- Wat betekent de bewering: de theorie is ondergedetermineerd door de empirie?
o Er is altijd een empirisch tekort om een theorie volledig te funderen, hieruit volgt dat een theorie wellicht
ook beïnvloed wordt door niet-empirische factoren.
o Een theorie wordt niet alleen bepaald door waarnemingen, er zitten altijd vooronderstellingen en aannames
in die niet empirisch zijn.
- Rosenberg maakt elementen van de folk psychology expliciet bij het beschrijven van de algemene verklaring van
menselijk handelen in de sociale wetenschappen. Hoe luidt de algemene regel L die daaruit voortvloeit?
o Als persoon (x) uitkomst (b) wil en gelooft dat actie (a) een manier is om in die situatie (b) te bereiken, dan
doet (x) actie (a).
- Volgens welke redenering van Durkheim (nu nog vaak gebruikt in de sociale wetenschappen) bestaan er aparte
sociale feiten?
o Durkheim kon middels statistische analyse van data regelmatigheden blootleggen waardoor hij door sociale
indicatoren af te leiden empirisch sociale feiten vaststellen.
o Beredeneerd volgens het feitelijke argument gebaseerd op statistische karakteristieken na analyse, van
waaruit regelmatigheden naar voren kwamen (social indicators).
- Rosenberg stelt de vraag of in de sociale wetenschappen 'redenen' als 'oorzaken' kunnen werken. Waarom leidt het
antwoord op die vraag tot circulariteit?
o Omdat je de wensen en overtuigingen in [L] moet invullen, maar om de juiste wensen en overtuigingen te
weten moet je ook [L] toepassen, dat is circulair.
o Omdat om de actie te kunnen verklaren, moet je wensen en overtuigingen blootleggen, maar daarvoor moet
je dieper ingaan op andere overtuigingen en wensen, dat is circulair.
o Omdat je [L] zelf gebruikt om redenen te verklaren die de actie zouden moeten verklaren, je blijft dus
eindeloos doorgaan.
o Je hebt [L] nodig om de ware wensen en overtuigingen te interpreteren, en dan gebruik je [L] zelf om [L] te
begrijpen, dat is circulair.
- Noem drie voorwaarden waaronder volgens Rosenberg (die hierin Bicchieri volgt) een regel R een sociale regel is die
handelingen verklaart.
o A weet dat R een regel is die geldt in bepaalde situaties, 2) A wil of prefereert te conformeren aan R onder de
voorwaarde dat 3) A gelooft dat genoeg andere mensen zich ook conformeren aan R en A gelooft dat genoeg
andere mensen van A verwachten dat A zich conformeert aan R.
o (A) kent de regel, wil zich hieraan conformeren en heeft een wederzijdse verwachting dat hij en voldoende
anderen zich aan de regel houden.
- Geef het logisch-verband-argument waarom L (waarin wensen, overtuigingen en handelingen zijn verbonden) niet
een causaal verband beschrijft.
o Wensen, overtuigingen en acties zijn logisch verbonden, dus niet voorwaardelijk en niet contingent. En als
iets logisch verbonden is, kan het niet causaal zijn.
- Wat betekent het dat een handeling of overtuiging 'intentioneel' is?
o Het verandert louter gedrag naar een handeling met intentie, het heeft propositionele inhoud (in overtuiging
zit geloof) en is gericht op iets reëels.
- Volgens welke redenering waarin het prisoners dilemma een rol speelt, kan de conclusie getrokken worden dat
mensen neigen tot samenwerking (cooperation)?
o Bij herhaling van sociale dilemma’s is je keuze afhankelijk van de ander, hierdoor ontstaat afstemming en
evenwicht.
o Er wordt rekening gehouden met wat de ander beslist en daarop past men de eigen beslissing aan, dit heet tit
for tat.
, - Welk groot probleem brengt het functionalisme met zich mee en waarom is dit een probleem?
o Individualisten zien problemen in de holistische maatschappij benadering, men moet zich richten op
individueel gedrag en niet op latente functies van de samenleving.
o Er is een moreel bezwaar, want bij een holistische benadering worden de vrijheid en rechten van individuele
mensen bedreigd.
o Er is een methodologisch bezwaar, want je moet kiezen tussen de ame collective theorie of de evolutietheorie
om sociale instituties te verklaren.
o Een functionele verklaring is een verklaring van een oorzaak door het effect, maar als een functionele theorie
causaal is, dan kan je niet met effecten oorzaken verklaren.
o De organische opvatting van functionalisme maakt een algemeen principe noodzakelijk om te verklaren
waarom sociale instituties op elkaar afgestemd zijn.
- Hereditarians verwerpen het idee dat de omgeving, via voorbeeld, imitatie, leren, enz., beslissende invloed kan
hebben op de ontwikkeling van mentale en sociale verschijnselen. Noem drie van hun argumenten.
o 1) De omgeving kan niets aanreiken tenzij het samenwerkt met dat wat zit ingebakken in de genen van een
organisme.
o 2) De erfelijkheid bepaalt responses van een organisme naar een beperkt aantal uitkomsten.
o 3) De hersenen bestaan uit functioneel gespecialiseerde modulen (als product van de evolutie).
- Hoe luidt het deductief-nomologisch model? (in woorden, of in schema met korte toelichting)
o Je verklaart een situatie a.d.h.v. een wet, vanuit die deductie stel je hypothese op die getest kan worden, als
de uitkomst overeenkomt met de voorspelling, is ondersteuning voor een theorie gevonden.
o Van wetten (L1,L2,…,Ln) hypothese deduceren, die testen met empirische condities (C1,C2,…,Cm), als de
uitkomst overeenkomt, dus het verklaarde treedt op, is een theorie ondersteund.
- Noem twee consequenties van onderdeterminatie van een theorie door de empirie.
o 1) Een theorie kan ‘niet-betekenisvolle’ begrippen bevatten.
o 2) Je toetst de theorie waar je al op steunt.
o OF
o 1) De empiristische epistemologie houdt geen stand.
o 2) Men ging op zoek naar niet-empirisch waarneembare oorzaken.
o OF
o 1) Theorie niet alleen bepaald door waarneming, want empirie kan ook een andere theorie ondersteunen.
o 2) Theoretische keuzes worden ook beïnvloed door ‘niet-empirische’ factoren.
- Wat betekent het dat een bewering ‘intensioneel’ is?
o Intentionele beweringen zijn gevoelig voor substituties, als je een ander woord gebruikt kan de betekenis
veranderen, een bewering is intensioneel als hij gevoelig is voor die substitutie en betekenisverandering.
- Waarom zijn volgens behavioristen verklaringen waarin wensen (desires) en overtuigingen (beliefs) een rol spelen
teleologisch?
o Dergelijke verklaringen beschrijven oorzaken in termen van het effect, er zijn dus toekomstige staten nodig
om dingen uit het verleden te verklaren, dat kan niet causaal zijn, want de toekomst kan het verleden niet
veroorzaken.
o In intentionele verklaringen wordt gezocht naar doelen en redenen, maar ze beschrijven oorzaken in termen
van het effect, dat kan niet causaal zijn omdat de toekomst niet het verleden kan verklaren.
- Wat maakt een regel die gedrag begrijpelijk maakt een sociale regel?
o Het is een sociale regel als een persoon gelooft dat andere mensen zich er ook aan conformeren en dat die
andere mensen van die persoon verwachten dat hij/zij zich eraan conformeert.
- (Methodologisch) individualisten menen dat sociale feiten niet bestaan. Eén van hun argumenten is dat sociale feiten
niet waarneembaar zijn (en het gedrag van individuelen wel). Noem een argument tegen deze redenering van
(methodologisch) individualisten.
o Wetenschapper Durkheim kon bestaan van sociale feiten aantonen door in statistische analyse van data
regelmatigheden bloot te leggen waardoor hij empirisch sociale indicatoren kon waarnemen.