Thema 1 Omgevingsinvloeden
Thema 1.1 Omgeving in relatie tot gezondheid
Leren:
Boekhout, J., Nijkamp, M., & Vollink, T. (2018). Samengesteld artikel Open
Universiteit: Health Behavior: Interaction between individual and
environment
Bekijken:
Interview met Prof. dr. Emely de Vet
Omvat een gezonde leefomgeving meer dan alleen een omgeving die als
fysiek gezond te bestempelen is? Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en
Milieu (RIVM) hanteert een brede definitie van een gezonde leefomgeving: Een
gezonde leefomgeving is een leefomgeving die als prettig wordt ervaren, die
uitnodigt tot gezond gedrag en waar de druk op de gezondheid zo laag mogelijk
is.
Meer concreet is een gezonde leefomgeving een leefomgeving die
schoon en veilig is
uitnodigt tot bewegen, spelen en sporten
fietsen, wandelen en OV-gebruik stimuleert en zorgt voor goede
bereikbaarheid
ervoor zorgt dat mensen elkaar kunnen ontmoeten
rekening houdt met de behoeften van de (toekomstige) bewoners en
specifieke bevolkingsgroepen (kinderen, ouderen, chronisch zieken,
gehandicapten, lagere inkomensgroepen)
een goede milieukwaliteit (geluid, lucht, bodem, externe veiligheid) heeft
voldoende groen, natuur en water en aandacht voor klimaatadaptatie
heeft
gezonde en duurzame woningen heeft
een aantrekkelijke en gevarieerde openbare ruimte heeft
een gevarieerd aanbod aan voorzieningen (bijvoorbeeld woningen,
scholen, winkels, cultuur, bedrijven, openbaar vervoersvoorzieningen,
sport) heeft.
Het heeft dus zowel betrekking op de fysieke als op de sociale omgeving.
,Het RIVM heeft een conceptueel kader opgesteld voor
leefomgevingskwaliteit dat het uitgangspunt vormt voor het denken over
gezonde leefomgeving.
De beleving van bewoners kan echter nog wel eens verschillen van de
situatie zoals vastgesteld op basis van de meetgegevens.
Leg dit uit op basis van het conceptueel kader dat het RIVM voorstelt op de
website: De kwaliteit van de leefomgeving is één van de factoren die onze
kwaliteit van leven bepaalt en wordt bepaald door ruimtelijke, fysieke en sociale
omgevingsfactoren. Naast meetbare (objectieve) kenmerken, zoals het aantal
decibel aan geluid of de afstand tot groen in de wijk, zijn ook oordelen of
percepties van mensen van belang, zoals hinder van geluid of tevredenheid met
groenvoorzieningen (subjectieve kenmerken). Belangrijk daarbij is dat niet alleen
objectieve kenmerken of meetgegevens van belang worden geacht, maar ook de
beleving van mensen, zowel wat betreft de kwaliteit van de leefomgeving als de
gezondheid.
Onderstaand schema maakt het bredere concept van de kwaliteit van leven
inzichtelijk.
,Omgevingsfactoren zijn van belang:
- Omgevingsfactoren beïnvloeden ons gezondheid gerelateerd gedrag
(meestal onbewust)
- Ieders perceptie van zijn/haar omgeving is anders -> positive deviants
1. Individuele factoren
- Erfelijke aanleg: verhoogd risico’s op bepaalde ziekten of aandoeningen,
zoals lactose intolerantie of verslavingsgevoelig -> zeker in combinatie met
omgevingsfactoren
- Persoonlijkheid: Kijk op de wereld vanuit ‘nature’
- Medische conditie: Capaciteiten om met omgeving om te gaan, zoals
blindheid of medische aandoeningen zoals diabetes, hoge bloeddruk
2. Factoren op het gebied van sociale/gemeenschap:
- Socio-economische status
- Sociale contacten
- Normen en waarden
- Identiteit in sociale groepen (gezondheidsgedrag wel of niet cool)
- Gemeenschap / omgeving (Barrières voor gezondheidsgedrag)
3. Kenmerken van omgeving:
- Fysieke omgeving: bebouwde en natuurlijke omgeving
- Economische omgeving: Beschikbaarheid en toegankelijkheid
- Politieke omgeving: veiligheid en wetgeving
, In de samengestelde paper Health Behavior: Interaction between Individual
and Environment wordt gesproken over positive deviants.
Wat wordt er met dit begrip bedoeld? Positive deviants zijn de positieve
(gunstige) uitzonderingen.
Het gaat hier om mensen die zich in kwetsbare sociale settings bewegen in een
risicovolle omgevingscontext, die het tegen elke verwachting in beter doen dan
andere mensen met dezelfde achtergrond en middelen, doordat zij op een
positieve manier afwijken van het gemiddelde. Hun gedrag is ‘positive’ omdat ze
handelingen verrichten die gunstig/gezond uitpakken. Zij zijn ‘deviant’ omdat
ze gedrag vertonen dat afwijkt van de norm. Deze ‘positive deviants’ vinden,
in vergelijking met anderen die in soortgelijke situaties verkeren en over
dezelfde middelen beschikken, eerder en betere oplossingen voor problemen.
Welke kritiek heeft het cursusteam (auteurs van de samengestelde paper)
op de theorieën van omgevingsdeterminanten van gezondheidsgedrag?
Veel van deze theorieën maken een onderscheid in verschillende niveaus van
invloed vanuit de omgeving. Dit onderscheid is echter in de praktijk moeilijk te
maken. Vaak hebben de niveaus onderling invloed op elkaar en vertonen ze
overlap. Zo kunnen sommige mensen kwetsbaar zijn in een bepaalde omgeving
die voor andere, meer veerkrachtige, mensen geen gevaarlijke omgeving is. Ook
kunnen veranderingen op een macroniveau directe consequenties hebben voor
omgevingen op een microniveau.
In de samen gestelde artikel ‘Health behavior in a social context’wordt
beschreven dat in meer traditionele gezondheidsbevorderende modellen
(zoals de theory of plannend behavior) subjective norms, modeling en
social support het gezondheidsgedrag van het individu beïnvloeden. Ook
wordt aangegeven dat deze modellen hun beperkingen hebben. Welke
beperkingen worden in dit artikel genoemd? De manier waarop deze sociale
factoren ten aanzien van gezondheidsgedrag zijn verweven met onze sociale
identiteit en de bredere sociale context waarin het gezondheidsgedrag zich
afspeelt, blijft onzichtbaar