Kennislijn
Hoofdstuk 0
Onderwijsonline: leerdoelen en begrippen
De zeven perspectieven van de psychologie.
De Psychoanalyse/ psychodynamisch (Freud, Jung, Adler)
We worden met drijfveren geboren. In ons leven proberen we die driften en
verdrongen ervaringen te bevredigen en toch met elkaar samen te leven.
De eerste 5 levensjaren zijn bepalend voor de ontwikkeling van je persoonlijkheid.
De persoonlijkheid is opgebouwd uit:
- Het onbewuste (ID)
- Het bewuste (ego)
- Het geweten (superego)
Oorzaak gedrag: onbewuste aangeboren psychische krachten/driften (ID),
regulerende krachten (V.B omgeving) (EGO) en ons geweten. (SUPEREGO)
Hulpverleningsvormen: onderzoeken welke (verborgen) gedachten en gevoelens een
verband hebben met onze psychische problemen.
Het gestalt- perspectief (geheel) (Wertheimer, Kofka, Kohler, Lewin)
We nemen geen aparte onderdelen maar gehelen waar.
Het gedrag van mensen wordt beïnvloed door de neiging gestalten (gehelen) te zien
en je leven als een geheel te willen voelen.
Hulpverleningsvormen: gestalttherapie het ‘heel maken’ van de persoon door de
ervaring van contact maken in het ‘hier en nu’.
Het behavioristisch perspectief (Watson, Skinner)
Watson- De psychologie moet wetenschappelijker worden. Alleen gedrag dat
waarneembaar/meetbaar is en waarmee je experimenten kunt doen is relevant.
Gedrag is het gevolg van leerprocessen. (conditionering)
Leerprocessen door B.v.:
Gedrag is het gevolg van de interactie van een mens met de omgeving.
Belonen en straffen.
Afkijken bij andere.
Skinner- conditionering is toepasbaar in opvoeding, scholen, bedrijven, ziekenhuizen,
gevangenissen.
, Hulpverleningsvorm: gedragstherapie (met name bij fobieën) leer mensen
stapsgewijze nieuwe gedrag (door dat systematisch te belonen), leer ze neurotische
gedrag af door de prikkel die het veroorzaakte te koppelen aan ander gewenst
gedrag.
Het humanistische perspectief (Rogers, Maslow, Seligman)
Bestudeer de hele mens, het typische menselijke verdween uit beeld.
Abraham Maslow- Mensen hebben een interne behoefte om te groeien, ze hebben
fundamentele behoeften, wat een onderliggende bron is van ons gedrag.
Hulpverlening vormen:
Positieve psychologie (perspectiefwisseling) De verschuiving van het gericht
zijn op problemen bij mensen naar het onderzoeken van de voorwaarden voor
gelukkig en gezond zijn.
Cliëntgerichte psychotherapie.
Carl Rogers- Actieve luisterhouding: non-directieve therapie. Niet sturen maar
voorwaarden scheppen voor groei door vooral actief te luisteren naar de cliënt.
Cognitieve perspectief (Ellis, Beck)
Gedrag wordt (vooral) bepaald door hoe we met informatie omgaan. Dat zijn
cognitieve processen (waarnemen, denken, onthouden etc.) Die moeten bestudeerd
worden en door cognities kun je zelfs psychische problemen helpen oplossen.
Praktische toepassing: cognitieve therapie: het beïnvloeden van denkbeelden odat
het gedrag ook verandert.
Neuro – fysiologische perspectief/ biologische perspectief (Wundt, James,
Libet, Fecher, Swaab.)
In de hersenen zit de directe, echte bron van het gedrag. Bestudeer de hersenen en
het verband met vertoond gedrag.
Evolutionaire psychologie: psychologie die wilt aantonen dat het gedrag evolutionair
is ontwikkeld.
Het systeemperspectief (Minuchin, Nagy)
Onze sociale context, de situatie (Gezin, cultuur of leefomgeving) is de oorzaak van
het gedrag.
, De kracht van de situatie: sociale en culturele beïnvloeden hebben vaak méér invloed
op ons gedrag dan onze persoonlijkheid.
Het socioculturele perspectief:
sociale invloeden op gedrag en mentale
Hoe individuen functioneren in groepen
Culturele verschillen.
Hulpverlening vorm: gezinstherapie, Familie opstellingen
Spiegelneuronen: Als je iemand pijn ziet lijden, voelen wij dat ook in ons eigen brein.
(op dezelfde plek van het pijncentrum in de hersenen.) Deze ontwikkelen je in je
opvoeding.
Door ervaring leren mensen spiegelen.
Psychologie: De wetenschap van gedrag en geestelijke processen (denken en
voelen)
Pedagogiek: De wetenschap van het opvoeden. letterlijk: kinderleiding (oud
Grieks: Paidagoogia)
Psychologie en pedagogiek helpen je bij het contact maken en met een cliënt beter
te begrijpen.
Begin van wetenschappelijke psychologie
Wilhelm Wundt sticht in 1879 een psychologische laboratorium.
Eerst onderzoek van waarnemen bijv. prikkelgrens, prikkelonderscheiding,
geheugen.
Willem James stichtte in de VS het eerste psychologische instituut onderzoek naar
emoties.
Empirische wetenschappen (ervaringswetenschappen): Bewijst dingen door
observatie of experiment.
Beschrijven, verklaren, voorspellen.
Psychologische wetten zijn waarschijnlijkheden, geen zekerheden.