1. De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van
massaorganisatie
Propaganda is het beïnvloeden van de mening van een grote groep mensen om aanhangers
te winnen voor bepaalde ideeën.
Propaganda in twee richtingen:
Positief benadrukken van eigen kracht
Negatief benadrukken van de zwakte van de tegenstanders
Zeker in de 20e eeuw wordt er veel gebruik gemaakt van propaganda omdat er nieuwe
communicatiemiddelen komen radio en film
Zo hebben ze nog meer manieren om mensen te beïnvloeden.
Totalitaire systemen proberen de mening van de bevolking ook te beïnvloeden door de
oprichting van massaorganisaties hier moest je lid van worden
2. Het in praktijk brengen van de totalitaire ideologieën communisme
en fascisme/nationaalsocialisme
Totalitair is het politiek systeem dat een totale controle van de maatschappij nastreeft,
inclusief het denken en voelen van alle mensen totalitaire staat is met één partij met één
sterke leider
Je moest mensen dus overtuigen dat zij de manier van besturen goed vindt, dit doe je door
propaganda/censuur en je kunt mensen onderdrukken (bedreigen)
Ideologieën is een geheel opvatting over de maatschappij
Communisme is een politieke stroming met als voornaamste streven gelijkwaardigheid en
gemeenschappelijk bezit.
Kapitalisme socialisme communisme en dan is er geen overheid meer en willen ze
naar een klasseloze samenleving met gemeenschappelijk bezit van productiemiddelen
Communisme in de Sovjet-Unie:
Lenin 1917-1924
Stalin 1928-1953
Staatsgeleide economie, propaganda, censuur en onderdrukking
Geen individuele vrijheid maar de staat bepaalde!
Nationaalsocialisme is een politieke stroming die een combinatie vormt van het fascisme en
het antisemitisme
Hitler 1933-1945
Fascisme extreem nationalistisch en totalitair
Doel van Hitler lebensraum ruimte voor het Duitse volk
Ook Hitler had propaganda, censuur en onderdrukking
3. De crisis van het wereldkapitalisme
24 oktober 1929: Zwarte donderdag
Dit leidde tot een wereldwijde economische crisis die gehele jaren ’30 blijft duren.
Oorzaken:
, Economie
1. Overproductie in landbouw en industrie
2. Beurskrach, waardoor de aandelenkoersen beginnen te dalen
Cultuur
1. Optimisme over de economie ‘leef nu, betaal later’
Politiek
1. Weinig toezicht
De jaren 1920 was een tijd van optimisme, bloeiend kapitalisme en een groeiende
wereldeconomie, maar in oktober 1929 ontstond in de VS een economische crisis, namelijk
de beurscrisis.
Door de internationale economische banden liep deze in veel landen uit op een langdurige
en diepe depressie met massale werkloosheid en armoede. In een aantal landen reageerden
regeringen op de crisis door te bezuinigen op hun uitgaven. Andere regeringen bestreden de
crisis door in te grijpen in de economie.
Reacties van de Amerikaanse regering:
Hoover (1929-1933) niet ingrijpen in de economie en vasthouden aan de gouden
standaard
Roosevelt (1933-1945) de crisis gaat niet vanzelf over, actief ingrijpen in de
economie: New Deal
4. Het voeren van twee wereldoorlogen
WOI (1914-1919):
Oorzaken hiervan waren het nationalisme, militarisme en de wapenwedloop
Door de langdurige loopgravenoorlog en het gebruik van moderne wapens kwamen negen
miljoen soldaten om.
WOII (1939-1945):
Oorzaak hiervan was de Vrede van Versailles ongedaan maken bij de Vrede van
Versailles werd Duitsland zwaar gestraft, het verloor grondgebied en al zijn kolonies en
kreeg hoge herstelbetalingen opgelegd
1945: Duitsland verslagen door VS, GB en SU
5. Racisme en discriminatie die leidden tot genocide, in het bijzonder op de joden
Racisme is een opvatting waarbij de wereldbevolking is opgedeeld in rassen, waarbij het ene
ras beter is dan het andere ras.
Discriminatie is onderscheid maken tussen mensen met de bedoeling een bepaalde groep
achter te stellen
Genocide is een geplande volkerenmoord.
Vanaf 1933 was Hitler de Duitse regeringsleider:
Er komt een toename van geweld door de SA
En een toename van anti-Joodse wetgeving
1935: Neurenberger wetten bloedwet, burgerwet
Vanaf 1939: Europese joden worden gevangengezet of vermoord door de Nazi’s, mochten
op bepaalde plekken niet meer komen en moesten een Jodenster dragen.
1942: Wannsee-conferentie hier wordt de beslissing genomen over de Joden namelijk
de deportatie van de joden naar concentratiekampen een voorbeeld van genocide
6. De Duitse bezetting van Nederland
De Duitse bezetting, 1949-1945:
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper JuulTurling. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,44. Je zit daarna nergens aan vast.