Samenvatting Inleiding EU recht hoorcollege 4

Samenvatting hoorcollege 4

Hoofdstuk 8
Douane-unie (art. 28 VWEU)
 Een verbod van in- en uitvoerrechten en van alle heffingen van gelijke
werking in het verkeer tussen de lidstaten onderling.
o Is erop gericht tarifaire belemmeringen tussen de lidstaten te
voorkomen.
 De invoering van een gemeenschappelijk douanetarief voor de
betrekkingen van de lidstaten met derde landen.
o Betreft het Gemeenschappelijk Douanetarief voor de
handelsbetrekkingen met derde landen.

Het voorkomen van tarifaire invoerbelemmeringen
 Is van groot belang voor de interne markt.

Het Gemeenschappelijk Douanetarief (GDT)
 Is tot stand gekomen op 1 juli 1986.
 Vanaf die datum morgen de lidstaten geen belastingen heffen die afwijken
van dit GDT.
 Het GDT is ook belangrijk voor de verwezenlijking van de interne markt.

Belangrijkste aspect van de douane-unie
 De taak van de EU om tarifaire invoerbelemmeringen (tussen de lidstaten)
te voorkomen.

Tarifaire invoerbelemmeringen kunnen het gevolg zijn van:
1. Geldelijke lasten op ingevoerde goederen.
2. Geldelijke lasten op zowel ingevoerde als binnenlandse goederen.

1. Geldelijke lasten op ingevoerde goederen (art. 30 VWEU)
 In- en uitvoerrechten of heffingen van gelijke werking zijn tussen lidstaten
verboden.
o Dit houdt in dat de lidstaten verboden wordt om wettelijke
maatregelen vast te stellen die leiden tot geldelijke lasten op
ingevoerde goederen.
o Wettelijke matregelen die een dergelijk onderscheid maken tussen
producten zijn dus verboden.

Maatregelen met onderscheid
 Verboden onderscheid in invoerrechten.
 Verboden onderscheid in heffingen van gelijke werking.

Het verbod van invoerrechten
 Omvat iedere heffing of belasting di wordt opgelegd uit hoofde van het feit
dat goederen een grens overschrijden.

Het verbod van heffingen van gelijke werking
 Omvat alle overige heffingen, belastingen en geldelijke lasten die worden
geheven omdat goederen en grens overschrijden.

2. Geldelijke lasten op zowel ingevoerde als binnenlandse goederen
 Dit zijn in wezen heffingen zonder onderscheid.
 Ook dit type geldelijke lasten moeten zijn gebaseerd op een door de
lidstaten vastgestelde (wettelijke) maatregel.

, Voorbeelden van maatregelen zonder onderscheid, leidend tot heffingen zonder
onderscheid:
 Accijnzen
 Omzetbelastingen
o Zulke belastingen, die geen onderscheid maken tussen ingevoerde
producten en binnenlandse producten, zijn niet verboden door art.
30 VWEU.
Accijnzen
 Sommige accijnzen kunnen een discriminerend effect hebben op
geïmporteerde producten.
 Om die reden is het verboden dat een accijns wordt geheven die leidt tot
discriminatie van geïmporteerde producten (art. 110 VWEU).

Twee soorten belastingheffing zijn dus verboden, ook al worden ze zonder
onderscheid toegepast:
1. Belastingen tot bescherming van gelijksoortige binnenlandse producten.
2. Belastingen tot bescherming van concurrerende binnenlandse producten.

1. Belastingen tot bescherming van gelijksoortige binnenlandse producten (art.
110 lid 1 VWEU)
 Dit houdt in dat discriminerende belastingheffing die tot bescherming van
gelijksoortige binnenlandse producten leidt verboden is.
 Dit verbod is van toepassing als:
o Producten gelijksoortig zijn.
o Als er sprake is van een belastingmaatregel die gelijksoortige
binnenlandse producten beschermt.

2. Belastingen tot bescherming van concurrerende binnenlandse producten (art.
110 lid 2 VWEU)
 Dit houdt in dat belastingheffing die tot zijdelingse bescherming leidt van
andere binnenlandse producten verboden is.
 Dit verbod is van toepassing als:
o Producten concurrerend zijn.
o Als er sprake is van een belastingmaatregel die concurrerende
binnenlandse producten beschermt.
 Hiermee moet, volgens het Hof, worden voorkomen dat binnenlandse
producten worden beschermd die geen gelijksoortig producten zijn, maar
die wél, gedeeltelijk of potentieel, concurrerende producten zijn.

De grens tussen art. 30 en art. 110 VWEU
 Art. 30 VWEU verbiedt de lidstaten om invoerrechten (of heffingen van
gelijke werking) in te stellen.
 Art. 110 VWEU verbeidt discriminatie van geïmporteerde producten door
middel van belastingen die, zonder onderscheid, op ingevoerde en op
binnenlandse producten worden toegepast.
 Een geldelijke last kan niet tegelijkertijd door deze beide artikelen
verboden zijn.
 De beide artikelen verbieden namelijk een geheel ander type heffingen:
o Art. 30 VWEU verbiedt alle heffingen met onderscheid.
o Art. 110 VWEU verbid discriminerende heffingen zonder
onderscheid.

Schema verboden heffingen
VWEU verbiedt: Dit betekent een verbod van de volgende
heffingen:
Heffingen met - Heffing op ingevoerde producten.
onderscheid (art. 30 - Heffing zonder onderscheid, met volledige