Cognitieve Neurowetenschap voor
Geesteswetenschappers
Stof voor deeltentamen 1
Hoorcollege 1
Cognitieve neurowetenschap
- Andere termen voor cognitieve neurowetenschap: ‘biopsychologie’ of ‘psychobiologie’
- Cognitieve psychologie kijkt naar cognitie en gedrag:
- Perceptie, Geheugen, Emoties, Redeneren, Beslissen, Taal
- Neurowetenschap (als onderdeel van de biologie in ruime zin) kijkt naar zenuwstelsels
- Neuroanatomie, verschillende typen hersencellen, neurotransmitters, genetische
mechanismen
- Cognitieve neurowetenschap zit tussen beide vakgebieden is en er is dus sprake van een
bridging discipline
Focus op ‘mind’ én brein
- Gaat de term ‘mind’ verdwijnen? (reductionisme)
- Natuurlijk niet! Je kan systemen op verschillende niveaus beschrijven, soms is het ene niveau
nuttig en soms het andere
- Mind/geest: de functies van het brein
We zijn dieren
- Homo Sapiens is gewoon een diersoort
- We zijn net als andere dieren ‘wandelende gereedschapskisten’ met allerlei biologisch
geëvolueerde eigenschappen (‘biologische adaptaties’) die ons in onze ‘niche’ helpen te
overleven en ons voort te planten
- We delen een flink deel van dat gereedschap met heel veel andere dieren (bijv. een ‘basic
vertebrate body plan’ (skelet), cardiovasculair systeem, visueel perceptiesysteem, geheugen,
emoties, etc.)
- We hebben ook een aantal relatief of zelfs volledig unieke ‘tools’ (bijv. héle handige handen,
het taalvermogen, andere aspecten van onze socialiteit, etc.)
Wat kan je zoal doen als diersoort om niet ten onder te gaan? Sean Carroll
- Get bigger
- Get armor
- Get out of the way
- Maar de mens doet dat op een vierde manier → Get smarter
- Wordt beter in het representeren (map-making) van je omgeving en jezelf
- Zorg voor executive control zodat je geen slaaf bent van evolutionaire reflexen
- Ga samenwerken, daarover communiceren, het vastleggen, er over lesgeven
De mens heeft dus flink geïnvesteerd in het brein
- Het brein is niks meer dan een verzameling lichaamscellen die zich gaan specialiseren in
informatieverwerking
, - Op basis daarvan kan je al die andere lichaamscellen veel preciezer en veel slimmer
aansturen
Neuronen
- Neuronen, ookwel ‘zenuwcellen’ zijn de bouwstenen van het brein
- Excitatoire input: dit verhoogt de kans dat het neuron zélf gaat vuren
- Inhibitoire input: dit verlaagt de kans dat het neuron zélf gaat vuren
- Een neuron kan ook excitatoire én inhibitoire input hebben
- Afhankelijk van die input gaan ze zelf wel of niet vuren
, - Elk kort tikje is een actiepotentiaal of ‘spike’ die langs de axon van het vurende neuron naar
(doorgaans heel veel) andere neuronen gestuurd wordt
- Die spikes kunnen elkaar heel snel opvolgen (spike trains)
Neuronen kan je schakelen (net als in electronica)
- Een gemiddeld neuron in het brein krijgt input van ~1000 andere neuronen (via ~10
synapsen per neuron), en stuurt output naar ~1000 andere neuronen (weer via ~10 synapsen
per neuron)
Algemene oriëntatie brein
- Brein zit vast aan het ruggenmerg en vanuit het brein lopen hele lange axonenen naar
bijvoorbeeld je spieren
, Oriëntatietermen
- ‘slices’, ‘cuts’, ‘sections’
- Horizontale doorsnede/verticale doorsnede/sagitale doorsnede/coronale doorsnede
- Anterieur/posterieur (voorkant/achterkant)
- Dorsaal/ventraal (bovenkant/achterkant)
- Mediaal/lateraal (midden/meer richting je oor)
De ‘grove’ structuur van het brein
- Die miljarden neuronen zitten niet homogeen en oninteressant verdeeld in dat brein
- Het brein heeft een interessante grove structuur (anatomie)
- Belangrijk onderscheid: grijze en witte stof