Heupartrose
Incidentie/prevalentie Natuurlijk beloop ACR criteria (Altman 1991); Diagnostiek
• Incidentie 2019 in de HA • Zeer heterogeen natuurlijk beloop • Pijn in de heup in combinatie Mate van pijn
praktijk: 1.3/1.000 mannen en • Langzaam progressief proces met de volgende kenmerken; • NPRS
2.1/1.000 vrouwen • Afwisselend: perioden van relatieve • Endorotatie heup <15gr Mate van functioneren
• Jaarprevalentie in 2019 in de HA stabiliteit, zonder veel symptomen met • Flexie heup <115gr • 6MWT (Bennel, Dobson, Hinman, 2011)
praktijk mannen 19,6/1.000 en perioden van meer klachten • Of • Test-hertest betrouwbaarheid: ICC 0.94 (95%CI 0.88-
vrouwen 33,4/1.000 • Leeftijd >50 jaar 0.98)
Prognostische factoren • Ochtendstijfheid van de • SEM: 26,9 meter (95% CI: 21.1-34.8)
o Waarvan 27% ongeveer
• Eerder gebruik NSAID’s (Teirlinck 2019) heup <60min • MDC: 61.3 meter
dat jaar contact gehad
• Comorbiditeiten (sterk) (Teirlinck 2019) • Pijn bij endorotatie heup • HOOS (Nilsdotter & Bremander, 2011)
heeft met de HA voor de • Interne consistentie (Cronbach’s alpha coefficient;
• Samengaande ochtendstijfheid vd • Endorotatie heup >15gr
heupartrose 0.82-0.98)
knie(Teirlinck 2019)
Bron; Nivel zorgregistraties • Roken heeft een beschermend effect op • Test-hertest reproduceerbaarheid: ICC: 0.75-0.97
het krijgen van een THP OR 0.7. • SEM: 3.71 (QOL subschaal) , 6.94 (Pijn subschaal) voor
coxartrose
• PSK
Stap 5; oefentherapie Stap 5; mobilisaties/manipulaties Stap 7; Is MT de beste zorg?
• Oefentherapie + educatie kan de • Manuele therapie bestaande uit rekken, • Systematic reviews tonen nog weinig bewijs voor manueel
noodzaak voor een THP verminderen tractie van de heup en tractie therapie voor heupartrose, mogelijk tgv weinig studies, welke
met 44% vergeleken met educatie manipulatie in de beperkte richting 2x ook nog erg heterogeen zijn, Wang (2015) maakt hierdoor
alleen bij een follow-up na 29 maanden p.w. voor 5 weken vergeleken met geen conclusie of MT effectief is.
(Svege 2013). pragmatische oefentherapie welke • Beumer (2015) toont in een meta analyse aan dat het best
bestond uit; spierfunctie, spierlengte, best beschikbare bewijs aantoont dat oefentherapie
gewricht mobiliteit, pijnvermindering en effectiever is dan minimale controle in pijn management op
loopfunctie met een thuisprogramma. korte termijn. Er zijn geen studies voor midden of lange
De MT groep verbeterde na 5 weken termijn.
beter dan de OT groep (81% vs 50%) op à Mechanistisch redeneren voor combinatie pijnvermindering
ervaren herstel, pijnvermindering (MD -7 middels MT icm met OT voor versterken heup lijkt de beste
(0-100) en Harris heup score (MD 9.7) optie. Het creeren van een better-in better-out situatie voor
(Hoeksma 2004) eventuele operatie.
Mechanistisch redeneren: liever gluteus
maximus trainen ivm medius ivm compressie
kop-kom.
HANDBOEK MMT AD MODUM SOMT | CHESLEY TEN OEVER | 421518 39