verzoekschriftprocedure:
• Indiening verzoekschrift ter griffie: geding aanhangig (278 lid 2 Rv)
• Dan dus bij rechtbank bekend (het verzoek)
• Rechter (279 Rv):
– bepaalt dag voor mondelinge behandeling
– beveelt oproeping van partij of partijen
Oproeping partij(en) door griffier (271-277 en 279 lid 2 Rv)
– Hoe:
• Verzoeker en verschenen belanghebbende: gewone brief
(271 Rv), die weten dus dat de zaak eraan komt. Bij
gewone brief opgeroepen. Als een belanghebbende is
verschenen doordat advocaat zich heeft gesteld voor
belanghebbende(bij rechtbank > ik stel mij voor
belanghebbende), dan kan zo een belanghebbende bij
gewone brief worden opgeroepen. Hoezo kan je als je
verschijnt ter zitting, dan ben je toch al verschenen, hoe
kun je weten dat je had moeten verschijnen? Voor deze
gevallen is het dat advocaat stelt voor jou, daarna word
je opgeroepen voor de zitting, maar dan ben je al in
rechter verschenen, dus de advocaat stelt zich voor jou,
vervolgens wordt je opgeroepen door griffier voor de
zitting en daarna vindt de zitting plaats.
• Niet verschenen belanghebbende: aangetekende brief
(272 lid 2 Rv), het tweede deel van dit artikel.
• Tenzij rechter ander bepaalt