Het marktaandeel geeft weer welk deel van de totale markt in de handen is van een
onderneming.
Marktaandeel van de afzet = afzet van een onderneming/ afzet van de totale markt X 100%
Marktaandeel van de omzet = omzet van de onderneming/ omzet van de totale markt X100%
Constante kosten zijn kosten die niet afhangen van de productieomvang. Het bedrijf heeft
deze kosten ook als ze geen enkele km rijdt.
Variabele kosten hangen af van de productieomvang.
De constante kosten en de variabele kosten samen zijn de totale kosten.
De totale winst is te berekenen door de totale opbrengst te verminderen met de totale
kosten.
TO = totale opbrengst = omzet
TK = totale kosten
TCK = totale constante kosten
TVK = totale variabele kosten
TW = totale winst
P= prijs
q = afzet = verkochte hoeveelheid
break – evenpunt is als de totale opbrengst precies gelijk is aan de totale kosten en dan is de
totale winst 0.
De omzet die hierbij hoort is de break – evenomzet.
Je kunt van de break – evenafzet ook een tabel/grafiek maken (2.7) maar je kunt ook gebruik
maken van vergelijkingen van de totale opbrengst en -kosten:
TO = TK
o TO = P x q
o TK = TVK + TCK
De break – evenafzet is de afzet waarbij het bedrijf quitte speelt.
GCK = gemiddelde constante kosten
GCK= TCK/q
GVK = gemiddelde variabele kosten
GVK= TVK/q
GTK = gemiddelde totale kosten
GTK= TK/q
GTK= GCK + GVK
Productiecapaciteit is de maximaal haalbare productie per jaar.
TO= P x q
Als de variabele kosten per product toenemen bij een hogere productie kun je niet meer
zeggen dat de winst maximaal is bij gebruik van de volledige productiecapaciteit. De gegeven
functie van de totale kosten verandert dan.
Marginale opbrengst (MO) geeft aan welk bedrag de ondernemer extra krijgt voor een extra
verkocht product. Stel de productie wordt verhoogt van 100 naar 101 stuks, hoeveel extra
opbrengsten?
Marginale kosten (MK) geven aan welk bedrag het de ondernemer extra kost om een extra
product te maken. Stel de productie wordt verhoogt van 100 naar 101 stuks, hoeveel extra
kosten?
, De maximale totale winst wordt behaald als de marginale opbrengst (MO) gelijk is aan de
marginale kosten (MK).
Wanneer MO > MK en beide blijven gelijk is er bij de productiecapaciteit sprake van
maximale winst (MO blijft bv. 10 euro en MK blijft 8 euro)
Wanneer de MK stijgen naarmate er meer geproduceerd wordt is er maximale winst
wanneer MO=MK (bv. Door inzet uitzendkrachten)
Met de marginale analyse kan de afzet worden bepaald waarbij de totale winst max. is.
Zolang een extra product meer oplevert dan het kost, zal de totale winst groter worden.
Micro (1 bedrijf):
o Kosten = de geldwaarde van de opgeofferde productiemiddelen
Variabele kosten= kosten die veranderen met de hoeveelheid
geproduceerde goederen. (vb. grond/hulpstoffen)
Constante kosten= kosten die op korte termijn vastliggen en onafhankelijk
zijn van de productieomvang. (vb. huur van een pand, afschrijvingskosten)
Twee doelstellingen die bedrijven kunnen nastreven:
o Maximale winst
TW =TO – TK
o Kostendekking
Hoofdstuk 3
Risico – aversie: mensen zijn afkerig van risico’s en wapenen zich hiertegen door een
verzekering af te sluiten.
Een verzekering is een overeenkomst tussen een verzekeraar en een verzekerde waarbij de
verzekerde een bedrag betaalt(premie) aan de verzekeraar, die in ruil hiervoor de garantie
geeft dat een schade aan de verzekerde wordt vergoed.
Premie/verzekeringspremie = het bedrag dat de verzekerde periodiek voor de verzekering
betaalt.
Premie = aantal verzekerden X kans op schade X gem. hoogte van de verwachte schade +
winst en/of kosten : aantal verzekerden
Geen winst en/of kosten : Premie = kans op schade X de gemiddelde hoogte van de
verwachte schade
Hoe groter de aversie tegen risico hoe eerder de consument een verzekering zal afsluiten.
De hoogte van de premie is gebaseerd op de kans dat er schade optreedt en op de hoogte
van de verwachte schade.
Een verzekeraar baseert zijn premie op het gemiddeld risico op schade binnen de groep
verzekerden, hij rekent ook nog voor administratiekosten en winstopslag.
Averechtse selectie = de slechte risico’s gaan zich verzekeren en de goede risico’s gaan de
schade zelf dragen.
Averechtse selectie bestrijden:
o Iedereen verplichten zich te verzekeren (overheid)(bv WA- verzekering auto)
o Premiedifferentiatie (bonus – malus)(bv. WA- verzekering auto, meer premie of meer
no-claim)
Collectieve dwang = door iedereen te verplichten om zich te verzekeren (hierdoor kan
averechtse selectie bestreden worden)
Een andere manier om averechtse selectie tegen te gaan is premiedifferentiatie. = moeten de
slechte risico’s meer premie betalen dan de goede risico’s.
Moreel wangedrag/moral hazard = het slechte gedrag dat een verzekerde vertoont nadat hij
z’n verzekering heeft afgesloten.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lgvrs. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,03. Je zit daarna nergens aan vast.