Algemeen recht
HOOFDSTUK 1: ALGEMENE INLEIDING
I Wat is recht?
- Een geheel van gedragsregels en normen
- Die tot doel hebben het maatschappelijke leven te ordenen
- Die worden opgelegd door de overheid
- En die afdwingbaar zijn.
II Indeling van het recht?
Privaat recht en publiek recht
1. Privaatrecht = Regelt de verhoudingen tussen de burgers onderling (=Burgerlijk recht)
- Gerechtelijk privaatrecht: hoe is het gerechtelijk apparaat georganiseerd. Op welke wijze
worden de procedures voor de rechtbank gevoerd.
- Internationaal privaatrecht: welke rechte is bevoegd en welke rechtsregels moeten worden
toegepast als er een grensoverschrijdend probleem is.
2. Publiekrecht = Regelt de algemene belangen en heeft betrekking op de inrichting, de
werking en de onderlinge verhoudingen van de overheidsorganen en op de verhouding van
de overheid met de burgers.
- Staatsrecht: inrichting en de werking van de staat en de onderlinge verhoudingen van de
staat
- Administratief recht: werking van de overheidsinstanties, de manier waarop de burger zich
tot de overheid kan richten.
- Strafrecht: welke gedragingen zijn strafbaar en welke straf
- Strafprocesrecht: Op welke wijze kunnen misdrijven worden vastgesteld en hoe verloopt
de procedure om beklaagden te vervolgen
- Fiscaal recht: belastingen
3. Andere indelingen
Objectief & subjectief recht
- Objectief recht: de rechtsregels zelf
- Subjectieve recht: de aanspraken die een persoon kan laten gelden tov een ander. Is
gebaseerd op het objectieve recht
,Materieel en formeel recht:
- Materieel recht: regels die rechten toekennen en plichten opleggen
- Formele recht: hoe kan de naleving van het materiële recht gegarandeerd worden
(gerechtelijk privaatrecht)
III Bronnen van het recht
WETGEVING SENSU LATO
A. Internationale verdragen en beslissingen van supranationale organisaties
Wetgeving sensu lato = Het is de meest belangrijke bron van het recht is geworden. Het zijn
internationale gedragen en beslissingen van supernationale organisaties. Het zijn
organisaties die boven de staat staan.
Recht van de EU, het bestaat uit...
- Richtlijnen = Ze moeten verplicht worden opgenomen en verwerkt in de eigen wetgeving.
Er is een harmonisatie van de privacywetgeving in Europa.
- Verordeningen = Bevatten een algemene en volledige reglementering die van toepassing is
in alle lidstaten.
- Besluiten = Gericht op een concrete bestemmeling bijvoorbeeld een onderneming.
!! Er zijn meerdere verdragen tussen twee of meerdere staten bijvoorbeeld de Verenigde
Naties.
B. De grondwet
De meest fundamentele wet in een bepaalde staat. Het regelt de inrichting van ‘de macht’
en waarborgt de fundamentele rechten en vrijheden.
Deze grondwet is gesplitst in 3: Scheiding der machten
Niet 1 instelling mag beslissen over een bepaalde wet.
1. Wetgevende macht (= Parlement)
2. Uitvoerende macht (= Regering)
3. Rechterlijke macht (= Rechter)
Je moet een wijzigingsprocedure naleven dat heel strikt is om de grondwet te wijzigen.
- Ze kunnen wel een lijst opmaken met artikelen ‘die voor wijziging vatbaar zijn’
- Wij verkiezen niet rechtstreeks over de grondet, maar we verkiezen het parlement dar
erover kiest. (ontbinding parlement)
- 2/3 van de leden van elke kamer zijn aanwezig en 2/3 moet voor stemmen, anders kan de
grondwet niet gewijzigd worden.
C. Wetgeving sensu stricto
Ons parlement is gesplitst in 2, Kamer van Volksvertegenwoordigers en de senaat. Ze willen
de Senaan mogelijk schrappen omdat er veel nadelen en voordelen aan zijn.
,D. Decreten
Ze staan op hetzelfde niveau van met de Federale wet.
- Wetten die op het niveau van de Gewesten en de Gemeenschappen worden gestemd
noemen we niet wetten maar Decreten.
- Als we spreken over het Brussels Gewest noemen we dat geen decreten maar
ordonnanties
In België heb je dus 3 dezelfde wetgevingen dat op gelijke hoogte staan.
1. De wetten die gestemd worden door het Belgische parlement
2. Decreten die worden gestemd door het parlement van gewesten en gemeenschappen
3. Ordonnanties die gestemd worden door het Brussels gewest.
--> Ze hebben wel dezelfde rechtskracht als een federale wet.
E. Koninklijke Besluiten
= Besluiten die door de Koning (ministers) worden genomen en die nodig zijn om we wetten
uit te voeren. Deze besluiten moeten een wettelijke basis hebben en de wet zelf niet
schorsen of vrijstelling.
F. Besluiten van een gemeenschaps - of gewestregering
= Dit zijn de regionale koninklijke besluiten.
De rechtspraak
= een uitspraak van de rechter
• Een Rechter zal de wet moeten interpreteren om een concreet geschil op te lossen.
• Een rechterlijke beslissing is niet voor toepassing op iedereen. Als de rechter een
uitspraak doet dat dwingend is, moeten in principe alleen de partijen in het
geschil/geding luisteren.
• Echter, vaak hebben gerechtelijke beslissing gezag en beïnvloeden ze latere
beslissingen
• Rechter moet zijn beslissing motiveren zodat de partijen weten waarom de beslissing
genomen is en hij moet rechtspreken binnen een redelijke termijn ( meestal een
maand)
De rechtsleer
Mensen die wetenschappelijke publicaties maken over juridische topics. Ze schrijven dit op
internet of in boeken. Het wordt bestudeerd over de rechterlijke macht. Geheel van opinies
over het recht en de interpretatie ervan. Het is niet bindend, maar wel gezaghebbend, de
meeste rechters laten zich ook vaak leiden over wat de rechtsleer zegt over het recht.
, Gewoonte
“We hebben het altijd zo gedaan”. Een gevestigd gebruik dat in een samenleving algemeen
als bindend wordt beschouwd, zonder dat het zijn neerslag heeft gevonden in een of andere
wetgevende maatregel.
2 elementen:
- Algemeen geldende, openbare en herhaalde gedraging, als het niet openbaar is kan je er
geen gewoonte van maken, het moet ook jaren na elkaar zo gebeurd zijn eer dat het als een
gewoonte kan bestempeld worden.
- De partijen die de gewoonte doen moeten ook ervan overtuigd zijn dat deze gedraging
geldt als rechtsnorm.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Annedevoeght. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,49. Je zit daarna nergens aan vast.