Dit is een samenvatting van alle hoorcolleges van het vak Wetgeving. Er wordt duidelijk uitgelegd wat je moet weten voor het tentamen. De thuiswerkopdrachten zijn ertussendoor verwerkt, zodat deze samenvatting een perfecte voorbereiding is op het tentamen!
Hoorcollege 1: Inleiding. Wetgevingsleer. Wetgeven in een democratische rechtsstaat
Wie zijn gebonden aan de Ar?
Formeel: de ministers en hun ondergeschikte ambtenaren, dus externen (TK, EK, Advisering
RvS zijn er niet aan gebonden)
Materieel: het is geen algemeen verbindend voorschrift, dus binden niet in die zin dat als ze
niet worden nageleefd, dat het resultaat onrechtmatig is.
Legaliteitsvereiste
De eis dat overheidsoptreden een wettelijke grondslag behoeft die is terug te voeren op de wet
of de Grondwet
Methadonbrief-arrest I (arrest over legaliteitsvereiste)
Het speelde in de jaren 80 van de vorige eeuw toen er in Nederland en de grote steden een
drugsprobleem bestond. Er waren talloze drugsverslaafden die op straat hun drugs kochten,
vooral heroïne. Dat werd steeds duurder. Op een gegeven moment was het onbetaalbaar en
moesten ze stelen. Dat leverde ellende op en voor de gezondheid ook. De GG&GD heeft het
Methadonprogramma bedacht. Dat hield in dat drugsverslaafden zich konden melden
bij de GGD en die kregen methadon verstrekt. De gedachte was dat er methadonbussen
kwamen. Ze kregen methadon en hoefde geen heroïne te gebruiken. Dat had voordelen: het
was schoner, de GGD kon drugsverslaafden monitoren en het was een manier om het af te
bouwen.
In Groningen was een huisarts, meneer Rauwerda. Deze man had drugsverslaafden in zijn
praktijk. Hij verstrekte recepten voor methadon aan die verslaafden. Zij meldden zich niet bij
de GGD. Dat vond de inspectie niet een goed plan, want zij hadden een heel programma
lopen. De huisarts ging er nu doorheen fietsen met zijn eigen aanpak. De inspectie heeft een
brief gestuurd aan alle apothekers in de regio met: als iemand komt met een recept voor
methadon van de dokter Rauwerda, wil dat dan niet honoreren, maar die verslaafden
doorsturen naar de GGD. Daar ging Rauwerda tegen procederen. Hij vond dat hij zijn eigen
recht had om zijn patiënten zo te behandelen binnen de grenzen van het medisch tuchtrecht en
de gezondheidswetgeving. De apothekers gingen het ook doen. Ze gingen de recepten niet
meer honoreren en stuurden de verslaafden door naar de GGD.
Dat kwam bij de HR en die zegt in r.o. 3.3:
De inspecteur heeft dus proberen in te grijpen in de praktijk van die huisarts.
En dan komt het verderop in r.o. 3.3:
, Samenvatting hoorcolleges – Wetgeving
Die onrechtmatige daad wordt de staat toegerekend, want de inspecteur is een orgaan van de
staat.
De kern van dit arrest is dus: die inbreuk op de vrijheid van Rauwerda om zijn praktijk naar
eigen inzicht uit te oefenen.
Uit dit arrest wordt afgeleid: overheidshandelen dat inbreuk maakt op rechten en
vrijheden van burgers, moet een grondslag hebben in een wettelijk voorschrift, dat weer
te herleiden moet zijn tot een wet in formele zin = legaliteitsvereiste.
dit is de minimumnorm. De wetsfiguur dient achterliggende waarden. In democratisch-
rechtsstatelijk perspectief gaat het ook om optimaliseren van de achterliggende waarden:
democratie, rechtszekerheid en rechtsgelijkheid.
Grondslagproblemen
Dit zijn juridische problemen die samenhangen met het feit dat er geen of geen adequate
wettelijke grondslag voor de betrokken handeling is.
Voorbeelden:
1. Geen grondslag in de wet terwijl de wet ingrijpt in rechten en vrijheden van de burger
(Methadonbriefarrest)
Specifieke aspecten:
a. Terugwerkende kracht (materiele rechtszekerheidsbeginsel);
b. Het strafrechtelijk legaliteitsvereiste (art. 1 Sr).
Wel een grondslag, maar geen adequate grondslag
1. In wetgevingsland wordt ook wel de term primaat van de wetgever gebruikt. Dit
houdt in dat we het wenselijk vinden dat de wet in formele zin de hoofdelementen van
het overheidsoptreden normeert: dus de belangrijkste rechten en verplichtingen van
burgers en de belangrijkste bevoegdheden van de overheid, moeten in de wet in
formele zin staan. Lagere regels mogen daar alleen uitwerking aan geven.
dit wordt niet door de rechter als zodanig toegepast (Fluorideringsarrest)
Het primaat van de wetgever is uit een oogpunt van wetgevingskwaliteit heel belangrijk, maar
niet een regel van geldend recht en dus ook niet van legaliteitsvereiste.
2. De grondwettelijke delegatieterminologie
- Bij de wet: de wet in formele zin;
- Bij of krachtens: dan mag je ook doordelegeren;
- Vorm van het woord ‘regelen’.
, Samenvatting hoorcolleges – Wetgeving
als er een verkeerde delegatieterminologie wordt gebruikt, wordt dat afgekeurd door de
rechter.
3. Geen/onvoldoende delegatiegrondslag (strijd met de wet)
- Als er meer wordt geregeld dan wordt toegestaan: ‘bij amvb kunnen regels worden
gesteld over katten’, en er dan ook over honden wordt gereguleerd;
- Als nadere regels worden doorgedelegeerd, als dat niet toegestaan is: als er dus staat
‘bij amvb’ in plaats van ‘bij of krachtens amvb’.
4. Bestuursorgaan heeft een wettelijke grondslag, maar gaat die te buiten
Dit is het overschrijden van de boven- of ondergrens.
5. Bestuursorgaan delegeert de bevoegdheid zonder dat daartoe een grondslag
bestaat
6. Bestuursorgaan mandateert de bevoegdheid in strijd met de daarvoor geldende
regels
Normenhiërarchie
Europees Unie (EU-)recht en (ander) internationaal recht
Grondwet
Wet in formele zin
Algemene maatregel van bestuur
Klein koninklijk besluit
Ministeriele regeling
Regelingen van openbare lichamen of zelfstandige bestuursorganen
De Visserijwet ziet op een speciaal soort dieren: vissen. De ministeriele regeling is hier
gebaseerd op een lex specialis, namelijk een wet over vissen. Die gaat dus voor de amvb die
op algemene wet is gebaseerd, namelijk de wet over dieren. Je moet dus opletten of je niet
in een lex specialis verhouding zit, want dan kan de normenhiërarchie worden
doorbroken.
Kwaliteitseisen voor wetgeving
Er zijn twee soorten kwaliteitseisen: de eis van positief recht en de voorpositieve beginselen
van de democratische rechtsstaat. Iets kan in strijd zijn met de voorpositieve beginselen van
de democratische rechtsstaat, maar het kan zijn dat de rechter dat laat gaan, wanneer er echt
sprake is van crisis. Is iets in strijd met positief recht, zal het altijd onderuit gaan bij de rechter
en sta je steviger in je schoenen.
a. Adequate grondslag: wetgeving behoeft een adequate grondslag (art. 81 Gw)
Dit is een eis van positief recht + een eis van voorpositief beginsel van de democratische
rechtsstaat.
In strijd met positief recht: legaliteitsvereiste
- Geen grondslag; of
- Geen adequate grondslag:
o Hoofdelementen in de wet (Fluorideringsarrest, maar wordt zelden probleem
van gemaakt);
o Grondwettelijke delegatieterminologie;
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ffkruijt. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €24,99. Je zit daarna nergens aan vast.