Empirisme: conclusies baseren op systematische observaties. Gebruik van bewijs van
zintuigen (horen, ruiken) of instrumenten die deze zintuigen assisteren (thermometers,
surveys) als basis voor conclusies. Ze willen systematisch, ingrijpend en betrouwbaar
overkomen.
Producenten van onderzoek: kennis maken je leert hoe psychologen vragen stellen en
hoe ze denken over hun vak. Verdiepen in de wetenschap. (onderzoeker, observeren)
Consumenten van onderzoek informatie: lezen over onderzoek zodat je het kan toepassen
etc. Lezen met nieuwsgierigheid om het te begrijpen, ervan te leren en vragen stellen. Zo
krijg je onderzoeksmethode vaardigheden. (docenten, politie, entrepeneurs, coaches)
Bewijs-gebaseerde behandeling: door onderzoek ondersteund.
Hoe benaderen wetenschappers hun werk?
1. Als empiristen gedragen in hun onderzoek, systematische observatie vd wereld.
2. Theorieën testen door onderzoek en beoordelen deze theorieën dmz data uitslag.
3. Empiristische benadering naar beide toegepast onderzoek direct verband met
wereldproblemen en fundamenteel onderzoek algemene kennis toevoeging
4. Als ze een effect merken, gaan ze meer onderzoek doen om uit te vogelen waarom,
wanneer of voor wie dit effect geldt.
5. Publiceren hun werk naar journalen voor beoordeling en reageren op de mening van
andere wetenschappers om hun onderzoek te verbeteren. Ook om kennis te delen
met media die ook weer nieuwe informatie krijgen. Toevoeging p.17: een journaal
wordt collegiaal getoetst en kijken of hij betrouwbaar is om te kunnen publiceren.
Dit om ervoor te zorgen dat artikelen innovatief blijven en hun onderzoek goed
gedaan is.
In de theory-data-cyclus verzamelen wetenschappers data om hun theorieën te testen,
veranderen of updaten.
Cupboard theorie: moeder is veel waard voor een baby
door bron van eten.
Contact comfort theorie: moeder is veel waard om dat ze
daar op hun gemak voelen en contact met hun te maken.
Ze vertrouwen je.
Een theorie is een verzameling van beweringen die
algemene principes omschrijven over hoe variabels tot
elkaar relateren.
Een hypothese is een verwachting van een theorie als
deze ook accuraat is.
Data is een verzameling van observaties, dit kan de
theorie ondersteunen of juist afzwakken.
Kenmerken van goed wetenschappelijk onderzoek:
, - Goede theorieën zijn ondersteund door data: als een onderzoek door veel
hoeveelheden en afwisselend bewijs is ondersteund is hij ook meer valide.
- Goede theorieën zijn falsifieerbaar: een onderzoek moet leiden tot hypotheses die
de theorie juist afzwakken. Er moet dus ook een negatief effect mogelijk zijn vanuit
de theorie. Voorbeeld: theorie dat hoed overheids regie over de hersenen
vermindert. Als er geen bewijs is dat de overheid mensen gedachten kan lezen is dit
juist omdat ze dit niet willen en is de theorie ondersteund, maar ook als er wel
bewijs is. Hierdoor kan deze theorie nooit fout zijn en is dus niet falsifieerbaar.
- Goede theorieën hebben spaarzaamheid: Makkelijk te lezen en eenvoudiger te
begrijpen. Het moet niet complexer zijn dan nodig.
Belangrijk om te weten is dat een theorie niks bewijst. Soms ondersteunt data een theorie
maar geen bevinding kan een theorie bewijzen. Wetenschappers evalueren theorieën d.m.v.
het gewicht van het bewijs.
Toegepaste onderzoek is gedaan met een praktisch probleem met een real-world context.
Bvb: efficiëntie van een behandeling op een patiënt met depressie.
Fundamenteel onderzoek kan worden toegepast op verschillend soort onderzoek maar is
algemene kennis.
Translationeel onderzoek is het gebruik van lessen van fundamenteel onderzoek om
applicaties in de zorg, therapie of andere behandelingen te ontwikkelen en te testen. Bvb:
basis onderzoek naar biochemie van membranen kan getransleerd worden tot een nieuwe
drug voor depressie.
Journalisme is het soort nieuws of commentaar wat wij vooral op tv zien of in tijdschriften
lezen. Vaak worden artikelen gegeneraliseerd door journalisten zodat ze algemener of zelfs
clickbait worden. Publiceren van artikelen door journalisten wordt gebaseerd op en heeft als
effect:
- Is het verhaal belangrijk?
- Is het verhaal accuraat?
+ Publiek kan geïnformeerd worden over wat psychologen echt doen
+ Toepassen van deze informatie in hun leven
- Verkeerd worden opgevat door andere interpretatie
- Verkeerde informatie overgegeven aan andere bronnen
HOORCOLLEGE 1
Voornaamste doel van kwalitatief onderzoek:
- Sociale fenomenen te begrijpen vanuit hun natuurlijke context
- Empirische patronen te vinden (teksten, observaties van gedrag, interacties)
- Startpunt kunnen zijn voor theorievorming
Contextuele benadering en natuurlijke omgeving is erg belangrijk bij kwalitatief onderzoek.
- Onderzoeker is geïnteresseerd in de natuurlijke omgeving vd respondent
- Onderzoeker heeft contextuele benadering
- Perspectief vd respondenten staat centraal
, - Via specifieke observaties probeert de onderzoeker: de sociale werkelijkheid te
omschrijven in al haar diversiteit EN naar algemeenheden te zoeker die nieuwe
theorieën vormen of bestaande theorieën aanpassen inductie.
Kwalitatief interview:
Gesprek waarin de interviewer vragen stelt aan de geïnterviewde (informant, heeft
helicopterview, of respondent, spreekt uit eigen ervaring) over:
- Ideeën
- Motieven
- Ervaringen
Met betrekking tot een sociaal fenomeen.
Definitie interview: vorm kan gesprek in wie een persoon zichzelf beperkt tot het stellen
van vragen betreffende gedrag, ideeën, houdingen en ervaringen m.b.t. sociale fenomenen.
De onderzoeker is nadrukkelijk aanwezig bij de dataverzameling en heeft mogelijk invloed
op het afloop van het gesprek (participant?).
- Ongestructureerd: hangt af van verloop en context van het interview
- Semigestructureerd: wel topiclijst, bovenstaande aspecten hangen af van context
van het interview
- Gestructureerd: deze aspecten worden vooraf vastgelegd door de interviewer
(survey) meer kwantitatief onderzoek
Steekproef: deel van populatie dat wordt onderzocht en daarop wordt de conclusies op
gebaseerd terwijl de uitspraken worden gedaan over dat sociale fenomeen over de hele
populatie moeten gelden.
-Doelgericht: Wil van al die specifieke personen een duidelijk beeld hebben. Onderzoeker
gaat opzoek naar een zo breed mogelijke scala aan ervaringen sample for range
Focusgroep:
Groepsgesprek waarbij een aantal mensen bij elkaar worden geïnterviewd. Hierin zit een
moderator. Ook gebruikt in market en politiek onderzoek.
- Vragen stellen van de onderzoeker
- Zorgen dat het gesprek niet te veel afdwaalt (gestructureerd)
- Iedereen is even waardevol
1. Focus groepen zijn bedoeld om interactie vast te leggen, dat mensen vragen gaan
stellen aan anderen.
2. Nauwkeurigere focus op onderwerp, discussie van specifieke situaties of
onderwerpen in grote detail ipv een variëteit aan onderwerpen te bespreken.
- Bemonstering van focus groep
Principe van homogeniteit is dat constateert dat je mensen van vergelijkbare sociale
statussen of achtergronden samen moet toevoegen bij de constructie van een focus
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper fleurn1. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.