Economie Integraal Havo
Leeropdrachtenboek 1
Concept: Markten
Samenvattingen en begrippenlijsten voor Concept: Markten
(hoofdstukken 2 t/m 6) en de informatie uit de syllabus Economie CE
2023 die je geacht wordt te kunnen herkennen, begrijpen en toepassen.
,Inhoud
Hoofdstuk 2, Consumentengedrag.........................................................................................................3
Paragraaf 1, Consumentensurplus en vraaglijn..................................................................................3
Paragraaf 2, verandering van de vraag..............................................................................................3
Paragraaf 3, Prijselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid..............................................................4
Paragraaf 4, inkomenselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid......................................................6
Begrippenlijst......................................................................................................................................8
Hoofdstuk 3, Producentengedrag...........................................................................................................9
Paragraaf 1, Omzet en kosten............................................................................................................9
Paragraaf 2, Break-evenanalyse.......................................................................................................10
Paragraaf 3, Maximale winst...........................................................................................................10
Paragraaf 4, Prijs, aanbod en producentensurplus...........................................................................12
Begrippenlijst....................................................................................................................................14
Hoofdstuk 4, Volledige mededinging....................................................................................................16
Paragraaf 1, Marktvorm volledige mededinging..............................................................................16
Paragraaf 2, Evenwichtsprijs en -hoeveelheid..................................................................................17
2
Paragraaf 3, Marktevenwicht en bedrijfsevenwicht.........................................................................19
Paragraaf 4, Optimale allocatie bij volledige mededinging..............................................................24
Begrippenlijst....................................................................................................................................27
Hoofdstuk 5, Economische macht........................................................................................................29
Paragraaf 1, Economische machtsvorming......................................................................................29
Paragraaf 2, Monopolie....................................................................................................................30
Paragraaf 3, Monopolistische concurrentie en oligopolie.................................................................33
Begrippenlijst....................................................................................................................................35
Hoofdstuk 6, Overheidsingrijpen..........................................................................................................37
Paragraaf 1, Overheidsingrijpen.......................................................................................................37
Paragraaf 2, Maximumprijs..................................................................................................................38
Paragraaf 3, Minimumprijs...............................................................................................................40
Paragraaf 4, Indirecte belastingen en subsidies...............................................................................41
Paragraaf 5, Overige overheidsingrijpen..........................................................................................44
Begrippenlijst....................................................................................................................................46
Voorbereiding op het examen..............................................................................................................48
,Hoofdstuk 2, Consumentengedrag
Paragraaf 1, Consumentensurplus en vraaglijn
Betalingsbereidheid is het bedrag dat je MAXIMAAL voor een product wilt betalen.
De prijs bedraagt € 12,50 en voor die prijs zijn 16 mensen
bereid het product te kopen.
Omdat sommige mensen
bereid waren meer te betalen
dan € 12,50 is er een surplus.
De groene staafjes geven het
consumentensurplus aan.
Dat geldt dus voor 15
mensen.
Een vraaglijn geeft het
verband weer tussen de De gekleurde driehoek geeft het
prijs van een product (P) consumentensurplus weer.
en de gevraagde Mensen die bereid zijn ook
hoeveelheid (Qv) ervan. boven € 25 te betalen hebben te
maken met het surplus. 3
Paragraaf 2, verandering van de vraag
Originele vraagfunctie Het vaste getal wordt Het vaste
groter kleiner
Factor: aantal Factor: ink
consumenten consumen
Qv = -2p + 40 Veroorzaakt door bijv. Veroorzaa
stijging van het aantal daling van
consumenten, waardoor waardoor
er bij eenzelfde prijs meer prijs mind
gevraagd wordt dan eerst. wordt dan
Verschuiving langs de vraaglijn:
, De oude prijs (P1) met de daarbij behorende gevraagde hoeveelheid (Q 1) is hoger
dan de nieuwe prijs (P2) met de daarbij behorende gevraagde hoeveelheid (Q 2). De
producenten raken nu een deel van hun consumentensurplus kwijt doordat het
consumentensurplus nu toeneemt.
Een verschuiving langs de vraaglijn worst uitsluitend veroorzaakt door een
prijsverandering.
Een verschuiving van de vraaglijn kan meerdere oorzaken hebben:
1. Consumenten hebben meer of minder te besteden,
bij eenzelfde prijs kopen consumenten meer of juist
minder dan voorheen;
2. De voorkeur van consumenten voor een product kan
veranderen, temperatuur (ijsjes, snert) of een
reclamecampagne laat consumenten meer kopen;
3. Het aantal consumenten kan veranderen,
bevolkingsgroei of immigratie;
4. De prijs van andere producten verandert, geldt voor
substitutiegoederen of complementaire goederen ↓
Substitutiegoederen zijn goederen die elkaar in het gebruik kunnen vervangen:
o Auto en trein
o Koffie en thee
o Aansteker en lucifer
4
o Appels en peren
Complementaire goederen zijn goederen die elkaar in het gebruik aanvallen:
o Koffie en koffiemelk
o Auto en benzine
o Patat en mayo
o Tandenborstel en tandpasta
Paragraaf 3, Prijselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid
Prijselasticiteit (Ev) geeft aan met hoeveel procent de gevraagde hoeveelheid
verandert, als de prijs met 1% stijgt.
In formule: Ev = procentuele verandering van Qv
procentuele verandering van P
Voorbeelden prijselasticiteit:
Een kopje koffie kost normaal € 2 en de gevraagde hoeveelheid is dan 50 kopjes.