Dit document is een samenvatting van Hoofdstuk 4: zouten uit het boek Nova voor het leerjaar vwo 4. Er is per paragraaf een samenvatting (met plaatjes) gegeven van de informatie die in het boek verteld wordt.
⏵ paragraaf 1
① wat is een ionbinding en wat is hier het gevolg van?
② wat zijn de eigenschappen van het ionrooster?
③ wat zijn enkelvoudige en samengestelde ionen?
④ wat zijn ammoniumzouten en waarom zijn ze bijzonder?
⑤ waaruit bestaat een zout?
⑥ hoe stel je een verhoudingsformule op?
⑦ hoe geef je het zout een naam?
⑧ wat is het verschil tussen een zout, moleculaire stof en een metaal?
⏵ antwoorden
① ionbinding is de aantrekkingskracht tussen positieve en negatieve deeltjes. deze binding houdt de ionen bij
elkaar, zelfs zo sterk dat ze bij kamertemperatuur vast zijn.
② eigenschappen van het ionrooster
1. zijn dat de zouten niet vervormbaar zijn maar bros. dit is zo omdat als het ionrooster
verstoord wordt komen er ionen van dezelfde lading tegenover elkaar te liggen en stoten
elkaar af.
2. ook kunnen zouten geen elektrische stroom geleiden in vaste toestand omdat de ionen in
het ionrooster zich niet kunnen bewegen.
③ enkelvoudige ionen zijn ionen die maar uit één atoom bestaan. (bv Na+) samengestelde ionen
zijn ionen die bestaan uit twee atomen die zijn verbonden via een atoombinding.
④ ammoniumzouten zijn zouten die zijn opgebouwd uit niet-metaalatomen. deze zouten zijn bijzonder omdat ze
als een van de weinige positieve samengestelde ionen zijn.
⑤ een zout bestaat uit geladen deeltjes/ionen. een zout is op macroniveau wel neutraal omdat de
ionen zich in een bepaalde verhouding bevinden.
⑥ verhoudingsformule opstellen
1. formule opschrijven
2. kleinste verhouding bepalen
3. positieve en negatieve ionen opschrijven
⑦ naamgeving zouten
1. welke ionen zijn er
2. wat zijn de namen van de ionen
3. schrijf eerst het positieve ion op en daarna pas het negatieve ion
⑧ - een zout bestaat uit een metaal en een niet-metaal.
- een moleculaire stof bestaat uit alleen niet-metalen.
- een metaal bestaat uit metaalatomen.
⏵ paragraaf 2
① wat gebeurt er op microniveau als een zout oplost?
② hoe heet de binding die ontstaat tussen een ion en een watermolecuul?
③ wat zijn gehydrateerde ionen?
④ wat is indampen?
⑤ hoe schrijf je een oplossing en indamping op?
⑥ wat is er aan de hand als een zout niet goed oplost in water?
⑦ wat gebeurt er als het metaaloxiden reageert in water?
⏵ antwoorden
① als het zout oplost wordt het ionrooster/ionbindingen afgebroken
waardoor het zout in vrije ionen uit elkaar valt.
, ② de binding heet een ion-dipoolbinding en de ionen worden dan omringd door watermoleculen. de negatieve
kant van het watermolecuul zal zich naar een positief ion richten en de positieve kant naar een negatief ion.
③ dit zijn ionen die omringd/gehydrateerd zijn door watermoleculen.
④ bij indampen raken de ionen hun watermantel kwijt en rangschikken weer terug in het ionrooster.
dit is het omgekeerde proces van oplossen.
⑤ - oplossing: NaCl (s) → Na+ (aq) + Cl- (aq)
- indamping: Na+ (aq) + Cl- (aq) → NaCl (s)
⑥ als het zout slecht oplost in water zijn de ionbindingen sterker tussen de ionen dan de ion-dipoolbindingen met
watermoleculen.
⑦ als het metaaloxide reageert is er een reactie tussen het oxide-ion en een watermolecuul. bij deze reactie ontstaat
altijd natronloog/hydroxide-ionen. bv reactie: Na2O (s) + H2O (l) → 2 Na+ (aq) + 2 OH- (aq)
⏵ paragraaf 3
① wanneer is er sprake van kristal water?
② wat is een hydraat?
③ hoe noteer je een hydraat?
④ welke stof kan je gebruiken als reagens voor water?
⑤ wat is een dubbelzout en hoe ontstaat dit?
⑥ wat zijn bijzondere negatieve ionen?
⏵ antwoorden
① je hebt kristalwater als de watermoleculen zijn ingebouwd in het ionrooster.
② hydraat is een zout waarin kristalwater zich bevindt.
③ een hydraat is een zuivere stof een geen mengsel van een zout in water.
- notering: CaSO4・2 H2O
- notering: caliumsulfaatdihydraat
④ wit kopersulfaat want dat wordt blauw als het in contact komt met water. deze reactie wordt
veroorzaakt door de koper(II)ionen.
⑤ een dubbelzout is een zout dat drie of meer ionsoorten bevat. een dubbelzout ontstaat doordat de oplosbaarheid
van een dubbelzout vaak lager ligt dan die van de afzonderlijke zouten.
⑥ bijzondere negatieve ionen zijn metaalatoom die zich gedraagt als een niet-metaal. hij doet dit
door covalent te binden met zuurstof atomen. bv: MnO42-
⏵ paragraaf 4
① wat betekent de concentratie van een stof?
② wat betekent de molariteit?
③ hoe reken je de verdunningsfactor uit?
④ wat zijn de formules die je moet gebruiken bij chemisch rekenen?
⏵ antwoorden
① de concentratie is de hoeveelheid stof die is opgelost in een bepaalde hoeveelheid oplossing.
② de molariteit is de concentratie van een oplossing uitgedrukt in mol per liter.
③ de verdunningsfactor kan je op 2 manieren berekenen
- verdunningsfactor = cbegin : ceind
- verdunningsfactor = Veind : Vbegin
④
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper evavangarsel42. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.