Hoorcolleges Inleiding Strafrecht
Week 1:
introductie
Strafrecht heel breed, niet alleen hele ernstige daden
Ben je een slecht mens als je een strafbaar feit pleegt?
Wat stel je strafbaar en hoe straf je?
Strafbaar gedraag – onwenselijk gedrag – immoreel gedrag
Niet altijd hetzelfde
Wat is proportioneel?
Strafbaar handelen: onwenselijk gevolg, of onveilig
‘maar waarom is dit strafbaar, is toch geen gevaar?’ strafrecht om de samenleving ordenend te
kunnen handelen
Termen die we veel gaan horen: commune strafrecht, gewone strafrecht ( wat we allemaal
logisch vinden dat het strafbaar is), wetboek v strafrecht
Bijzondere strafrecht bv Opiumwet, wapens en munitie
Hele brede werking
Strafrecht is een rechtsgebied vol paradoxen & dilemma’s
Als het dichtbij komt vaak kan het niet een tijdje minder, als het niet in je kring is van kan er
niet meer/harder gestraft worden
Strafrecht veel in media, sensatie en interessant
Repressief, kijkt terug naar gedragen en preventief, voorkomen
Het rechtsgebied strafrecht beschermt maar schendt ook: we worden in vrijheden begrenst
Daarom moet het duidelijk zijn wat er wel en niet mag, ook voor de overheid,
legaliteitsbeginsel
Tijd – plaats – cultuur bepaald is strafrecht: wat stel je strafbaar? Wat is je doel?
Vergelijking met oude strafwetten: heel erg veranderd
Bv. hacken, verkrachting binnen het huwelijk, cybercrime (criminalisering en
decriminalisering)
Gedogen in NL, best gek eigenlijk, bv: drugs bij je hebben
Strafdoelen: afschrikken, generale preventie, speciale preventie, vergelding, normbevestiging,
op grond van strafrecht iemand kunnen behandelen (bv. TBS of gedwongen afkicken),
genoegdoen (gevaarlijk en lastig doel!), veiligheid samenleving garanderen
Opbouw vak 7 weken:
Strafrecht: strafbaarheid (SR) en strafproces (SV)
Strafbaar feit
Strafrechtelijke aansprakelijkheid
Uitbreiding & inperking
Opsporing en vervolging
,Berechting
Het sanctiestelsel
legaliteitsbeginsel
Strafrecht als publiekrecht: geeft recht tot straffen aan overheid (i.p.v. slachtoffer) bijna altijd
inbreuk op een grondrecht
Is afdwingbaar maar is niet onbegrensd, overheid mag niet zomaar alles doen, voorkomen van
machtsmisbruik
Legaliteitsbeginsel!
Duidelijkheid verschaffen aan burger en overheid: wat mag de overheid doen bij strafbare
feiten?
Legaliteitsbeginsel: 4 aspecten
1. Lex certa: de wet moet duidelijk zijn
2. Lex scripta/geen gewoonterecht
Moet opgeschreven zijn
3. Verbod van terugwerkende kracht
Als je iets doet, moet het op dat moment strafbaar zijn. Als het later strafbaar wordt
gesteld kan je niet voor een gedraging worden veroordeeld die je daarvoor dan hebt
begaan.
4. Verbod van analogie
Ons wetboek is verouderd
Ook opsporing moet wettelijke basis hebben
Legaliteitsbeginsel ook wel obstakel soms, om wet up to date te houden
Alles moet in de wet staan
Wetboek van strafrecht: opgenomen
1e algemeen: algemene regels, poging, strafuitsluitingsgronden, wanneer mag OM vervolgen,
welke straffen mag je opleggen
2e en 3e: daar staan de strafbare feiten, delictsomschrijvingen, overtredingen
Het materiële strafrecht!
Allereerste artikel: materieelrechtelijk legaliteitsbeginsel (feit pas strafbaar als het in de wet
staan, alle 4 aspecten staan er in) art. 1 SR markeren
Wetboek van strafvordering: alle procedures, wat mag de overheid wel of niet doen
Formele strafrecht/strafprocesrecht
Waarborgen dat de overheid niet macht misbruikt
Allereerste artikel: formeelrechtelijk legaliteitsbeginsel (andere formulering want andere
materie) bij de wet voorzien markeren art. 1 SV
Algemeen plaatselijke vordering, lagere overheid
Beide strafboeken blijven uitbreiden
Vooral strafvordering een ‘zooitje’
, Week 2: Het strafbare feit
Strafrecht: Strafbaarheid(sr) & strafproces(sv)
Het strafbare feit:
Welke straf heeft ie gekregen? Vinden meeste mensen vaak het interessantst
Is eindpunt van een heel lang traject
- wanneer mag je een straf opleggen?
Verdachte vinden, heeft deze verdachte het wel gedaan?
Wat is allemaal nodig om uit eindelijk iemand te kunnen veroordelen?
Driehoek: uitspraak klein boven aan
Rechterlijke beslissing midden in driehoek
Voorwaarden voor strafbaarheid onderkant driehoek
- kan er misschien beter de driehoek kantelen en er een punt van maken, je werkt ergens naar
toe
In werkingtreding: 1886
1e: algemene bepalingen
2e: misdrijven
3e: overtredingen
Kenmerken wetboek van strafrecht
-Leerstukken (algemeen deel) en delicten (bijzonder deel)
-De leerstukken worden vaak niet uitgewerkt in de wet belangrijke rol voor jurisprudentie
en dogmatiek
-Uitgangspunt: vrije wil (indeterminisme)
-Van oudsher een sterke nadruk op de individuele gedraging (maar: steeds meer nadruk op het
collectief en de voorfase van de eigenlijke gedraging)
Structuur van strafbepalingen
Artikel 287 sr (doodslag)
- wettelijke delictsomschrijving: “hij die opzettelijk een ander van het leven berooft, wordt…”
- soms: wettelijke kwalificatie: “… als schuldig aan doodslag…”
- sanctienorm: “…. Gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vijftien jaren of geldboete
van de vijfde categorie.”
Rechter mag niet zomaar zelf straf verzinnen of hoger dan die norm straffen
Gebonden aan de wet
Materieelrechtelijk perspectief
De onderkant van de driehoek!
Voorwaarden voor strafbaarheid: vierlagenmodel
1. Een menselijke gedraging
2. Die valt binnen de grenzen van een wettelijke delictsomschrijving