Psychische problemen en opvoeding (PPO) Aantekeningen en literatuur 2022
Hoorcollege 1
Introducti e
Introductie cursus
Opzet PPO:
14 live hoorcolleges
Zelfstudie literatuur
12 casusopdrachten
Tentamen (100%):
o Bestaat enkel uit open vragen (zoals casusopdrachten)
o Over elk probleem één casus en één over transdiagnostische factoren.
o Toepassingsvragen (bijv. welke behandeling zou je adviseren en waarom?)
o Analyse
Voorafgaand aan colleges stel je vragen via Canvas/ like je vragen van medestudenten.
Waarover ga je dit college leren?
Evidence based en protocollair werken
Behandelingen
De rol van ouders
Transdiagnostische factoren
Leerdoel van PPO kan worden samengevat in deze afbeelding:
Aansluiting vanuit de Bachelor/Premaster op de Master:
Psychopathologie (Ba)
→ Criteria, prevalentie, etiologie, gangbare behandelingen
Psychotherapeutische stromingen (Ba)
→ Mensbeeld, theoretische principes en behandeltechnieken
Diagnostiek, PV3 (Ba)
→ Diagnostisch proces
DB1 en DB2 (Ma)
→ Diagnostiek en behandeling
scriptie en stage (Ma)
→ Bewijs etiologie en behandelingen
,Psychische problemen en opvoeding (PPO) Aantekeningen en literatuur 2022
Evidence based en protocollair werken:
De classificatie in de DSM5 maken het mogelijk om evidence based te werken. De DSM5 is ontstaan
door de link tussen theorie, onderzoek en de praktijk. Het was nodig om een gemeenschappelijke
taal vast te leggen. De DSM is geschikt voor onderkennende/classificerende diagnoses en is handig
voor protocollair werken. Dit is niet altijd nodig voor behandeling in de JGZ. De vraag is: heb je het
überhaupt nodig?
Evidence based hulpverlening:
Wat werkt, waarvoor en bij wie? Doormiddel van Meta-analyses en Randomized controlled trials
(RCT) kan iets worden gezegd over de effectiviteit van behandelingen.
Protocollaire behandelingen
Specifieke interventies volgens een bepaald protocol. Dit geeft
hulpverleners een duidelijk handvat. Ook voor kinderen/ouders een
duidelijk plan. Effectieve protocollaire behandelingen staan in de NJI
databank (https://www.nji.nl/interventies).
Soorten behandelingen/stromingen
Gedragstherapie
Cognitieve (gedrags-) therapie
Clientgericht en oplossingsgerichte therapie
Psychoanalyse
Systeemtherapie
Binnen die stromingen zijn er verschillende protocollaire behandelingen.
Voorbeeld: Cognitieve gedragstherapie
Theoretisch principe = beïnvloeden van gedrag en gevoelens via gedachten
Veelgebruikte behandeltechnieken CGT
o Cognitieve herstructurering
o Exposure en experimenten
o Zelfinstructietraining en Hardopdenken
o Probleemoplossend denken
o Zelfcontrole
o Psycho-educatie
o Terugval preventie
Evidence based en protocollaire behandelingen/interventies:
o Angst: D+D=D, fun friends
o Depressie: Pak aan
o Slaap: ICGT
Bij het zoeken naar een behandeling voor een probleem vraag je je af:
Welke soort behandelingen/stromingen zijn er?
o Theoretisch principe van de behandeling
o Welke technieken zijn er binnen die stroming?
Welke specifieke interventies zijn er per stroming?
o Welke zijn evidence-based? Welke protocollair?
o Wat is het verschil en de overlap tussen de interventies?
Ook belangrijk: verschillen herkennen in zelfde soort behandeling voor verschillende problemen.
,Psychische problemen en opvoeding (PPO) Aantekeningen en literatuur 2022
De rol van de ouder(s)
Etiologie én in stand houden problemen
Etiologie = leer van de oorzaken
Welke factoren spelen (mogelijk) een rol bij het ontstaan of in stand houden?
Begrijpen van de risico- en beschermende factoren
Verandering in mogelijk?
Focus op opvoeding/ouders
Waarom?
Contexten van ontwikkeling
Bio-ecologisch systeemtheorie van Bronfenbrenner
Veel factoren spelen een rol in de ontwikkeling van kinderen. Zo
ook de ouder(s). Het systeem rondom een kind is veranderbaar.
Transactioneel kader: wisselwerking en afstemmen (HGD/HGW)
Etiologie: rol ouders
Welke rol spelen ouders mogelijk bij ontstaan van
problemen?
Welke rol spelen ouders bij in stand houden van problemen?
→ geeft richting aan diagnostiek en behandeling
Belangrijk: Verschillen en overeenkomsten tussen problemen?
Rol ouders bij behandeling?
Bij sommige behandelingen of interventies is bewijs dat deze effectiever of juist minder effectief is
wanneer ouders betrokken zijn. Hierin speelt leeftijd van het kind een rol. In de praktijk worden
ouders bijna altijd betrokken als het kind jonger is dan 12 jaar.
Genderstereotypering
Verschillen in problemen en behandeling (bijv. Bernard & Bekker, 2015; Mens-Verhulst &
Bekker, 2005).
Ook bij jongeren
In de klinische praktijk wordt deze kennis niet altijd gebruikt
Alliantie gender en ggz: https://www.youtube.com/watch?v=hc4xNCIIweE&t=18s
https://www.womeninc.nl/cases/alliantie-gender-ggz
Wees je bewust van je eigen stereotypen, stereotype gedrag, mogelijke verschillen in prevalentie,
seksespecifieke uitingsvormen en manier van presenteren, dat onderliggende mechanismen wellicht
verschillen, dat behandeleffectiviteit mogelijk anders is etc. Het kan, maar hoeft niet…
Maar wat als…
De hulpvraag wijzigt
Er comorbide problemen zijn
Er andere complexe onderliggende problemen spelen
Hulpvraag verklarend of handelingsgericht is
Er een mismatch met de cliënt is
Symptomen subklinisch zijn
Behandeling niet werkt etc…
, Psychische problemen en opvoeding (PPO) Aantekeningen en literatuur 2022
Transdiagnostisch werken
Dimensioneel
Diagnose overstijgend
Gemeenschappelijke factoren als verklaring
Op inzetten in behandeling
Cliënt specifiek
Steeds meer onderzoek
Combinatie?
‘’ Een transdiagnostisch perspectief is een visie op psychopathologie waarbij ervan wordt uitgegaan
dat dezelfde onderliggende mechanismen kunnen leiden tot verschillende stoornissen of deze
stoornissen in stand houden. Hiermee kan de gelijktijdige of opvolgende comorbiditeit verklaard
worden. Je hebt vast weleens gemerkt dat mensen met uiteenlopende problematiek dezelfde thema’s
noemen die een rol spelen in de problematiek, zoals een negatief zelfbeeld of in beslag genomen zijn
door problemen (piekeren). Die thema’s zijn niet gebonden aan één specifieke stoornis.’’
Transdiagnostische factoren kunnen verwijzen naar:
gelijke symptomen bij verschillende stoornissen, zoals angstgevoelens en slaapproblemen bij
depressie, psychotische stoornissen en angststoornissen;
gelijke gedragingen bij verschillende stoornissen, zoals verslavingsgedrag, vermijdingsgedrag,
het gebruik van veiligheidssignalen en dwangmatige handelingen;
gelijke copingstrategieën bij verschillende stoornissen, zoals piekeren en experiëntiële
vermijding, dat wil zeggen het vermijden van of verzet tegen emotionele ervaringen
gelijke psychologische factoren, zoals de aanwezigheid van een negatief zelfbeeld, aandacht
en geheugen, perfectionisme en motivationele problemen, bij verschillende stoornissen;
onderliggende overeenkomstige neurobiologische factoren, zoals een verminderd
functioneren van de prefrontale cortex bij angststoornissen, depressie en psychotische
stoornissen. of een verhoogde activiteit van de amygdalae bij angststoornissen en depressie.
gelijke behandelinterventies die aanslaan bij verschillende stoornissen, zoals een ssri bij
angststoornissen en depressieve stoornis, exposure bij verschillende angststoornissen en
mindfulness bij angststoornissen, verslaving, depressie en psychotische stoornissen;
universele beschermende factoren, zoals resilience ofwel mentale veerkracht.
Samengevat: Per probleem leren
over….
1. Herkennen klachten en klinisch beeld
2. Etiologie: ontstaan en in stand houden en wat is
de rol van ouders?
3. Behandelingen
a. Soorten behandelingen
b. Specifieke interventies (Evidence-
based? Protocol?)
c. Effectiviteit (soort en specifieke)
behandelingen = behandeladvies
d. Inhoud behandelingen: werkzame principes en behandeltechnieken en opdrachten
4. Rol ouders bij behandeling (effectiviteit, waarom en hoe)
5. Sekseverschillen
6. Transdiagnostische factoren in etiologie en behandeling