Biologie hoofdstuk 3 ecosystemen
§1. Kwetsbare ecosystemen
Schiermonnikoog
In veel gevallen kunnen omgevingen tegen een stootje. Soms raakt een ecosysteem vervuild,
en kan de omgeving zich niet goed herstellen. Een voorbeeld hiervan is de Sahara, waar de
velden worden kaalgegraasd door geiten. Ook Schiermonnikoog heeft een probleem: de
voorraad zoetwater onder het eiland is beperkt.
Ecosysteem
Op het waddeneiland leven allerlei soorten dieren, planten en andere organismen. Elk heeft
een habitat en niche. Onderling zijn ze verbonden in een voedselweb van eten en gegeten
worden, en door talloze andere relaties. Zo’n gebied met organismen en biotische en
abiotische relaties als een complexe zelfstandigheid is een ecosysteem.
In een ecosysteem leven verschillende soorten organismen:
- Producenten: planten
- Consumenten: dieren
- Detritus: dode resten van planten en dieren
- Reducenten: schimmels en bacteriën
Draagkracht
De maximale populatiegrootte die een gebied kan onderhouden, heet de draagkracht van het
ecosysteem. Er is dan sprake va een beperkende factor.
Veranderingen in ecosystemen
De samenstelling van de meeste populaties van een ecosysteem verandert voortdurend. Deze
populatiedynamiek beïnvloedt een ecosysteem. Ook abiotische factoren beïnvloeden zoals
water en temperatuur beïnvloeden een ecosysteem. Dergelijke schommelingen in
populatiegrootte zijn normaal voor deze soort.
Verstoringen
Veranderingen kunnen ook blijvend zijn, zoals een overheersing van een dier of een
overstroming. Blijvende, snel optredende veranderingen in ecosystemen heten verstoringen.
De meeste zijn van menselijke oorsprong. In verstoorde ecosystemen treden vaak plagen op,
omdat de predatoren verdwenen zijn. Zo kunnen prooidieren zich ongehinderd voortplanten.
, §2. Energie
Voedselpiramides
In een groot gebied als de Waddenzee is het onmogelijk om voedselrelaties te onderbouwen
met aantallen. Het gaat om te veel organismen. Bovendien geven aantallen niet weer hoeveel
energie de organismen uit hun voedsel halen, maar dat is waar het om gaat bij
voedselrelaties. Biologen werken met het begrip biomassa. Dit is het totaalgewicht van de
organismen. Meestal gebruiken biologen het drooggewicht, het versgewicht min het gewicht
aan water. Dit is een goede maat voor de hoeveelheid energierijke stoffen die organismen
bevatten.
Door alle drooggewichten weer te geven in de vorm van een liggend staafdiagram van de
voedselrelaties, ontstaat er een voedselpiramide. Het oppervlak van elke staaf is een maat
voor de biomassa. Alle producenten van een ecosysteem zitten samen in één staaf. Dit is het
eerste trofische niveau van de piramide. Daarboven ligt de staaf van de consumenten van de
eerste orde (planteneters), daarboven consumenten van de tweede orde (dieren die
planteneters eten). Het aantal trofische niveaus is beperkt door het verdwijnen van energie.
Energiestromen
De lagen van de voedselpiramide geven meer weer dan alleen biomassa. Voedsel bevat
brandstoffen, zoals koolhydraten en vetten. De grootte van een laag is daardoor ook een maat
voor de energie op dat trofische niveau. Niet alle energie van het voedsel komt in de hogere
niveaus terecht. Dit komt omdat heterotrofe organismen met hun voedsel organische stoffen
opnemen, en die gebruiken als brand- en bouwstof.
In een energiestroomschema geeft de breedte van de bundels de hoeveelheid energie weer
die in die bundel zit. Een dier eet een bepaalde hoeveelheid organische stof met energie-
inhoud I(ntake). Doordat onverteerde delen (F) verdwijnen, komt slechts een deel (A) in het
bloed terecht. Daarvan gebruikt de vogel deel R als energie voor zijn activiteiten. De
energiehoeveelheid P blijft bewaard in de bouwstof voor nieuw celmateriaal.
Productie
Autotrofe organismen zoals fytoplankton zijn in staat om uit energiearme anorganische
stoffen energierijke organische stoffen te maken. Ze staan aan de basis van de
voedselpiramide. Ze leveren de energie voor het hele ecosysteem. De primaire productie is
de hoeveelheid (gram per oppervlakte/volume per jaar) organische stoffen die producenten
maken.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper RosanneSluimer. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.