100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Begrippenlijst Economische Sociologie €10,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Begrippenlijst Economische Sociologie

 14 keer bekeken  0 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling

Begrippenlijst Economische Sociologie 2e bachelor Handelswetenschappen KU Leuven

Voorbeeld 3 van de 21  pagina's

  • 13 oktober 2022
  • 21
  • 2021/2022
  • Samenvatting
avatar-seller
Economische sociologie

H1: Sociologie als wetenschap

Anti- economisme Elke kritiek die zich verzet tegen de fundamenten van de
economische wetenschap
Socialisme Een politieke ideologie (gebaseerd op gelijkheid)
Verhaal Uitleg zoals het gebeurd zou kunnen zijn
Sociaal handelen Alles aan/met/tussen mensen, alle vormen van gedrag, alles wat
mensen doen
 elk handelen dat zinvol op anderen betrokken is
Gedrag Alles wat we doen: niezen, ademen, notities nemen, lopen
Menselijk gedrag De manier waarop mensen handelen als reactie op hun
omgeving en op anderen
Handelen Met een bedoeling of intentie
Markt Een institutie die vraag en aanbod wederzijds coördineert
Affectief handelen Dingen die je doet op basis van bepaalde gevoelens, emotioneel
gedrag
Doelrationeel handelen Doel bereiken tegen zo laag mogelijke kost, een bewuste afweging
tussen middelen die ingezet worden om gestelde doelen te
bereiken
Waarderationeel handelen Het gedrag dat gesteld wordt omwille van de waarde van het
gedrag zelf, onafhankelijk van het mogelijk effect ervan
Traditioneel handelen Gewoontegetrouw handelen, op automatische piloot
Rationeel handelen Er is een oorzakelijke relatie tussen een expliciete deliberatie
(overleg) en de handeling, minstens binnenin een individu, soms
ook tussen mensen
Sociaal feit Het sociale staat ook boven individuen, het gaat aan individuen
vooraf (objectief), mensen kunnen zich niet zomaar aan het sociale
onttrekken als ze dat willen (dwingend)
Collectief goed Goed waarvan iedereen samen kan genieten omdat consumptie
door de een niet ten koste gaat van de consumptie door de ander
Hypercollectief goed De waarde van een goed die toeneemt naargelang er meer
gebruikers zijn (de waarde van taal neemt toe)
Altruïstische zelfdoding Staat in verband met het redden van de eer, zelfopoffering
Anomische zelfdoding Het gevolg van een tekort aan regulering van menselijke noden en
verwachtingen, wanneer sociale integratie afneemt, in tijden van
maatschappelijke crisis
Anomie Regelloosheid
Organisatie Fenomenen die instrumenteel en met expliciet doel opgericht zijn
door identificeerbare oprichters
Sociaal systeem Min of meer autonoom onderdeel van de samenleving met eigen
regels die de relatie tussen personen en activiteiten regelen
 stukjes van de samenleving die onderling hun eigen regels
hebben, ze ontstaan spontaan
Samenleving Het geheel van sociale systemen
Sociale structuur Het geheel van posities en groeperingen die in de samenleving

, voorkomen, en de relaties die ertussen bestaan
Fysiognomiek Op basis van gezicht / mimiek voorspellen of mensen crimineel
gedrag kunnen stellen of niet
Positivistische ideologie De manier waarop sommige wetenschappers zich graag
presenteren aan de buitenwereld  de idee dat wetenschappers
niets anders dan feiten rapporteren
Reflexiviteit De idee dat elke vorm van wetenschappelijke activiteit ook een
relatie heeft met het wereldbeeld en de belangen van diegene die
de wetenschap beoefent
 de relatie tussen jezelf en het onderzoeksobject
Waardebetrokkenheid De onvermijdelijke invloed van waardeoordelen op de afbakening
van een wetenschappelijke probleemkeuze, op het gekozen
perspectief en de doelstellingen van het onderzoek
 je mag onderzoeken wat je wilt & voor de redenen die je wilt
Waardevrijheid In welke mate kunnen en mogen belangen, overtuigingen,
perspectieven en interesses een invloed hebben op de
wetenschappelijke arbeid?
Deductie Het afleiden van empirische uitspraken of voorspellingen uit
theorie
Inductie Het formuleren van een theoretische conclusie op basis van
empirische waarnemingen  door meting van de feiten
Methodologie Het geheel van regels dat de wijze regelt waarop de theorie
opgebouwd wordt, data verzameld en behandeld worden, en de
regels waaronder de relatie tussen beide kan leiden tot
verklaringen  regels over theorieontwikkeling, dataverzameling
& confrontatie, tussen theorie en empirie
Theorie Logisch opgebouwd, geen interne contradicties
(tegenstrijdigheden) & laat ondubbelzinnige uitspraken over de
werkelijkheid toe  consistent & toetsbaar
Empirie De data, representaties van een werkelijkheid die de basis vormen
voor de toetsing van op theorie gebaseerde voorspellingen of
verwachtingen  valide & betrouwbaar
Wetenschap De systematische en georganiseerde confrontatie tussen theorie
en empirie
Wetenschappelijke cyclus De voortdurende confrontatie tussen theorie, deductie, empirie en
inductie
Toetsingsdrempel = Falsifikationssperre = De tweede stelling maakt het mogelijk de
eerste nog te testen
Feedbackmechanisme = circulaire causaliteit = een verschijnsel B wordt veroorzaakt door A,
maar heeft tegelijk ook A als gevolg, zodat wederzijdse
veroorzaking ontstaat, die versterkend werkt
Judeocide = Holocaust
Tuindercultuur Net zoals een tuinier definieert een moderne samenleving wat op
welke plaats ‘past’, en handelt dienovereenkomstig
 tuinier bemint gras waar gras moet staan, maar niet in de
rozentuin
Bureaucratie Vormen van op duidelijke doelen gebouwde organisaties met een
doorgedreven arbeidsverdeling en hiërarchie en een rekrutering
op basis van competentie
Canon Geheel van belangrijke teksten die als referentiepunt voor een
domein gelden  verzameling werken en auteurs die beschouwd

, worden als bepalend voor een discipline of traditie
Middle range theories Theorie moet algemeen zijn, maar toch concreet genoeg om
specifieke hypothesen over de werkelijkheid af te leiden
Grand theory Universele verklaringen worden geponeerd die maar moeilijk
getoetst kunnen worden met fenomenen die we in de echte
wereld meten en observeren  universele verklaringen van alles
Gender Aspecten van identiteit, definities en regulering over seksuele
identiteit en maatschappelijke afspraken over onder meer mannen
en vrouwen
Sekse De idee dat de mensen een relatief duidelijk biologisch mannelijk
of vrouwelijk geslacht hebben
Homme moyen Quetelet zijn begrip van de gemiddelde mens
Normaalverdeling Deze veronderstelde dat meetfouten in de waarneming van
hemellichamen elkaar min of meer opheffen wanneer we over
voldoende metingen beschikken
Armoedelijn Een grens die geconstrueerd wordt door onderzoekers en
waarmee aangegeven wordt vanaf welke situatie iemand
beschouwd kan worden als arm
Diepte-interview Kwalitatieve vorm van interviews, vragen en structuur van de
interactie zijn vooraf veel minder strak vastgelegd
Gestandaardiseerde Kwantitatieve vorm van interviews, sterk gestructureerd, zodat
vragenlijst vragen en mogelijke antwoorden vooraf vastliggen
Interview = Vraaggesprek = interactie tussen een interviewer en een
respondent met als uitgesproken doel informatie van de laatste te
verzamelen over een bepaald onderwerp
Prevalentie Het aantal personen die iets doen of gebruiken, hoe vaak iets
voorkomt
Sociale rol Een sociaal gegeven antwoord op een gestandaardiseerde
verwachting, het geheel van verwachtingen gekoppeld aan een
bepaalde sociale positie, en bepaalt op die wijze de beschikbare
praktijken en strategieën
Rol van de zieke Heeft 4 kenmerken:
1. ‘normale’ verwachtingen zijn opgeschort
2. Schuldeloosheid
3. Plicht om ziekte als ongewenst te beschouwen
4. Plicht competente hulp te zoeken
Betekenisvolle andere Die mensen die een belangrijke rol spelen in onze dagelijkse levens
Looking glass self We bekijken onszelf als in een spiegel door de ogen van anderen,
onze identiteit is evenzeer afkomstig van onze sociale omgeving
Habitus De verbinding tussen het individu en sociale feiten
 persoonlijkheid die gevormd is door leerproces van de sociale
omgeving
Socialisatie Het leerproces dat individuen doormaken, waardoor ze zich
informatie, kennis en verwachtingen uit hun omgeving eigen
maken


H2: Cultuur

Cultuur Dingen in het menselijk leven die van hogere kwaliteit zijn, die iets

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lisannecallewaert. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 67096 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€10,49
  • (0)
  Kopen