KLINISCH REDENEREN
Praktijkleren: Professionaliteit en Goede Zorg
Naam: Ghazaleh Sharafati
Inleverdatum: 27 juni 2022
Studentnummer:12099481
Klas: VT2/i
Toets code: VP-PRAK2VT2-20 TOETS 1
Docent: Hanneke Broekman
Semester:2
1
,Inhoudsopgave
Deel A: Beschrijving en analyse verpleegplan...........................................................................2
Deel B: Literatuuronderzoek.......................................................................................................7
Deel C: Evaluatie van het proces..............................................................................................10
Literatuurlijst:............................................................................................................................11
Bijlagen.....................................................................................................................................13
Bijlage1: oorspronkelijk verpleegplan..................................................................................13
Bijlage 2: ingevuld meetinstrument complexiteit zorgvraag.................................................14
Bijlage 3a: verklaring gesprek verpleegkundige...................................................................17
Bijlage 3b: verklaring gesprek zorgvrager (of naaste)..........................................................17
Bijlage 4: ingevuld proceswerkblad ‘Diagnostisch redeneren’.............................................17
Bijlage 5: ingevuld proceswerkblad ‘Etiologisch redeneren’...............................................21
Bijlage 6: ingevuld proceswerkblad ‘Prognostisch redeneren’.............................................23
Bijlage 7: zoekproces............................................................................................................25
Bijlage 8: samenvattingen twee gekozen Engelstalige artikelen...........................................26
Bijlage 9a: beoordeling methodologische kwaliteit artikelen...............................................27
Methodologische kwaliteit artikel 1 (Pulmonale revalidatie, pr-program)........................27
Methodologische kwaliteit artikel 2 (Muziektherapie in palliatieve fase)........................29
Bijlage 9b: beoordeling toepasbaarheid interventies.............................................................30
Toepasbaarheid interventie 1 (Pulmonale revalidatie, pr-program)..................................30
Toepasbaarheid interventie 2 (muziektherapie).................................................................31
Bijlage 10: vraag 2 t/m 7 van het proceswerkblad ‘Therapeutisch redeneren’.....................32
Interventie 1 Pulmonale revalidatie...................................................................................32
Interventie 2 muziektherapie.............................................................................................35
Bijlage 11: Reflectie volgens zelfgekozen methodiek..........................................................37
Deel A: Beschrijving en analyse verpleegplan
2
,Naar aanleiding van opdracht ‘klinisch redeneren’ heb ik met één van mijn
stagebegeleidsters de opdracht besproken. In overleg met haar heb ik een
zorgvrager gekozen om deze opdracht te kunnen uitvoeren. Het doel van dit
verslag is om door een bestaand verpleegplan met klinisch redeneren uit te
zoeken of dit verpleegplan goed aansluit bij de context van mijn zorgvrager. Op
basis van deze analyse kunnen verbeteringen in het verpleegplan worden
doorgevoerd met het inzetten van een nieuwe interventie. Mijn zorgvrager is een
man van 76 jaar oud, met BMI van 31,24 die op dit moment bij ons op de
longafdeling ligt. Dhr. is bekend met CODP Gold IV en is opgenomen met een
pneumothorax rechts bij COPD/emfyseem sinds december 2021. Dhr. heeft in het
verleden gerookt maar nu hij de pneumothorax heeft gehad is hij gestopt met
roken. Door COPD met daarnaast een pneumothorax ervaart dhr. regelmatig
benauwdheidsaanvallen. Bij COPD-emfyseem zijn er niet genoeg longblaasjes
aanwezig om de gaswisselingsfunctie in gang te zetten waardoor afvalstoffen
niet kunnen worden uitgeademd, hierdoor stapelt CO2 zich in de longen op en
veroorzaakt benauwdheidklachten. Naast COPD heeft dhr. een pneumothorax
rechts gehad waarbij één van de longen is ingeklapt, waardoor minder zuurstof
kan worden ingeademd. Bij een pneumothorax zit in het longvlies een lek
waardoor lucht tussen de twee longvliezen terechtkomt, waarna de long van de
patiënt hierdoor gedeeltelijk inklapt. Een pneumothorax kan zowel spontaan of
ten gevolge van een longziekte zoals COPD worden veroorzaakt. Mijn zorgvrager
heeft de pneumothorax opgelopen ten gevolge van COPD-emfyseem waardoor
een scheur in de vergrote longblaasjes is ontstaan (Leids Universitair Medisch
Centrum,2022; Radboudumc, z.d.). Verder heeft Dhr. een tijdje geleden
decompensatio cordis rechts gehad, hierdoor heeft hij oedeem in zijn
rechterbeen. Bij decompensatio cordis pompt het hart het bloed minder goed
rond, hierdoor krijgen weefsel en organen onvoldoende bloed. In de meeste
gevallen vindt decompensatio cordis plaats door een verzwakte hartspier die het
bloed niet voldoende door het hele lichaam kan rondpompen. Het onvoldoende
rondpompen van bloed leidt ertoe dat bloed voor het hart ophoopt en de druk in
aders toeneemt. Decompensatio cordis rechts komt door een falend
rechterventrikel, waardoor de rechterhelft van het hart niet goed doorpompt. Bij
decompensatio rechts wordt het bloed minder goed vanuit het lichaam
aangezogen en wordt er minder bloed naar de longen gepompt, waardoor een
ophoping, oftewel stuwing, in de aders van het hele lichaam en ook organen
ontstaat (Juf Danielle Academie, 2022; Westerhof & Meursing,1989).
Kort na zijn opname in het ziekenhuis meneer is COVID-19 opgelopen, maar op
dit moment is hij al hersteld. Dhr. is op dit moment onder behandeling van
verschillende disciplines zoals diëtist, fysiotherapeut, dermatoloog, longarts. Om
erachter te komen hoe het verpleegplan (bijlage1) van zorgvrager (Dhr. X)
opgesteld is heb ik een interview afspraak gepland met één van de
verpleegkundigen die het verpleegplan heeft gemaakt. Uit dit interview komt
naar voren dat de 11 patronen van Gordon als methodiek worden gebruikt bij het
opstellen van het verpleegplan. Na de opname wordt eerst de anamnese
afgenomen bij een patiënt, tijdens dit anamnesegesprek en observatie worden de
11 patronen van Gordon doorgelopen en op basis van deze anamnese worden
diagnose, actie en interventie ingezet en later geëvalueerd. Afhankelijk van het
ziektebeeld wordt ook gebruikt gemaakt van specifieke zorgpaden bij patiënten,
bij dhr. X wordt gebruik gemaakt van zorgpad COPD, Pneumothorax. Nadat de
anamnese door de verpleegkundige is afgenomen wordt een plan opgesteld. Bij
het opstellen van dit plan zijn verschillende verpleegkundigen betrokken, dus niet
alleen degene die de anamnese afgenomen heeft. De bepalingen over zorg,
interventies en het opstellen van het dossier worden tijdens het behandeltraject
3
, door verschillende verpleegkundigen vastgesteld. Bij ons op de afdeling wordt
regelmatig een zorgplan/activiteitenplan van een patiënt aangepast/gewijzigd,
afhankelijk van de zorg die de patiënt op dat moment nodig heeft. Toen dhr. bij
ons op de afdeling werd opgenomen, is eerst door een verpleegkundige de
anamnese afgenomen. Op basis van informatie die door verschillende
verpleegkundigen verzameld en gerapporteerd is, wordt in samenspraak met
andere collega’s en de arts nagedacht wat de beste zorg voor dhr. is. Het dossier
en het activiteitenplan van de patiënt worden hierbij continu aangepast en
gewijzigd. Daarnaast worden doelen/het wenselijke resultaat vastgesteld, hierbij
wordt noodzakelijke interventie ingezet en uitgevoerd. Tenslotte wordt
geëvalueerd of de toegepaste interventie/zorg effectief is geweest en het
doel/resultaat behaald is. Het hele proces van anamnese, diagnose, planning
van doelen en resultaten, uitvoering van interventie en evaluatie vindt plaats in
samenwerking met verschillende verpleegkundigen op de afdeling. Een
voorbeeld vanuit een casus: Bij dhr. X wordt het verpleegkundig proces als volgt
doorlopen: Tijdens iedere dienst worden saturatie en het CO2 gehalte in het
bloed gemeten en de benauwdheidklachten worden goed in de gaten gehouden
door de verschillende verpleegkundigen. Hiermee wordt informatie verzameld of
meneer voldoende satureert. Indien dhr. minder dan de streefsaturatie haalt,
stelt de verpleegkundige vast om een actie uit te voeren om de gewenste
saturatie bij dhr. te bereiken. De verpleegkundige bepaalt, in samenspraak met
collega’s en de desbetreffende arts, de gewenste doelen en resultaten.
Vervolgens zal de verpleegkundige een interventie uitvoeren om het gewenste
doel te bereiken, in dit geval is dat het bereiken van de streefsaturatie. De
verpleegkundige doorloopt hierbij het proces van uitvoering. Dhr. wordt veneveld
en krijgt ademhalingsoefeningen. Tenslotte kijkt de verpleegkundige of de
ingezette interventie effectief is geweest door de saturatie opnieuw te
controleren. Als dhr. de gewenste streefsaturatie heeft bereikt, is het gewenste
doel en resultaat bereikt. Hierbij wordt door de verpleegkundige geëvalueerd of
de interventie effectief is geweest. Dit hele proces wordt stap voor stap in het
zorgdossier van de patiënt gerapporteerd, bij elke handeling wordt het
verpleegkundig zorgproces door verschillende verpleegkundigen doorlopen en
gerapporteerd. Continuïteit van zorg wordt gewaarborgd door het activiteitenplan
door te nemen, uit te voeren en te wijzigen.
Bij ons op de afdeling verpleegkundigen die zorg verlenen aan een patiënt maken
gebruik van software Chip HIX om met elkaar te communiceren over de
voortgang van de behandeling en toestand van de patiënt. Op deze manier wordt
continuïteit van zorg bewerkstelligt. De verslaggeving vindt door verschillende
verpleegkundigen, artsen en andere disciplines plaats die de patiënt tijdens het
behandeltraject helpen/ondersteunen, zoals bijvoorbeeld de longarts, arts-
assistent, diëtist, fysiotherapeut, enzovoorts. Uit het interview komt ook naar
voren dat in de ziekenhuis rekening wordt gehouden met duurzaamheid van
milieuaspecten en preventie van schade door het gebruik van digitaal
communiceren/rapporteren met andere verpleegkundigen of andere disciplines,
zoals artsen, diëtisten, fysiotherapeuten, enzovoorts. In het ziekenhuis wordt
gebruik gemaakt van digitaal communiceren omdat dit efficiënter en sneller is.
Artsen en verpleegkundigen kunnen gemakkelijk medische gegevens en de
toestand van patiënten inzien en de juiste behandeling of zorg inzetten en
volgen. Daarnaast zorgt digitaal communiceren ervoor dat er geen papieren
gebruikt worden, dat is goed voor het milieu. De gegevens en het dossier van
patiënten kan, door digitaal te communiceren, lastiger verspreid worden dan een
dossier op papier. In vergelijking met papier is digitaal communiceren duurzamer,
omdat gegevens en informatie op papier makkelijker kwijt kunnen raken. Bij het
4