De cel als fabriek
Les 1: Bouw van pro-en eukaryote cellen
Eukaryote cellen: Het DNA bevindt in in de kern. Er bevinden zich vele
organellen met verschillende functies en vormen. Ze zijn groter dan
prokaryoten cellen. Planten, dieren en schimmels zijn eukaryoot.
Prokaryote cellen: Het DNA is niet omgesloten door een membraan. Er
bevinden zich hier geen vele organellen met verschillende functies en
vormen. Het is wel georganiseerd in regio’s. Bacteriën zijn prokaryoot.
De verschillen tussen eukaryote en prokaryote cellen zijn de grootte, de DNA,
kern en het aantal organellen. De grootte van een cel heeft:
Maximum: de verhouding is anders niet optimaal, doordat de grootte wel een
beetje toeneemt, maar lang niet zoveel als het volume zou toenemen. Een
hogere oppervlakte-volumeverhouding vergemakkelijkt de uitwisseling van
materiaal tussen de cel en de omgeving.
Minimum: er moet wel ruimte zijn voor DNA, alle enzymen en organellen. Dat
kan niet als de cel te klein is.
De verschillende celorganellen van eukaryote organismen:
- Celkern
o De kern is omgeven door een membraan, het nucleaire envelop, die
het DNA beschermt en de kern scheidt van de rest van de cel.
o Een kernlichaam is een bolvormig object in de celkern. Het bevindt
zich er samen met het chromatine (DNA-moleculen) en het
karyoplasma (=het plasma van de celkern).
o Chromatine is het materiaal waaruit de chromosomen van andere
organismen dan bacteriën (bijv. eukaryoten) bestaan. Het bestaat uit
eiwitten, RNA en DNA.
- Plasmamembraan = Membraan die de binnenkant van de cel scheidt van de
buitenkant. Dit celmembraan heeft als taak om het actieve transport te
reguleren (selectief in het doorlaten en afstoten van de juiste stoffen en ook
de cel kan afschermen tegen weer andere stoffen). Deze stoffen worden door
de kernporiën heen getransporteerd. De celwand bestaat uit een dubbele laag
lipidenmoleculen afgewisseld met eiwitmoleculen. Iedere fosfolipide heeft een
hydrofiel fosfaat aan de ‘kop’ en twee flexibele hydrofobe lipiden aan de
‘staart’.
- Ribosoom = Complex van eiwit en RNA-ketens die een eiwit m.b.v. de
informatie uit een RNA-molecuul maakt.
- Lysosoom = Blaasjes die door het Golgi-systeem worden gevormd en
verteringsenzymen bevatten.
- Golgi-systeem = Hier worden eiwitten omgebouwd, opgeslagen en weer
verder getransporteerd.
- Mitochondrium = Organel waar verbranding plaatsvindt en ATP wordt
geproduceerd.
- Peroxisoom = Organel met diverse gespecialiseerde metabolische functies
1
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper danique_hsu. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.