Onderwijskunde B1a
Boek: De kunst van reflectie
Deel I: De vijf bespiegelingen (pagina 14 t/m 45)
Hoofdstuk 1: Reflectie als schepping
Reflectie = het vermogen om over jezelf na te denken en je eigen denken, voelen,
willen en handelen nader kunnen beschouwen.
Door dit reflectieve vermogen is de mens tot op zekere hoogte in staat zichzelf te
overstijgen, je hebt het vermogen om (binnen bepaalde grenzen) te veranderen.
Reflectie kun je beschrijven als een creatief vermogen, mogelijkheid tot het scheppen
van iets nieuws.
Kenmerken van creatieve processen, vertaald naar reflectie:
Variatie in vorm: Mensen maken gebruik van verschillende
representatievormen om ervaringen, gedachten en gevoelens uit te drukken.
Afstemming vorm en inhoud: Het is belangrijk om de vorm van reflectie
zorgvuldig af te stemmen op de inhoud en de mogelijkheden van degene die
reflecteert. Zeggingskracht kan net zo belangrijk zijn als technische
vaardigheden.
Verwevenheid van voelen en denken: Het gevoel dat ‘het klopt’ kan een goede
graadmeter zijn voor een betekenisvolle reflectie. Gevoelens zijn belangrijke
signalen, ze moeten wel kritisch beschouwd en ondervraagd worden door het
denken.
Openstaan voor het onverwachte: Het is belangrijk om reflectie te zijn als een
reis waarin mogelijk iets te ontdekken valt. Voor onverwachte en verrassende
resultaten is het nodig om je mee te laten nemen door het proces zelf en dit
niet te veel te sturen naar de uitkomsten die je zelf verwacht of je graag zou
willen.
Opgaan in het proces: Het gaat niet alleen om het uiteindelijke resultaat. Het is
belangrijk dat je het belang ziet van reflectie en dat je bewust kiest voor
reflectievormen die bij je passen en die je uitdagen.
Reflectie is niet alleen een wezenlijk onderdeel van de professionele
ontwikkeling van leraren. Het is ook een essentieel vermogen dat verbonden is
aan persoonlijke ontwikkeling en groei.
Flow = het gevoel dat ervaren wordt wanneer alles goed gaat; een bijna
automatische, moeiteloze, maar uiterst geconcentreerde staat van bewustzijn. Niet
alleen weggelegd voor kunstenaars.
Hoofdstuk 2: Reflectie als scherpzinnig denken
Vorm van reflectie die erop gericht is om op een actieve wijze inzicht te krijgen en
structuur aan te brengen in datgene wat beschouwd wordt. Wordt gekenmerkt door
helderheid en scherpheid.
Reflectie als scherpzinnig denken wordt nadruk gelegd op kennis en ervaringen die
de lerende al heeft.
Persoonlijk interpretatiekader = bestaat uit eerder opgedane ervaringen, al
aanwezige kennis, houdingen, motieven, stemmingen, gevoelens, behoeften en deze
zullen de nieuwe kennis en ervaringen gaan kleuren. (subjectief concept)
Assimilatie = proces waarbij bestaande structuren zich uitbreiden of beter
georganiseerd worden. Je krijgt steeds meer kennis over een onderwerp en/of je krijgt
1
, er een steeds beter begrip van. Nieuwe kennis en ervaringen worden bewerkt om te
kunnen passen.
Accommodatie = aanpassen van persoonlijke interpretatiekader om nieuwe kennis
en ervaringen betekenis te kunnen geven. Gaat om nieuwe kennis en ervaringen die
haaks staan op onze bestaande schema’s, er zijn dan nieuwe interpretaties nodig.
Het gaat om fundamentele veranderingen, kan gepaard gaan met weerstand, maar
kan ook nieuwe werelden openen.
Reflectie in de zin van scherpzinnig denken wordt gezien als een bewuste poging om
de vorming van het persoonlijke referentiekader te beïnvloeden. Verschillende ideeën
om dit proces van bewuste beïnvloeding vorm te geven en te ondersteunen:
Kritische reflectie: Men onderzoekt de eigen opvattingen, ideeën, oordelen en
concepties en probeert deze te toetsen door ze te confronteren met de
opvattingen van anderen, met ervaringen in de praktijk of met bestaande
theorieën.
Systematische reflectie: Men probeert opgedane kennis en ervaringen op een
grondige en analytische wijze te doordenken. Het reflectieproces wordt
uiteengelegd in fasen die stapsgewijs doorlopen moeten worden.
Zo heeft het (spiraal)model van Korthagen
de reflectie op praktijkervaringen als
uitgangspunt. Zie afbeelding hiernaast.
Verschillende fasen van reflectie worden
benoemd en geordend en samen vormen
zij een cyclus die begint en eindigt met
een fase van handelen.
De gedachte achter het model is dat het continue doorlopen van de reflectiecyclus
steeds betere, geïntegreerde, doordachte en gestructureerde kennis oplevert. Het op
zo’n systematische en verdiepende wijze nadenken over praktijkervaringen is
volgens Korthagen een proces dat de meeste mensen moeten leren.
Hoofdstuk 3: Reflectie als ontdekken
Schemergebieden = gebieden waarin het niet altijd duidelijk is welke activiteiten
bewust gestuurd worden door ons (bewuste) zelf en welke als indrukken en
opbrengsten tot ons komen vanuit meer onbewuste lagen.
Deze gebieden liggen tussen het niveau van het autonome leren, de verwerking van
indrukken en ervaringen voltrekt zich hier op zelfstandige wijze, en het niveau van
reflectie als scherpzinnig denken, op dit niveau hebben we mogelijkheden om bewust
en actief in te werken op kennis en ervaringen.
Met betrekking tot de schemergebieden, de tussenliggende niveaus, kan reflectie
een meer passieve, beschouwende vorm aannemen. De nadruk ligt hier meer op
ontvankelijkheid en ontdekken.
Reflectie als ontdekken vraagt een zekere gevoeligheid en alertheid van je ten
aanzien van de processen die tot je komen in de vorm van gedachten, gevoelens,
intuïties, beelden en handelingsimpulsen, in plaats van dat je bewuste zelf deze
actief construeert. Door de beelden, gedachten en gevoelens met aandacht te
volgen, kun je meer zicht krijgen op de manieren waarop je iets ervaart of hoe je over
iets denkt.
2