Organisatie en strategie -TiU
HC 1
Specialisatie
Specialisatie leidt tot meer efficiëntie door:
• Aanleg – Als je een fotografisch geheugen hebt, onthoud je dingen sneller.
• Affiniteit – in hoeverre wil je iets.
• Ervaring – Naarmate je iets vaker doet, gaat het ook steeds sneller.
Enkele nadelen van specialisatie zijn:
• Overstapkosten – Als je ergens in gespecialiseerd bent, is het lastig om na een tijdje iets anders
te doen, dit brengt namelijk veel kosten met zich mee.
• Motivatieproblemen – Als je hetzelfde iedere dag moet doen, wordt het op een gegeven
moment saai.
• Silo effect – Weinig communicatie tussen de verschillende departementen, iedereen denkt
alleen maar in zijn eigen hokje.
• Verantwoordelijkheidsvraagstuk – Op het moment dat je taken verdeeld over veel
mensen, voelen mensen zich minder verantwoordelijk.
Coördinatie
Voor het bij elkaar komen van de deeltaken zijn transacties cruciaal in onze moderne samenleving.
Dingen komen niet alleen tot stand via de markt, maar ook doormiddel van organisaties. Het moet ook
binnen een organisatie goed verlopen, zodat het tussen organisaties ook goed verloopt.
Instituten: de formele en informele regels die het gedrag en de interactie tussen mensen vormgeven.
Omgeving en instituten bepalen het bestaansrecht van organisaties.
• Voorwaarden van creatie van nieuwe organisaties
• (her) vorming van bestaande organisaties
• Selectie tussen bestaande organisaties.
Dit geheel leidt tot een model >zie pp hc1
Conclusie >Arbeidsdeling leidt tot specialisatie en daarmee een coördinatievraagstuk. De markt en
organisaties zijn beide een mogelijk antwoord op dat vraagstuk, informatie speelt een cruciale stap in de
keuze. De omgeving heeft effect op de optimale uitkomst.
Presentwall:
• Economische methodes gaan ook over schaarse van goederen en niet alleen over geld.
• Optimale allocatie: wanneer geld genoeg is om een transactie tot stand te brengen.
• Markten en organisaties zijn alternatieve organisatiecoördinaties.
• Arbeidsdeling: Je kan je specialiseren in een bepaald onderdeel, omdat je de taken verdeeld.
• Een economisch probleem gaat over veel meer dan geld.
,Organisatie & Strategie HC 2
Korte herhaling van vorige week:
Specialiseren leidt tot efficiëntie. Coördinatie kan je op twee manieren: via de markt, of via organisatie.
Volgende week: de rol van informatie.
Voor bepaalde dingen willen we geen markt, denk aan de verkoop van organen. Dit is geregeld door wet-
en regelgeving.
Wat gaan we deze week doen?
- Korte herhaling van economische punten
- Marktcoördinatie
- Coördinatiemechanisme
Marktcoördinatie
Op de markt ontmoeten vraag en aanbod elkaar door prijs en hoeveelheid te matchen.
Perfect Competition: consumenten bepalen de prijs die ze willen betalen voor elk goed en producten
bepalen wat ze willen produceren voor de markt. Juist doordat iedereen zijn eigen wensen volgt,
ontstaat er een perfect evenwicht.
Volgens de standaard micro-economie kunnen we voor ieder product een nutscurve opstellen. We
worden even blij van alles dat op dezelfde curve ligt. Een curve dat eronder ligt, hebben we liever niet.
Hoe hoger de nutscurve ligt, hoe beter. In de micro-economie wordt er gezegd: A > B, in de praktijk zien
we dat dit vaak niet opgaat.
Door vraag en aanbod in evenwicht te brengen ontstaat er een prijs & een hoeveelheid. Perfect
competition zegt eigenlijk dat bedrijven op langere termijn geen winst kunnen. Zolang er nog winst
gemaakt kan worden, zal er een bedrijf starten en zal zijn prijs verlagen, want ook dan heeft het bedrijf
nog winst. Dit gaat door tot 0 >dit proces gaat door totdat er uiteindelijk zoveel aanbieders zijn en de
winst nul is.
Dit gaat alleen op als:
- Veel vragers & aanbieders
- Vrije toetreding (geen obstakels)
- Gestandaardiseerde producten
Aannames micro-economie
- Organisaties worden gezien als een entiteit: er wordt geen verschil gemaakt tussen
een eenmanszaak en een BV.
- Organisaties hebben een doel.
- Er is perfecte informatie
- Zowel producten en consumenten maximaliseren: het is belangrijk dat het hoogste nut
wordt behaald. In de praktijk doen we aan satisfying.
- Markt werkt in isolatie, geen effect van omgeving en instituten
In de praktijk gaat het er natuurlijk heel anders aan toe. Dit is de reden dat er organisaties ontstaan en de
marktcoördinatie niet optimaal werkt.
Organisatiemechanisme
Informatie is schaars binnen organisaties. Heel veel zaken binnen bedrijven gebeuren, omdat dit vanaf
bovenaf wordt opgelegd >autoriteit.
Mintzberg: Model van de vlieg. Je hebt de top, je hebt de middelmanagers en je hebt de werknemers.
Support staff: zorgt ervoor dat het bedrijf draaide blijft >Neemt mensen aan etc.
Technostructure: leveren van de technologie om de organisatie draaiende te houden.
, Volgens Mintzberg kun je organisaties opdelen in zes coördinatie mechanismes.
1. Directe supervision: Aansturing van bovenaf
2. Mutual adjustment: Onderlinge afstemming. Degene die het werk doen, bepalen wat het
beste werkt.
3. Standardization of work: Er is afgesproken hoe een proces goed verloopt. Denk aan fastfood
restaurants: als er een Big Mac wordt besteld, is het precies duidelijk wie, wanneer en in
welke volgende hij klaargemaakt wordt.
4. Standardization of output: de werknemer kan zelf bepalen hoe je uiteindelijk het
eindproduct aflevert. Idee >kijk maar hoe je het doet, als je het maar doet.
5. Standardization of skills: Mensen worden opgeleid voor een bepaald beroep, daar zit een
bepaalde vaardigheid en dit wordt toegepast binnen de organisatie. Iedereen weet
waarvoor hij/zij is aangenomen.
6. Standardization of norms: De ideologie houdt de organisatie in stand. Op basis van normen
en waarden wordt de organisatie geleidt.
Verschillende vormen van organisatie
In een ondernemende organisatie ligt de focus op een strategisch top. Het moet een platte, flexibele
structuur hebben; het moet alleen niet te ingewikkeld. De omgeving moet wel veranderen, maar niet in
extreme mate. De ondernemende organisatie is sterk afhankelijk van een of enkele individuen.
Als de ondernemende organisatie niet meer werkt, omdat het bedrijf te groot is worden is een
machine organisatie van toepassing. De focus ligt op een technische structuur. Het werk is formeel en
volgt sterk procedures. Het is van belang dat de omgeving stabiel blijft.
Als derde heb je te maken met een professionele organisatie. De focus ligt op de opererende kern.
Hoogopgeleide mensen professionals vervullen hun eigen taak, waarvoor ze zijn opgeleid:
standardization of skills. Vaak is er binnen deze organisatie een zeggenschapsproblematiek, omdat
iedereen hoogopgeleid is en het daarna pas wordt toegepast in de praktijk. Een stabiele omgeving is
belangrijk, omdat er vaak een tijd tussen de opleiding en het werkveld zit.
Tussen deze organisaties zit de divisie organisatie. De focus ligt op het middenmanagement. Deze vorm
van organisatie is vaak voortgebouwd op andere organisaties. Er wordt een divisie bepaald en hoe de
organisatie deze haalt, is aan hun. Dit leidt vaak tot tegenstrijdige belangen, omdat verschillende
divisies op een andere manier het doel willen behalen.
Als laats heb je de innovatieve organisatie. Focus ligt op de ondersteunende staf. Professionals worden
vanuit verschillende hoeken bij elkaar gebracht en ontwikkelen iets. Dit moet niet te groot worden, want
dan wordt het innoveren van iets lastig, Binnen de innovatie vindt er vaak coördinatie plaats op
onderlinge afstemming.
Mintzberg heeft nog twee organisaties, die hij schijnbaar minder belangrijk
vindt.
- Missionaris organisatie – focus ligt op de ideologie. Voorbeeld: kerk
- Politieke organisatie – het ontbreekt aan coördinatie. Label voor het is een chaos en het
werkt niet.
Mintzberg is alweer van een tijdje gelegen en in het boek staat nog zevende vorm/
coördinatiemechanisme beschreven: platform organisaties.
Platform organisaties worden gekenmerkt door algoritme. Deze type activiteit is heel gemakkelijk uit te
breiden. Netwerkeffecten zijn heel erg belangrijk, het aantal gebruikers is van belang >the winner takes
it all. Voorbeelden van platform organisaties: google, netflix, airbnb, uber etc.
De organisatie vormen van Mintzberg, zijn pure organisaties. In de praktijk werkt het echter anders.
Binnen organisaties, heb je vaak te maken met verschillende organisatie vormen.