Beginselen democratisch rechtsstaat – Aantekeningen
Week 1:
- Definitie staatsrecht: Regels over de organisatie van de overheid en fundamentele
normen over de verhouding met de overheid, grondrecht.
- In staatsrecht is de vraag: de rechter doet het, maar mag hij het ook?
- Functies van het staatsrecht:
o Constitueren:
De macht bij iemand neerleggen.
‘Het koningschap wordt erfelijk vervuld door wettige opvolgers
van Willem I’ Art. 24 Gw.
‘Er is een Raad voor de rechtspraak’ Art. 84 lid 1 Wet RO.
o Attribueren:
Toekennen van bevoegdheden.
‘Aan de rechterlijke macht is voorts opgedragen de berechting
van strafbare feiten’ Art. 113 lid 1 Gw.
‘De burgermeester kan een drugspand sluiten’ Art. 174a
GemW.
o Reguleren:
Uitoefeningen beperken, er een grens aan stellen.
‘Niemand kan lid van beide kamers zijn’ Art. 57 lid 1 Gw.
‘Niemand heeft voorafgaand verlof nodig om door de drukpers
gedachten of gevoelens te openbaren’ Art. 7 lid 1 Gw.
- Recept voor een staat:
o Neem een stukje grond, mag groot of klein zijn, als het maar duidelijke
grenzen heeft (territoir).
o Bevolk die met een gemeenschap die een zekere eenheid vormt (natie).
o Roep een staat uit en oefen effectief gezag uit over de gemeenschap (interne
soevereiniteit).
o Overleef een confrontatie met de buren (externe soevereiniteit).
o Wanneer dit lukt heb je een staat opgericht.
- Macht is feitelijk: de mogelijkheid om anderen te dwingen.
- Gezag is gelegitimeerde macht: macht die wordt geaccepteerd door degenen over
wie het wordt uitgeoefend.
- Rechtstaat en democratie zijn manieren om met zo min mogelijk macht zoveel
mogelijk gezag te krijgen. Dit doen we door macht te beperken met bevoegdheden.
Hierdoor accepteren wij het.
- Dwang is macht gebaseerd op angst.
- Materiele constitutie: hoe de constitutie daadwerkelijke inhoud krijgt.
- Formele constitutie: dat wat op papier staat.
- Bronnen en begrippen
o Grondwet.
o Statuut, hoe het koningshuis in elkaar zit.
o Organieke wetten, wetten met betrekking op de organisatie van de staat,
provincies.
o Algemene maatregelen van bestuur.
o Ongeschreven staatsrecht.
, o Reglementen van Orde.
o Conventies, wat je niet hoort te doen, maar niet wettelijk is vastgelegd.
- Hoe maak je van een staat een rechtsstaat?
o We hebben nu een grondwet die de koning beperkt, niet langer een grondwet
die de koning heeft gegeven en ook kan intrekken. Omdat de grondwet
bepaald dat wij een koning hebben, hebben wij een koning. Wij hebben geen
grondwet omdat de koning hem gaf. Dit maakt een rechtsstaat.
- Rechtstaat, wat is het?
o Legaliteit, alle bevoegdheden moeten worden gelegitimeerd door middel van
de grondwet.
o Machtenscheiding, de regels moeten worden toegepast door iemand die de
regels niet heeft bedacht.
o Grondrechten, die bepaalde dingen verbieden. Zodat de staat niet alles mag.
o Rechtsbescherming, je rechten kan je echt behalen.
- Trias politica:
o Scheiding in functies: staatsmacht verdelen, wetgeven, besturen en
rechtspreken.
o Scheiding in instituties: wetgever, bestuur, rechterlijke macht. Functies aan
instituties koppelen.
o Scheiding in personen: Kamerleden, ministers, rechters. Het is niet de
bedoeling dat één persoon meerdere machtsposities heeft.
De trias politica werkt, omdat verdachte motieven worden
geaccepteerd.
- We geven een beetje van onze vrijheid aan gezagsdragers die zorgen voor orde.
o Er kan machtsmisbruik ontstaan.
Om machtsmisbruik te voorkomen is er de trias politica (in deze trias
politica zit het staatsrecht):
Wetgevende macht wetgever, tweede/eerste kamer en
regering. (Burgerlijkrecht)
Uitvoerende macht
Rechterlijke macht rechters
- Wet in formele zin: moeten de procedure uit art. 81 GW hebben gevolgd. Vasstelling
moet gebeurd zijn door de regering en de Staten-Generaal.
- Wet in materiele zin: moeten kunnen gelden voor alle burgers en er moet een
herhaalde toepassing mogelijk zijn. Moet ook bevoegd zijn vastgesteld en een
externe werking hebben: het moet overal gelden. Ander woord is a.v.v.
o Wet in formele en in materiële zin overlappen met elkaar; Sommige wetten
zijn zowel een formele als materiële wet.
- Ministeriele regeling heeft geen vormvereisten tenzij het een a.v.v. is.
- Rangorde:
o Statuut
o Grondwet attributie (bevoegde geeft bevoegdheid vaak door, omdat het te
veel werk is voor 1 persoon, delegatie of je mag delegeren is te zien aan de
woorden: ‘regels’, ‘regelen’ en ‘bij of krachtens’).
o Wet in formele zin (w.i.f.z.).
o AMvB (algemene maatregel van bestuur) bij koninklijk besluit (regering).
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper gwangel. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,90. Je zit daarna nergens aan vast.