Een zeer gedetailleerde samenvatting voor het subvak 'langetermijnontwikkeling' want in het eerste jaar wordt gegeven tijdens het vak 'Grondslagen 1' voor Bouwkunde aan de TU Delft. Circa 24 uur aan college is samengevat in één duidelijke samenvatting van 36 pagina's, met afbeeldingen en volledig...
Samenvatting Langetermijnontwikkeling
- Tentamen: Open vragen. Bijvoorbeeld: ‘’Kies een Romeins gebouwtype, noem de
verandering ten opzichte van de Grieken en teken.’’. 10/5 vragen Rutte, 10/5 Altes a,b,c…
Hoofzaken weten, namen, plattegronden.
Week 1 – Grieken, Romeinen & Vroege Middeleeuwen (tot 12e eeuw)
Waarom langetermijnontwikkeling?
- Het belang van perspectief van de langetermijnontwikkeling:
1. Basaal overzicht in de hoofdlijnen van terugkerende thema’s en vormen.
Bijvoorbeeld zuilen en driehoeken: Romeinse tempel → Paleis op de Dam → Huis.
2. Manier van kijken en redeneren; door analyseren van schilderijen en gebouwen.
3. Inspiratiebron. PAS OP: kritisch zijn en eigen positie bepalen. Betekenis van
gebouw/stad/landschap hangt samen met ontstaansgeschiedenis.
4. Er is onderzoek nodig, naar: plattegrond stad & ruimtelijke patronen in landschap.
- Het nieuwe gaat altijd door op het oude:
1. Reageert op (afzetten tegen). Bijv. Romantiek
was reactie op Verlichting.
2. Varieert op. Bijv. kruisribgewelf is variatie van
kruisgewelf.
3. Borduurt voort. Bijv. Romeinse tempel
borduren voort op Griekse tempels.
De Grieken (8e-2e eeuw v. Chr.)
Politieke, economische en sociale verhoudingen
- Eerste beschavingen waren bij grote rivieren (Egypte – Nijl, Mesopotamië – Tigris & Eufraat).
- Griekse wereld: verzameling stadstaten (polissen).
- Drie regeringsvormen:
1. Tyrannie → één heerser.
2. Oligarchie → kleine groep mensen van hoge klasse/stand.
3. Democratie
- Kolonies = stad + land.
- Griekse rijk niet centraal bestuurd! → moeder- en dochtersteden.
- Alexander de Grote → Groot Hellenistisch cultuurgebied (4e eeuw voor Christus)
Ontwikkeling plattegronden, opbouw en gebruik tempels
- Tempels leken eerst op huizen →
gebouwd van hout en leem (klei).
- Later ontstond er een standaardtype in
steen; belangrijke elementen:
1. Cella = schatkamer.
2. Tympaan = dak driehoek.
3. Zuilen
- God binnen (beeld in de cella) – volk
buiten.
- Altaar buiten, enkel priesters mochten in de tempel.
- Situering: tempels vaak op markante plekken – heuvel, klif bij de zee e.d.
- Vroeger kleurige buitenkant, nu niet meer zichtbaar.
- Bouwregels waren streng (rechthoek, cella) → binnen strakke kaders wel kleine variatie.
,- Griekse architectuur: pijlers en liggers (verticalen – horizontalen).
- Oorsprong zuilen → mogelijk van samengebonden papyrus of boomstammen.
- Oorspronkelijk in hout gebouwd, stenen versie werd
gestileerd.
Ontwikkeling opbouw tempels en de drie orden
- Strenge indeling van vaste onderdelen.
- Belangrijkste onderdelen:
1. Kroonlijst
2. Fries
3. Architraaf (hoofdbalk)
4. Kapiteel
5. Zuil met cannelures
6. Basement
- Drie orden van zuilen:
1. Dorisch
2. Ionische (krulletjes)
3. Korintisch (bladmotief)
- Precieze vorm en omvang kapitelen kan
variëren binnen bepaalde grenzen.
Ontwikkeling tempels: archaïsch – klassiek – hellenistisch
- Archaïsche fase (600-480 v. Chr.) → Dorische orde + beetje Ionisch aan einde.
- Klassieke fase (480-400 v. Chr.) → Dorische en Ionische orde + beetje Korintisch aan einde.
o ‘Gouden Eeuw’ Grieks stedenverbond
o Parthenon → kleine bolling: perspectiefcorrectie.
- Hellenistische fase (vanaf 4e eeuw v. Chr.) → Dorische, Ionische & Korintische orde.
o Vrijer → Ronde tempels (Tholos).
o Dynamisch
- Architectuur in hele oude Griekse rijk terug gevonden (van Spanje tot in Pakistan (Alexander
de Grote)).
- Ontwikkeling: archaïsch → klassiek → hellenistisch = stijf → verfijnd → vrij & dynamisch.
Andere stedelijke gebouwen uit de hellenistische tijd
- Woonhuizen → atriumwoning.
o Rijker? → peristyle erbij.
- Theaters
o Gebruik gemaakt van natuurlijke
hellingen.
- Bestuursgebouwen (bouleuterion)
o Simpele daken, geen bogen →
lijkt qua indeling op collegezaal.
- Stoa = overdekte markthal.
o Veel zuilen.
o Meerdere verdiepingen.
Stedenbouw en stadsplattegronden
- Oude steden (Athene) → stapje voor stapje, zonder planning, ontstaan.
- Onregelmatige plattegrond → labyrint van straten.
- Nieuwe steden (kolonies) → Raster plattegrond met vooropgezet plan.
- Soms: nieuwe steden → (on)regelmatige plattegrond met vooropgezet plan → stad
aangepast aan het landschap = kenmerkend Hellenistisch.
,De Romeinen (2e eeuw v. Chr. – 4e eeuw n. Chr.)
Politieke, economische en sociale verhoudingen
- Verschil t.o.v. Grieken → Romeinse Rijk centraal vanuit Rome bestuurd.
- Stad = staat → Romeinse bestuurder in de ingelijfde/gestichte steden in koloniën.
- Nieuwe soldaten door ‘’Romanisering’’ (mensen uit bezette gebieden).
- Rijkswegennet:
1. Snelle verplaatsing leger (beheersing van het Rijk)
2. Goed voor de handel (logistiek).
- Veel steden liggen op knooppunten / bij een rivier (overslagpunt water <-> land).
- Pax Romana → 2 eeuwen van relatieve vrede.
o Staat beheerst de economie d.m.v. de Graanschuur.
o Houd volk tevreden met ‘’Brood & Spelen’’. → Tevreden mensen komen niet in
opstand.
o 1 munt – 1 wet. → Vergelijkbaar met de EU.
o Architectuur en stedenbouw hoog ontwikkeld.
- Verstedelijkt rijk, steden gelijkmatig verspreid. (Behalve in gebieden zoals de Alpen of
Pyreneeën).
Ontwikkeling architectuur en gebouwen
- Romeinen hadden grote bewondering voor Grieken.
o Hellenistische traditie, maar vrijere omgang.
o Grieken = focus buitenkant.
o Romeinen = nadruk op binnenkant.
o Romeinen → normale mensen mochten (i.t.t. bij de Grieken) in de tempel.
Nieuwe bouwmaterialen en – technieken, gebouwtypen en ingenieurswerken.
o Nieuwe technieken → koepels, bogen = grote overspanningen/draagconstructies.
o Nieuwe bouwmaterialen → nieuwe uitvinding = baksteen en beton.
- Vitruvius → Antiek handboek voor architectuur, erg streng. → In praktijk meer vrije bouw.
- Villa Hadrianus → Gesamtkunstwerk = verzameling van allerlei bewonderde gebouwen/
projecten en bouwtechnieken. → vrije omgang met klassieke fundament.
o Bijvoorbeeld: mix tussen baksteen, natuursteen en beton.
- Ingenieurswerken
1. Wegen → Hoge stenen als ‘zebrapad’.
o Karrensporen duizenden jaren later nog zichtbaar.
2. Bruggen.
3. Aquaducten → Wijst op hoogwaardige samenleving.
o Alleen nodig als bijvoorbeeld vallei moet worden overspannen, anders waterleiding.
4. Waterleiding en riool.
5. Sanitaire voorzieningen.
o Gootje om handen in te wassen → oog voor hygiëne!
- Monumenten
1. Graven.
o Stenen uitvoering van grafheuvel.
o Rijken → Grafmonument uitgevoerd naar speciaal ontwerp.
2. Triomfbogen → voor/ door keizers).
o Boog van Constantijn.
o Gemaakt van baksteen → baksteen erin gegoten → bekleed met marmer.
o Zuilen hebben geen constructieve functie (dragen niet) → voor de uitstraling.
3. Triomfzuilen.
, - Tempels
o Griekse tempel → ‘open’ = van alle kanten 3 treden.
o Romeinse tempel → ‘dicht’ = één ingang en op podium.
- Pantheon → voor alle goden.
o Baksteen gebruikt als bekisting voor beton.
o Lijkt vanaf voorkant op Griekse tempel → achter enorme koepel.
Gebouwen voor vermaak en ontspanning
- Badhuizen.
o ‘Paleis van het volk’
o Thermen van Caracalla → enorm
complex.
o Twee lagen van het Romeinse Rijk
worden duidelijk: (letterlijk en
figuurlijk)
1. Bovenlaag: bevolking in warm ‘bad’.
2. Onderlaag: slaven die gebouw op
temperatuur stoken (d.m.v. warme
lucht door ruimte tussen
constructie).
- Circus → paardenraces.
- Theater → vermaak voor de middenklasse en hoger.
o Vermaak op niveau → zang-/dichtvoorstellingen.
o Rond gebouw.
o Grieken → Natuurlijke helling, buiten de stad.
o Romeinen → In de stad door constructie buitenwand.
o Soms 3 orden in buitenwand:
1. Begane grond → Dorisch.
2. 1e verdieping → Ionisch.
3. 2e verdieping → Korintisch.
- Amfitheater → Vermaak voor het hele volk.
o Vermaak voor iedereen → gladiatorengevechten.
o Grieken hielden niet van gladiatoren → in Griekse samenleving geen amfitheaters.
o Gratis → ‘Brood & Spelen’ van het Rijk.
o Ovaal gebouw.
o Goede logistiek → Men kon in en uit lopen.
o Door het hele rijk verspreid (behalve Griekse samenleving).
Gebouwen voor handel en rechtspraak
- Markthallen
o Stenen, galerij (meerdere verdiepingen), bogen.
o Beton en baksteen → element waar veel kracht op komt = natuursteen.
- Basilica (multifunctionele gebouwen)
o Grote bogen.
o Beton.
o Gebruikt voor:
1. Rechtspreken.
2. Besturen.
3. Macht tonen (door uitstraling
gebouw).
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Rick2003. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €11,99. Je zit daarna nergens aan vast.